Redactie in de praktijk – de leesvolksvertegenwoordiger

A sequence of an octopus being shaken and tossed by a bottlenose dolphin near Bunbury, Australia, over a five-minute period. Credit Kate Sprogis/Murdoch University Cetacean Research Unit

Hoe abstraheer je van je eigen smaak? (En waarom zou je dat doen?)  En wanneer je veel bezig bent met beoordeling van teksten, wordt je smaak dan beter of juist slechter, scherper of onduidelijker? In de loop der jaren ben ik gevoeliger geworden voor aspecten van interne logica in een tekst, maar ongevoeliger voor geschmier. (Dat overkomt helaas meer mensen.) Elke tekst tracht immers een doel te bereiken, als dat er te dik bovenop ligt, ergert me dat minder dan vroeger. Ergernis, irritatie is wel nog altijd een sterk instrument om teksten mee te bevragen.

Maar het buiten je smaak om beoordelen, hoe werkt dat?  Naarmate je meer gelezen hebt, valt elke nieuwe tekst in een bredere context en ben je bekend met meer boeken die ‘goed gedaan’ zijn, zonder dat ze je nu zozeer aanspreken. Na de beoordeling van een aantal Tirade inzendingen heb ik jarenlang mijn geest gescherpt aan een paar pagina’s Kellendonk. Dan weet je weer wat goed schrijven is. Of een pagina Arthur van Schendel. Nu werkt een bladzijde Hanny Michaelis-dagboek heel goed.

Om niet altijd naar de kwaliteit van een tekst te hoeven kijken ben ik meer Engels en Duits gaan lezen, dat kan ik zonder potloodje zal ik maar zeggen.

De redacteur is weinig meer dan een niet democratisch gekozen leesvolksvertegenwoordiger. Dat betekent dat je een beetje moet lezen met de ogen van de mensen die in boekwinkels rondlopen. De uitgeverijgeschiedenis heeft werknemers gekend die in een kamertjes weggedrukt hermetische poëzie zaten te ‘redigeren’, en mensen die de andere kant op bewogen: nog slechts oog voor de meest mainstream verkoopsuccessen.

De goede redacteur schippert daartussen en moet zijn stinkende best doen de ruimte zo breed mogelijk te houden. Want echt goede boeken zijn nooit mainstream, en echt verkopende boeken zijn nooit hermetisch.  Wat doe je dus met een tekst om te helpen er een betere tekst van te maken? Wat is het recept? Je slaat op de tekst zoals de dolfijn hierboven doet. Je rekt op en maakt soepel, je tracht een zo groot mogelijk bereik in de dichotomie mainstream-hermetisch te bereiken binnen de capaciteiten en verlangens van de auteur. En je houdt altijd een ideaal in de gaten en leest dus zoveel mogelijk goede boeken die niet door jou geredigeerd hoeven te worden. Want anders raak je een zintuig kwijt voor wat goed is.

——-

img_2482Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot en was redacteur bij Tirade.

Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.

recent

Mijn stad

Ik fietste langs het IJ. Het water ving de lage zon en leek haar vast te houden. De overkant was dichterbij dan ooit. Verderop lag het station, ook zo veranderd sinds de eerste keer dat ik hier kwam en wist dat ik nooit meer weg zou willen.

Ik dacht aan mijn jonge zelf, hoe hij zou reageren als hij hoorde wie ik over zesentwintig jaar zou zijn, hoe goed het is gekomen en hoeveel Amsterdam me al gegeven heeft.

Op mijn ouders na dank ik de stad zo’n beetje alles. En ja ze is veranderd, mijn buren kankeren wat af. De periode waarmee we ons identificeerden is bijna voorbij en elke generatie kankert op een nieuwe tijd.

Bedankt voor mijn leven, mijn vrienden, mijn gezin. Mijn vak. Die schoonheid elke dag, de zon op al dat water. Op geen andere plek en in geen andere tijd kon iemand makkelijker worden wie hij wil. Dat vergeten we nog wel eens.

Ik speelde met het idee een boek te schrijven over Amsterdam zoals ik haar ken, vanuit de optiek van iemand in de toekomst die dat allemaal verloren heeft. Alleen de eerste zin al zou je hart in reepjes scheuren.

Hoe tragisch dat ik, om mijn liefde en geluk te voelen, steeds op zoek moet naar het negatief. Kennelijk is het nodig iets (bijna) te verliezen voor ik er de waarde van inzie.

Ik fietste langs het IJ en de ring leek zich als een net te sluiten, de hele stad bijeen te brengen tot één enkel punt. Ik slikte tranen weg en dankte Amsterdam ook voor het gebrek aan tegenliggers.

Mijn stad, ik word ouder. Nadim wordt een jonge man en onze dochter loopt al bijna. Ze zijn Amsterdammers, gaan eigenwijze fuckers worden die zich met alles bemoeien en geen shit pikken van niemand niet.

Op zonnige dagen zullen ze vrij nemen en drinken op terrasen tot het donker wordt. Ze zullen zwemmen in de gracht en dommelen op bootjes. Piesen tegen bomen met hun vrienden en daarna met zijn allen slapen op een veel te kleine bank. Ze zullen studeren en er halverwege mee kappen voor een baantje in de horeca. Nog meer vrienden maken. Huilen van het lachen.

Over zesentwintig jaar ga ik uit eten met mijn dochter. Misschien kookt Nadim dan wel. Met mijn zoon en dochter zal ik nazitten tot ik bang ben niet meer te kunnen fietsen. Hun vrienden zullen aanschuiven, ik zal opstaan en op weg gaan naar huis. Op weg naar B.

Met al dat geluk in mijn kraag door de stad onderweg zijn naar B is het beeld waarmee ik mijn boek over Amsterdam zou laten eindigen.

Je zou het niet droog houden. Er bleef geen snipper van je heel.

____________________________________________________________________

Optie 8Gilles van der Loo (Breda, 1973) was redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Hij schreef de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de roman Het laatste kind. In 2016 verscheen zijn sterk autobiografische roman Het jasje van Luis Martín.

 

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver en schrijfdocent. Tussen 2011 en 2015 was hij redacteur van Tirade. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín, Dorp en  Café Dorian. Meest recent verscheen Mens blijven aan het front bij Hollands Diep, dat hij samen met zijn Oekraïense vriend Andrii Kobaliia schreef.

Blijf op de hoogte, ontvang onze nieuwsbrief.

Het Jaar van de kreeft, een deceptie

Het jaar van de kreeft (1972) van Hugo Claus was al eens verfilmd met Rutger Hauer en Willeke van Ammelrooy. Rutger Hauer – ik kan geloof ik weinig slechts over hem horen –  is niet de enige overeenkomst tussen deze film en De Beste Nederlandse Film Volgens het Publiek’ ooit: Jan Wolkers’ Turks Fruit. (1969)

Het jaar van de kreeft gaat over een stormachtige relatie van een kunstenaar met een vrouw die later aan een ernstige ziekte overlijdt. Intussen moet het vooral over seks gaan, het zijn de vroege jaren ’70.

Ik las beide boeken in de jaren ’80 en was meer een Turks fruit adept dan dat ik nou zo’n fan van Claus’ variatie was.

Nu Luc Perceval het boek geënsceneerd heeft voor toneel met Gijs Scholten van Aschat en Maria Kraakman, kan ik niet anders dan concluderen dat dit boek alleen als ballet op de planken de moeite echt waard zou zijn. Het voortdurende spel van aantrekking en afstoten laat zicht toch het mooist fysiek tonen in een choreografie. Maar Scholten van Aschat en Kraakman zijn géen dansers. En ze zijn natuurlijk heel goede acteurs, maar ze staan in een stuk waar de subtiliteit die Claus nog wel eens weet aan te brengen in zijn boek hier toch ontbreekt, de tekst is uitgekleed en wat er overblijft is eigenlijk onnodig geworden.

Tijdens de repetitie moet Perceval gedacht hebben: ‘hoe beeld je nu uit dat mensen echt om elkaar staan te springen? En zie daar: laat ze springen. En dat gaat maar door, en het is treurig voor de acteurs die dat maar avond aan avond moeten doen, maar je blijft als kijker denken: de regisseur is er niet helemaal goed uitgekomen hier. Het toneelbeeld met 23 mannelijke opblaassekspoppen helpt ook niet bij het overtuigen dat er veel subtiliteit in Percevals benadering van dit stuk schuilgaat. In beide gevallen lijkt het eerste idee het al gered te hebben.

Het jaar van de kreeft is een voortdurend schreeuwend argument voor ballet als medium voor dit boek boven toneel.

——-

img_2482Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot en was redacteur bij Tirade.

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.