Geen slechtere adressant voor de schrijversbrief dan de ambtenaar, de huisbaas of de proleterige bovenbuurman. Alle stilistische artillerie wordt in stelling gebracht, maar de geadresseerde is zelden bij machte om dat te kunnen waarderen. En dus vroegen wij schrijvers: bevindt zich in uw la nog een brief die wij aan de vergetelheid kunnen ontrukken?
In dit nummer leest u de brieven van Charlotte Mutsaers aan een fotograaf, Geerten Meijsing aan zijn Siciliaanse huisbaas, Jamal Ouariachi aan zijn bovenbuurman, Frits Abrahams aan de voorzitter van V.V. Heerenveen, Christiaan Weijts aan het Openbaar Ministerie, Ester Naomi Perquin aan een vakbond en de mysterieuze F. Rolfe aan de consul van Engeland. Detlev van Heest, ten slotte, maakt zich zorgen over het vergassingsbeleid in Tokyo: ‘Volgens onze Japanse buren beoogt dit jaarlijkse gassen de uitroeiing van geleedpotigen door middel van scheikundige middelen, zoals pesticiden. Kunt U ons precies uitleggen welke pesticiden U voor het gassen gebruikt alsmede in welke sterkte?’
Verder schrijft Menno Hartman in dit nummer over zijn innerlijke avonturier, schrijft Jabik Veenbaas over Markies de Sade, recenseert Carel Peeters ako-winnaar Post Mortem van Peter Terrin en verklaart Jeroen van Kan de fictiemoeheid die bij sommige essayisten opduikt. Daarnaast: ongepubliceerde brieven van Belle van Zuylen, een essay van Mieke Tillema over Van Ostaijen, verhalen van Amber Kreeft en Marc Colsen en poëzie van Peter Drehmanns, Rilke, Eva Gerlach en Aad Nuis.
Tot slot: Tirade gaat door, maar de redactie vertrekt. ‘Hoe lang behoudt een redactie zijn jongehonderigheid?’ vraagt Ester Naomi Perquin zich af. Lang, maar niet lang genoeg. Lang leve de nieuwe redactie. Lang leve Tirade.
Nr. 446, 2012
Lees de Tirade Blog
Dat hoeft niet in je stukje
Ze liep naast me, maar leek dat soms al te zijn vergeten, alsof ze al voorbij ons afscheid was. Met elke zorgvuldige stap die ze zette leek ze verder weg. Ik bracht haar naar het station, dat ze prima wist te liggen, maar toch wilde ik haar het station in zien gaan, toekijken hoe ze...
Lees verderDansen
Er stond een bord pasta voor me klaar. Vriend J., die deze avond ook spreekstalmeester was, begroette me even warm en bemoedigend als altijd en schoof naast me aan. In de ruimte galmden de opgewekte stemmen van leden van de organisatie van de Nacht van de Literatuur tot het plafond en weer terug, weerkaatsingen die...
Lees verderVier bier en één cola
Het was nog rustig in de kroeg. De zon wurmde zich door het glas-in-loodraampje en viel op de grote, ronde tafel waar Lootje aan zat. Ze lachte me uit toen ze me zag, omdat ik mijn zonnebril nog op had, mijn mond een grauwe streep was en mijn gezicht nog in de kreukels zat door...
Lees verder
Blog archief