Isaak Babel

Isaak Emmanoeïlovitsj Babel werd in 1894 geboren in Moldavanka, als de derde zoon van Fejga Arovna en Emmanoeïl Isaakovitsj Bobel, handelaar in landbouwmachines. Kort na zijn geboorte verhuisde de familie, nu onder de naam Babel, naar het stadje Nikolajev. Daar maakte hij in 1905, als jongen van tien, een van de vele pogroms mee die dat jaar plaatsvonden in het zuiden van Rusland, een ervaring die hij verwerkte in De geschiedenis van mijn duiventil en Eerste liefde.
De familie Babel werd welvarender, zodat ze zich in 1906 opnieuw in Odessa kon vestigen, ditmaal in een respectabelere wijk. Isaak ging naar de handelsschool, die, anders dan het gymnasium, Joodse leerlingen onbeperkt toeliet. Hij blonk uit in de moderne talen, met name Frans, en in de pauzes hing hij naar eigen zeggen rond in de haven, speelde biljart in de Griekse cafés en dronk goedkope Bessarabische wijn in de wijnkelders van Moldavanka. Ondertussen bestudeerde hij onder dwang van zijn vader de Talmoed en de Thora en kreeg privélessen Hebreeuws. ‘Thuis had ik het moeilijk,’ zou hij later schrijven in het korte stukje Autobiografie (1926), ‘omdat ik me van ’s ochtends tot ’s avonds in allerlei vakken moest bekwamen. Uitrusten deed ik op school.’ Geïnspireerd door zijn leraar Frans, begon hij op zijn vijftiende verhalen te schrijven in die taal. Geen daarvan is bewaard gebleven. Toen hem in 1911 de toegang werd geweigerd tot de universiteit van Odessa vanwege de daar geldende numerus clausus voor Joden, schreef hij zich in aan de hogere handelsschool van Kiev.
De manuscripten die Babel vanaf 1915 aan tijdschriftredacties begon aan te bieden, werden overal afgewezen, tot hij in 1916 Maksim Gorki ontmoette, de meest invloedrijke schrijver en tijdschriftredacteur in die jaren en de vader van het ‘socialistisch realisme’ in de Sovjetliteratuur. Gorki plaatste twee van Babels verhalen in het novembernummer van zijn tijdschrift Letopis (Kroniek). De verhalen werden alom opgemerkt en hadden groot succes. Tegelijkertijd kwamen ze Babel op een aanklacht wegens pornografie en poging tot ordeverstoring te staan, die nooit tot een veroordeling leidde, omdat in 1917 de Revolutie uitbrak. Babel heeft later vaak getuigd van zijn dankbaarheid jegens Maksim Gorki, niet alleen voor de eerste kans die hij van hem kreeg, maar vooral ook voor de raad die Gorki hem vervolgens gaf om zich, voordat hij verder ging met schrijven, eerst ‘onder de mensen te begeven’. Die raad heeft Babel ter harte genomen.
In de decennia daarna krijgt Babel steeds moeizamere relaties tot de machthebbers. In de nacht van 27 januari 1940 werd hij, vijfenveertig jaar oud, uiteindelijk geëxecuteerd. Zijn bekendste werk is de verhalenbundel De rode ruiterij.