Debuutbundel Lieke Marsman geprezen

Wat ik mijzelf graag voorhoud, de dichtbundel waarmee Lieke Marsman is gedebuteerd bij Van Oorschot, krijgt lovende recensies.

Victor Schiferli in Het Parool: ‘Met haar laconieke, geestige manier van filosoferen slaat Marsman geregeld de spijker op zijn kop. “Ik word niet achtervolgd door herinneringen, / ik word achtervolgd door het tegenovergestelde / van herinneringen,” schrijft ze […], “Dat is alles / wat ik vergeten ben, of / de toekomst.” Dat lijken me nu al een beetje klassieke regels van een dichteres van wie we in de komende jaren veel zullen horen.’ Lees hier het hele artikel.

Erik Menkveld in de Volkskrant: ‘Verheugend vaak ook zingt het kristal […] en klinkt ze onmiskenbaar als een sprankelende nieuwe stem.’

Guus Middag in NRC Handelsblad: ‘humoristisch, licht en tegelijk pijnlijk’.

En Erik Lindner in De Groene Amsterdammer: ‘Lieke Marsman is overduidelijk een groot talent.’

Gedichten van Erik Menkveld op muziek: tussen poëzievoordracht en koormadrigaal

Dichter en componist Micha Hamel zette een aantal gedichten van Erik Menkveld op muziek. De eerste Nederlandse uitvoering is 23 september aanstaande in Utrecht, de volgende op 24 september in Amsterdam.
Tijdens het concert Tenso/Bomen speelt poëzie een grote rol. ‘Dat groeit maar, dondert niet waar, dat groeit maar alle kanten op,’ stelt Erik Menkveld in een van zijn door Micha Hamel verklankte gedichten vast. Bomen is de titel van het nieuwste werk van Micha Hamel, een semi-theatrale ruimtecompositie, speciaal voor het Nederlands Kamerkoor geschreven. ‘We zien de dichter, Erik Menkveld zelf, op het toneel die aan een lessenaar zijn gedicht voordraagt en dat gedicht wordt dan verder verlengd en ook gesymboliseerd door het koor om hem heen.’
Speciaal voor poëzie- en muziekliefhebbers biedt het Nederlands Kamerkoor maar liefst 50% korting voor dit concert. De kortingskaarten voor de avond in de Pieterskerk in Utrecht zijn uitsluitend telefonisch te reserveren via het Nederlands Kamerkoor, tel. 020-578 7978. Kaarten voor de avond in het Muziekgebouw aan ’t IJ in Amsterdam via de kassa aldaar, telefonisch, tel. 020-788 2000 of online. Zie ook: www.nederlandskamerkoor.nl. Erik Menkvelds recentste bundel is Prime time.

Hoor verschenen

Er is een nieuwe dichtbundel verschenen van Peter van Lier: Hoor. Erik Lindner schrijft op de website van De groene Amsterdammer over deze bundel: ‘Van Lier schrijft indruksgetrouwe en precieze poëzie. Hij maakt deel uit van de generatie van de impliciete filosofen, zoals Arjen Duinker, K. Michel en Mustafa Stitou (naast de veel explicietere filosoof Henk van der Waal). Veel wordt er via de beelden verteld. Soms is dat even onaangenaam, als aan een bar uit een broekzak of jaszak een speelgoedbeest te voorschijn komt. De dichtbijheid van de dingen klinkt soms een beetje navrant, door het vergrootglas van Van Lier. En tegelijkertijd is dat de scherpte, het bijzondere van zijn werk.’

Peter van Lier (1960) publiceerde in 1994 het filosofisch essay Van absurdisme tot mystiek. In 1995 debuteerde hij als dichter met de bundel Miniem gebaar, die werd bekroond met de Prijs van de Vlaamse Gids. Voor zijn bundel Gegroet o… (1998) ontving hij de Jan Campertprijs. Zijn voorlaatste bundel Zes wenken voor muggen aan de deur werd in het najaar van 2007 de kwartaalkeuze van de Poëzieclub.

Andere persstemmen:

‘De taal blijkt vooral een bezweringsmiddel tegen de dreiging van zinloosheid, chaos en wanhoop. Wat tot in de vorm van de gedichten voelbaar is: die geestige lange Van Lier-zinnen, waaraan alles gelegen lijkt de boel in verband te houden en tot een goed einde te brengen.[…]

Uit kolderiek omslachtige volzinnen die zich in grillige hink-stap-sprongen over de pagina bewegen rijst een wereld vol hedendaagse lulligheid op: gezinstaferelen, een burenruzie, kantoorlol, een televisiequiz. Een quasi-idyllische wereld, opgedist in kleine verhaaltjes met mierzoete happy endings.
Maar aan alle kanten puilt het gevaar of de afschuw achter de woorden vandaan. Mensen die zich terugtrekken op een eiland van komische vaste gewoontes en dooddoeners om zich staande te houden bevolken deze gedichten.’

Erik Menkveld in de Volkskrant

‘Zijn poëzie vraagt een aandacht die zeldzaam is heden ten dage. Hoe zuinig hij ook met zijn woorden is, de structuur van zijn gedichten, met die uitdijende zin en met het vele wit dat woorden isoleert en op de voorgrond plaatst, dwingt tot langzaam lezen.’

Janita Monna in Awater

 

Hotel van Hassel

In het weekend van 16 tot en met 18 april wordt er in De Balie in Amsterdam “Hotel van Hassel” georganiseerd: een lang weekend korte verhalen. Het programma is opgesteld door Sanneke van Hassel en verschillende schrijvers uit het Van Oorschotfonds doen er aan mee of staan in de belangstelling. Op zaterdagochtend om 11:00 bijvoorbeeld spreekt Mohana van den Kroonenberg, schrijfster van Moorddiner, het boek dat in mei verschijnt, met Librisprijswinnares D.Hooijer. Hooijer verschijnt het weekend nog een aantal keren op het podium. Verschillende voorstellingen worden gepresenteerd door Erik Menkveld, andere door Tiraderedacteur Jeroen van Kan. Op zondag spreekt Aaf Brandt Corstius over de dierenverhalen van Koolhaas.
Een groot deel van de verhalen die dit weekend worden voorgelezen, staat in het volgende Tiradenummer dat dit weekend gepresenteerd wordt en voor het eerst verschijnt met DVD. Lees voor meer informatie over dit nummer een van de berichten hieronder. Komt allen de 16e, 17e en/of 18e!

Ester Naomi Perquin ontvangt Lucy B. en C.W. van der Hoogt-prijs 2009

Deze in 1925 ingestelde prijs is in de taal van het reglement een ‘prijs van aanmoediging’, tegenwoordig ook wel ‘stimuleringsprijs’ genoemd. Hij wordt ieder jaar uitgereikt, afwisselend in de categorieën poëzie en proza, aan een schrijver van wie in de voorgaande jaren haar/zijn eerste of eerste twee publicaties zijn verschenen. Ester Naomi Perquin heeft bij Uitgeverij van Oorschot twee bundels gepubliceerd: Servetten halfstok en Namens de ander. De prijs bestaat uit een penning en 7.500 euro.

Uit het juryrapport:
De poëzie in Servetten halfstok en Namens de ander valt op door het schijnbaar gewone taalgebruik en de alledaagse, herkenbare situaties, die van een bedrieglijke eenvoud zijn, maar waarin de hele wereld doorklinkt. Perquin stelt vragen aan het leven, probeert greep te krijgen op de wereld en haar verwondering echoot in elk gedicht. De toon, helderheid en aandacht voor het gewone krijgt in een bijna achteloze vorm gestalte en onder de lichtheid klinkt steeds een droeve, melancholieke ondertoon.

De jury bestond uit Kester Freriks, Micha Hamel, Ingrid Hoogervorst en Rudi van der Paardt (voorzitter).

Eerdere laureaten van de Van der Hoogt-prijs zijn onder meer Thomas Möhlmann, Micha Hamel, Geert Buelens, René Puthaar, Erik Menkveld, Piet Gerbrandy, Peter Ghyssaert, Anna Enquist, Eva Gerlach, H.C. ten Berge, Christine D’haen, Leo Vroman, Ida G.M. Gerhardt, M. Vasalis, H. Marsman en J. Slauerhoff.

Tirade.nu – Koffernummer

De redactie van Tirade kocht op een veiling 13 koffers, die hun werkzaam leven beëindigden, eenzaam en verlaten ronddraaiend op de bagageband op Schiphol. Van wie waren deze koffers en waarom bleven ze staan en werden ze nooit opgehaald? 13 schrijvers kregen een koffer van een onbekende thuis. Het leidde tot poëzie, korte verhalen, essays, beschouwingen en een prozagedicht.
<lees verder>
‘Hoe kwam een Paraguyaans meisje, op vakantie in Ierland aan een Russische Maxime? En waarom waren sommige kledingstukken verpakt in doorzichtige plastic zakjes?’ vraagt Hans den Hartog Jager zich af. Maarten Asscher: ‘Na enig determineren, oog in oog met het breed lachende, deels met ritselende korreltjes gevulde schepsel, kom ik tot de conclusie dat het ondanks zijn vaalgroene kleur om een nijlpaard gaat.’ Ester Naomi Perquin wordt zeer persoonlijk met de eigenaresse van haar koffer. ‘In een hoek van de kamer stond haar rugzak. “Als je nu niet weggaat mis je de trein,” zei ik. Ze haalde haar schouders op. Er was iets in haar blik dat me ongemakkelijk maakte.’ Menno Wigman ontkomt niet aan de douane:‘“Und was machen Sie sonst noch?” Vernedering op vernedering. Hij sloot mijn koffer en vroeg of ik mijn armen in de lucht wilde steken’. ‘Jakie werd geboren op Super Tuesday,’ schrijft Sanneke van Hassel. Verder met Miek Zwamborn, Ton Rozeman, Edwin Fagel, Roos Ouwehand, Martin Vesseur, Erik Menkveld, Vonne van der Meer en Martijn Meijer: ‘Wat zeggen je boeken over wie je bent? Heb je geen eigen smaak als je een kast vol bestsellers hebt? Welke boeken iemand leest, zegt weinig over wie hij is.’

Twee essays in dit nummer. Wouter van Oorschot onderzoekt het werk van de schilder Melle: ‘kijken naar Melle is als het ondergaan van een repetitieve aanslag op alles waarin wij gewend zijn onze soort te verafschuwen.’ Zie de speciale pagina hiernaast. Manet van Montfrans geeft een ‘topografische interpretatie’ van Patrick Modiano’s jongste roman In het café van de verloren jeugd. Op deze website is een uitgebreide geïllustreerde versie van dit essay te lezen.

Gedichten van Lodewijk van Oord, Ineke Holzhaus en Marjet Cliteur, verhalen van Jan van Mersbergen, Mirjam Lafleur en Boris Vriens en tekeningen van Tomas Schats

www.tirade.nu