Zeven jaar lang was Jean Rouaud (1952) kioskhouder in Parijs. Hij verkocht zijn krantjes, maar wilde intussen niets liever dan schrijven. In 1990 veroverde hij als bij toverslag de internationale literaire wereld met zijn debuutroman De velden van eer nadat deze was bekroond met de prestigieuze Prix Goncourt. Dit leidde in Frankrijk tot een recordaantal van 600.000 verkochte exemplaren, terwijl in ruim dertig landen vertalingen verschenen. In interviews merkte Rouaud op dat het boek het eerste deel was van een familie-trilogie waarin alles zou cirkelen rond de geschiedenis van een naar hemzelf gemodelleerde verteller. De trilogie groeide uiteindelijk uit tot een vijfluik, bestaande uit de delen De velden van eer, Illustere voorgangers, De wereld bij benadering, Voor al uw geschenken en ten slotte In de hemel zoals op aarde.
Het is een uitzonderlijke kroniek geworden, opgetekend door een rasverteller die op virtuoze wijze het persoonlijke met het universele weet te verbinden. Zijn recentste boek De beloofde vrouw verscheen in 2010.
Zie ook de eigen site van Jean Rouaud.
De beloofde vrouw
Een man in kikvorspak en een vrouw ontmoeten elkaar bij de gendarmerie van een dorp in Normandië waar zij, apart van elkaar, aangifte komen doen. Haar huis is leeggehaald door inbrekers. Zijn vrouw is met de noorderzon uit hun appartement in Parijs vertrokken met medeneming van al hun bezit, en terwijl hij troost zocht onder water, zijn dieven er vandoor gegaan met zijn auto en wat hem daarin nog restte. Beiden bijna veertigers, bevinden zij zich op een keerpunt in hun leven. Dat hij zich niet voor niets had teruggetrokken in het dorp waar hij zijn kinderjaren doorbracht, is hem de laatste dagen duidelijk geworden: hij heeft genoeg van zijn werk op een kernfysisch instituut, maar blijkt ook zelf uitgekeken op zijn huwelijk. Op haar beurt is zij, een beeldend kunstenares, teruggekomen uit Amerika omdat ze besefte met haar werk op dood spoor te zijn geraakt. Reden om haar atelier te huisvesten op het landgoed van de familie, niet ver van het dorp waar de man is opgegroeid. Vanaf het eerste moment dat Daniel en Mariana elkaar zien, stellen zij zichzelf de vraag of de ander mogelijk wél de voorbestemde geliefde is. Omdat het niet eenvoudig is een heel leven achter zich te laten, is er tijd voor nodig om die vraag te kunnen beantwoorden. Door deze liefdesgeschiedenis heen loopt het verhaal van Mariana’s vader. Om zich aan een belastend oorlogsverleden, een erfenis van zijn vader, te onttrekken, verblijft deze voornamelijk onder de grond: hij heeft zich ontwikkeld tot kenner en hartstochtelijk liefhebber van prehistorische rotstekeningen, een passie die hij uitleeft in een door hem ontdekte, maar angstvallig geheim gehouden grot.
Een lichtvoetige roman van Jean Rouaud, waarin hij laat zien dat liefde in al haar verschijningsvormen en schijnbewegingen een ernstige zaak is.
‘Zelden zullen we in de gelegenheid zijn een zo duizelingwekkend verslag te lezen van een beginnende liefde. […] Personages en verhalen lijken zich met wellust te voegen naar Jean Rouauds meanderende zinnen, en komen tot bloei onder zijn liefdevolle pen.’ Pierre Assouline in Le Nouvel Observateur
‘Geleerd en subtiel, sensueel en grappig, zo klinkt de stem van Jean Rouaud. Unieke vermenging van speelsheid en ernst, in dit loflied op de liefde waarin ook zijn liefde voor het woord doorklinkt.’
Georges Guitton in Ouest France