The Durrells in Corfu

Het mirakel blijft natuurlijk dat zo’n kleurrijke wereld zich kan ontvouwen vanuit zo’n stoffige Penguinpocket uit 1960. De indruk die het boek op me maakt moet wel iets te maken hebben met de veelheid van aspecten die aan het eigen leven raken, een verdubbeling ervan vormen, rijm. Zo is de oudste broer in het onderhavige boek My Family and other animals van Gerald Durrell, Larry, net als mijn eigen broer vroeger een soort belezen professor die overal bovenuit torent, zich mild ergerend aan de stroom onnozele kinderen onder hem. Maar hij is ook degene die – moe van het verschrikkelijke weer in augustus in Engeland – het gezin suggereert te verhuizen, naar Corfu. De familie stamt uit de Raj, de kinderen zijn in India geboren, de geselende koude zomerregen zijn ze niet gewend. In Larry herken je vervolgens al snel Lawrence Durrell, de auteur van het door mij intens bewonderde Alexandria Quartet over een vriendengroep in de Egyptische stad, rond de Tweede Wereldoorlog.

De hoofdpersoon in de familiegeschiedenis op Corfu is uitsluitend geïnteresseerd in alles wat met de natuur te maken heeft. Die verdubbeling werkt op mij al heel snel zeer sterk. Tochten over het eiland zijn speurtochten naar torretjes, spinnen, vlinders, libellen, schildpadden, vogels etc. lijken in veel op mijn tochten in de jaren ’80 met dezelfde voor sommigen onbegrijpelijke verzengende begeerte: beesten zien: kruipende, sluipende, vliegende, lopende.  Het begint in de tuin en waar eindigt het? In de bibliotheek van het Roland Holsthuis in Bergen trof ik begin 2005 mijn eerste Durrell aan, Encounters with Animals, een vreemde eend in de bijt van die bibliotheek, wie had dat boek gelezen daar, de oude dichter zelf, of zijn laatste minnares Didia de Boer?

Gerald krijgt thuisonderwijs van een erudiete eilander. De rij curieuze personages die het boek bevolken is al even onthutsend als de schilderachtige flora en fauna. De keverman is een fraaie, die met een hoed rondloopt waaraan draadjes die om levende kevers gebonden zijn, die vliegend als een soort planeten om de zon van zijn hoofd bewegen. Zoiets verzin je niet, die man heeft rondgelopen op Corfu in 1936.

Als Larry een groep groep vrienden uitnodigt en de (geweldige) moeder verbaasd reageert dat ze daar in hun kleine huisje helemaal geen ruimte voor hebben komen ze al kibbelend tot de conclusie dat er maar een oplossing is: verhuizen naar een grotere villa.

En net als je denkt: wat een geweldig verhaal, hier zou je eigenlijk een serie van moeten maken, blijkt die te bestaan:

‘Maar eerst het boek:’This is the story of a five-year sojourn that I and my family made on the Greek island of Corfu. It was originally intended to be a mildly nostalgic account of the natural history of the island, but I made a grave mistake by introducing my family into the book in the first few pages. Having got themselves on paper, they then proceeded to establish themselves and invite various friends to share the chapters. It was only with the greatest difficulty, and by exercising considerable cunning, that I managed to retain a few pages here and there which I could devote exclusively to animals…

En dan verder

 

——-
 IMG_6285Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.
Hier valt in een heel vreemd verband de naam Durrell ook al een keer.
Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.

recent

Voorbije werelden

Het is hoe dan ook een beetje langzaam afbouwen op deze planeet*, de planten gaan het eerst, wegens een tekort aan kooldioxide, de dieren volgen, de zon wordt eerst te heet, de platentektoniek valt stil, het magnetisme houdt op. Alles tussen 600 miljoen en vijf miljard jaar. Ik raad je van harte aan deze pagina maar eens te lezen het is echt wetenschappelijk griezelen op macroniveau, hier kan geen Hollywood rampenfilm-blockbuster tegenop.

Dus een algemeen gevoel van verlies is alleen om die reden al onvermijdelijk. Maar Michael Bywater somt in Lost Worlds een veelheid van zaken op die al lang voor die tijd, en eigenlijk nu al, verdwenen zijn, voorgoed voorbij. ‘Yet we understand little about the quiet storm of loss which blows about our lives and histories.’ Televisieseries, gereedschappen, beroepen, kleding, gerechten, vaders, planten, dieren, vrienden, bibliotheken, steden, landen, koninkrijken, beschavingen, betaalbare huizen, hobby’s, treinkaartjes, roken in het vliegtuig, tante Henny, poste restante, zelfkritieksessies, Dolle Mina, suffragettes, de pest, koude winters, Xanadu, twee tortelduiven in 1979, Atlantis.

Bywater verzamelt ze, erudiet en geestig, zonder de ‘voorbij, voorbij o, en voorgoed voorbij’ connotatie. Maar vanuit de eenvoudige (?) aanname dat alles in chaos zal eindigen.

9780192505323In Twenty years a-growing roept Maurice O’Sullivan (Muiris Ó Súilleabháin) de wereld van Great Blasket op, het uiterst westelijk gelegen Ierse eilandje dat tot 1953 door maximaal 160 mensen bewoond werd, en daarna niet meer. Het is eigenlijk het soort boek dat de meeste mensen wel in de familie hebben: opa vertelt hoe het vroeger was, verwacht geen literaire brille dus, maar wat een schitterende voorbeeld van een verdwenen wereld. Muiris wordt op zijn 8ste van het vasteland naar naar het eiland gehaald door zijn vader en wat tantes, hij spreekt dan Engels en geen woord Iers. Op de tocht naar beneden is hij bang voor de grote kevers die hij in het landschap naar zee ziet lopen. Het zijn, als op het omslag, mannen die met de lokale boten naar zee wandelen, lichte houtcontsructies met een koeiehuid omspannen, een curragh.

Muiris heeft een vreselijke hekel aan tantes, want die zoenen, hij houdt van zijn opa die hem Iers leert, hij wordt dronken op zijn 10e met een vriendje tijdens een grote botenrace, hij haalt papagaaiduikernesten leeg, luistert naar het zingen van de cicades in de schoorstenen.

De wereld van verloren zaken wordt groter en groter en voller, en wekt eerder verwondering en bewondering dan melancholie in deze twee boeken die het gegeven niet dramatiseren, maar vastleggen.

 

——-
 IMG_6285Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.
Hier schreef ik ook een stukje over verloren beschavingen.
* Langzaam afbouwen op deze planeet is de geweldige titel van een verhalenbundel van Nico Dros.
Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.

Blijf op de hoogte, ontvang onze nieuwsbrief.

Freek

Iets met haaien. Toen het gesprek daar was beland begreep ik dat mijn dochter dacht dat ik Freek Vonk bedoelde. De Freek van nu.

‘In het kleine vissersdorpje aan de lange oude ka,
wacht de zoon van visser Kwakman op de terugkeer van zijn pa.
Hij kijkt halsreikend naar de einder van het grijze IJselmeer
en gelijk een sneeuwvlok op een molshoop daalt de winteravond neer…

In 1984 kende ik de volledige langspeelplaat De Openbaring van Freek de Jonge uit mijn hoofd. Ik zette de naald in een groef en begon mee te praten, intonaties en pauzes incluis. Klasgenoten vonden het verbijsterend en lichtjes verontrustend, maar ach je vulde er ook aardig een pauze mee.

Opmerkelijk is dat er geloof ik een verschil in waarneming is tussen hen die aanwezig waren op het Boekenbal en zij die het filmpje zagen. Op het filmpje wordt door de richtmicrofoon het andere geluid: de directrice van de CPNB Eveline Aendekerk, voor een goed deel weggedrukt. Kun je dus beter horen waarover het gaat. En mis je de context.

Voor wie daar zat, ik zat er 7 meter vandaan was er iets heel anders aan de hand dan het geweten van links Nederland dat sprak. In de context van het begin van het boekenbal dat met het thema ‘de moeder de vrouw’ een tumultueuze start had omdat een paar mannen dat plan hadden bedacht en er ook mannen over lieten schrijven, was hier opeens nadat Aendekerk nauwelijks drie woorden gesproken had een boze witte man op leeftijd keihard door een vrouw aan het heen tetteren die op het podium stond.

Waarom denkt deze dominee dat wij zo graag zijn preek willen horen, dacht ik. Waarom is de niet geestige maar drammerig geformuleerde mening van deze man zo belangrijk dat die hier en nu en niet vormgegeven in de openbaarheid moet? Waarom tettert die man door die vrouw heen?

Daar ging het over voor wie daar was. Aendekerk loste dat buitengemeen elegant op, ze vertelde een verhaal over dat ze als meisje droomde op een bal te staan met een publiek waarin iedereen beter dan zij wist wat de toespraak zou moeten zijn. Zoiets had Freek in 1982 ook bedacht.

Freek weet niet alleen beter wat haar toespraak zou moeten zijn, maar ook wat Baudets toespraak had moeten zijn. Net als zijn vader weet Freek als dominee wat iedereen moet denken. En vandaag voegt hij daar in NRC aan toe  ‘Het is noodzakelijk dat we niet rusten voordat we dit gedachtegoed met wortel en tak hebben uitgeroeid.’

Dat klinkt als Ezechiel. Zoals iedereen zal ook Freek meer op zijn vader zijn gaan lijken dan hij wilde. Ik minacht dat gezever over de Uil van Minerva. Rookwolken, holle frasen. Maar ik vind met wortel en tak gedachtegoed uitroeien niet zoveel sterker.

En een gehoor van 2.000 mensen gijzelen met een niet voorbereide speech terwijl er iemand staat te praten betekent dat Freek en Baudet een belangrijk aspect gemeen hebben. Ze horen zichzelf te graag.

 

——-
 IMG_6285Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot, zit in de redactieraad van Tirade.

 

 

Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.