Bij mij op de maan: ‘een poëtische goudmijn’

Kindergedichten, bijna iedere Rus heeft ze met de paplepel ingegoten gekregen en kan ze uit het hoofd opzeggen. Uit de eindeloze hoeveelheid verzen is dit voorjaar de bloemlezing Bij mij op de maan tot stand gekomen. Deze even melodieuze als vindingrijke vertaling van Robbert-Jan Henkes is nu al bekroond met vijf sterren in Parool en NRC Handelsblad!

NRC Handelsblad (Guus Middag)*****
‘Dit is een poëtische goudmijn. Tijdloos en briljant. De Nederlandse kinderpoëzie is in een klap met honderden nieuwe gedichten uitgebreid.’

Het Parool (Guus Luijters)*****
‘Henkes heeft 25 jaar in dit mooie en rijke boek gestoken. 500 Pagina’s: op elke bladzijde iets te genieten.’

Lees Bij mij op de maan in linnen gebonden, met stofomslag en buikband, of als paperback.
Bewaren

Thérèse Cornips (1926-2016)

De vertaalster van onder meer Op zoek naar de verloren tijd van Marcel Proust, Thérèse Cornips, is overleden. Iedereen die haar ontmoette, was zonder uitzondering onder de indruk van haar. Vooral haar soevereiniteit was bijzonder. ‘Een vrouw, geboren in het katholieke Maastricht, met een opvallend beweeglijk gezicht, een sterk en watervlug lichaam (als kind was ze jaren wedstrijdzwemster) en een zeer open, vrije natuur,’ schreef Mirjam van Hengel vorig jaar in NRC Handelsblad. Lange tijd was ze de geliefde van de dichter Chr. J. van Geel.
In 2015 verscheen Met een bevroren jas en een geleend tientje. Herinneringen van Thérèse Cornips, opgetekend door Guus Middag. Aan hem vertelde ze onder veel meer over het naoorlogse bohémienleven met de schilder Klaus Grünewald in Wallonië. Over de liefde voor haar vader, die haar op zijn sterfbed een bekentenis deed, haar leven met Van Geel en haar gedwongen verblijf in een inrichting, haar ontmoetingen en vriendschappen met dichters, schrijvers en schilders.

Een boeiend en rijk leven dat zich over bijna de gehele twintigste eeuw – daar aan voorbij – uitstrekte is in dit boek zorgvuldig geformuleerd na te lezen.

Tweede druk van de Ilias reeds verschenen

Recentelijk stond er een mooi interview met Imme Dros in De Volkskrant. Zij sprak voornamelijk over haar vertaling van Homeros’ Ilias en de totstandkoming daarvan:

‘Hoe langer ik er mee bezig ben, hoe meer ik zie hoe knap het allemaal in elkaar zit. Het tempo van Homeros, hoe de ene scène overloopt in de andere, als in een film. Het grootste deel van de tekst is dialoog en je leert de personages kennen door de manier waarop ze praten. En net als je begrijpt wat er gebeurt, is er al weer wat nieuws aan de hand. Ilias heeft de snelheid van een live-uitzending van het journaal en flitst van het slagveld naar de Olympos en weer terug.’

Enkele weken geleden stond er een paginagrote recensie in NRC Handelsblad, dat de nieuwe vertaling maarliefst vijf ballen toekende. Guus Middag is ‘er van begin tot eind enthousiast over’ en vindt het een ‘vlotte en frisse vertaling’. Ook is de Homeros van Dros ‘nergens saai’ en de vertaling ‘direct, met herkenbaar gemopper en gescheld’.

Imme vertelde in een interview met HDC Media:
‘In Frankrijk zag ik op een gegeven moment een Odyssee liggen, in het Frans. Die begon ik toen te lezen. Toen was mijn interesse daarin weer gewekt. Op het gymnasium vond ik ze ook al zo mooi. Ik vind het nog steeds heerlijk om met die teksten bezig te zijn.’

En in de serie ‘Levenslessen’ van Trouw zei ze:
‘Ik heb lang gewacht voordat ik de Ilias vertaalde, maar nu ben ik er keihard in geworden: of een speer nu dwars door iemands hoofd gaat, of iemands darmen liggen eruit – ik vertaal het met opgewekt gemoed. Mijn schuld is het niet.’

De tweede druk van de Ilias is inmiddels al verschenen. Bestel het boek hier.

Een bijzonder mens

De hoofdpersoon van dit boek is Thérèse Cornips (1926). Ze is vertaler van onder anderen Marcel Proust en was lange tijd de geliefde van de dichter Chr.J. van Geel.
Zij vertelt over zichzelf als het kleine, brave meisje dat elke dag naar de Maastrichtse bewaarschool van de Zusters onder de Bogen gaat. Als de weerspannige twintigjarige die op een winternacht uit het raam klimt en ontsnapt aan haar tirannieke moeder, met een haastig van de waslijn gegriste, bevroren jas met een geleend tientje. En als de boze jonge vrouw die het huis van Van Geel in brand wil steken omdat hij haar voor iemand anders heeft ingeruild. Het zijn bijzondere, grappige, soms ook droevige verhalen. Over het naoorlogse bohémienleven met schilder Klaus Grünewald in Wallonië. Over haar reis naar Zweden, in de winter van 1950-1951. Over de liefde voor haar vader, die haar op zijn sterfbed een bekentenis deed, haar zelfmoordpogingen en haar gedwongen verblijf in een inrichting, haar ontmoetingen en vriendschappen met dichters en schrijvers als Elisabeth Eybers, Renate Rubinstein, Armando en Nescio.

Guus Middag stelde haar ervaringen en omzwervingen te boek, zodat nu iedereen kennis kan nemen van dit rijke, avontuurlijke levensverhaal dat bijna een eeuw omspant.

Voorjaarsaanbieding 2015

Op volgorde van verschijnen:
Kerim GöcmenRode kornoeljes (al aangeboden)
Ronald HavenaarBabyboomboek (al aangeboden)
Rutger KoplandHoe zou het zijn om thuis te zijn (al aangeboden)
J.M.A. BiesheuvelBrief aan Vader. Een keuze uit eigen werk
Otto de KatDe langste nacht
Otto de KatDe inscheper (herdruk)
Sander KollaardStadium IV
Floris TilanusKeizer Karel verliefd. Een oeroude legende
L.N. Tolstoj
Verhalen en novellen 1 (al aangeboden)
J.J. VoskuilMensenkinderen
Nico DrosLangzaam afbouwen op deze planeet
Nico DrosNoorderburen (herdruk)
J. GoudsblomVuur en beschaving. Herziene, definitieve editie
Guus MiddagIn een bevroren jas met een geleend tientje. Herinneringen van Thérèse Cornips
William ShakespeareDe schennis van Lucretia
Stephan EnterCompassie
PlatoPhaedrus
PlatoSymposium
Ester Naomi Perquin en Menno Hartman (red.) – Poëziekalender 2016

Eerste persgeluiden over ‘Celinspecties’

In NRC-Handelsblad schreef Guus Middag een paginagroot stuk over de derde bundel van Ester Naomi Perquin: ‘Een van de sterke kanten van de bundel is het contrast tussen crimineel gedrag en Perquins mooi regels.’ In het algemeen prijst Middag de sterke beelden in Celinspecties. ‘Tegelijk heeft Perquin veel oog voor de poëzie van de stoere bink uit één stuk.’

Ester Naomi Perquin mocht voor twee bundels maar liefst zes prijzen in ontvangst nemen. Haar werk werd getypeerd als ‘urgent, vermakelijk, diepzinnig, maar steeds messcherp’. In haar derde bundel Celinspecties neemt Perquin de lezer mee in de beslotenheid van systemen, verhalen en verwachtingen. De poëzie van Ester Naomi Perquin draait in kleine cirkels naar een midden en sluit dan de deur. Celinspecties zijn niet alleen letterlijk zoektochten naar de essentie, maar ook – en misschien is dat nog letterlijker – een poging onder de huid van een ander te kruipen. Perquin schrijft vanuit de aandrift tot begrip, meer dan uit de wil tot oordelen. Perquin is een van de weinige dichters in ons taalgebied die het raadsel niet opzoekt maar het zorgvuldig bewaakt.

Over de reeks

 

Het Nederlandse poëziefonds van Uitgeverij Van Oorschot is befaamd geworden door talloze Verzameld werk-edities, de ‘vignettenreeks’ (1950–1975) en de presentatie van nieuwe dichters die in de loop der tijd doorbraken naar een groot publiek. Een aantal van hen is over leden maar dat hun werk nog springlevend is moge blijken uit de presentatie van een reeks nieuwe en kernachtige bloemlezingen, samengesteld en ingeleid door aansprekende hedendaagse dichters. Een complete verzameling van de websites die aan deze bundels zijn gewijd vindt u hier.

Deze uitgaven kwamen tot stand mede dankzij een bijdrage van de Turing Foundation.

 

Jan Hanlo Tjielp tjielp
(door Guus Middag)
J.A. der Mouw Je bent de wolken en je bent de hei
(door Marjoleine de Vos)
M. Vasalis Op een vlot van helderheid
(door Hagar Peeters) (uitverkocht)
Chr. J. van Geel Het mooiste leeft in doodsgevaar
(door Willem Jan Otten)
Adriaan Morriën Zoals een ster verstand heeft van
het licht
(door Ester Naomi Perquin)
turing_afm_200_copy J.C.van Schagen Ik ga maar en blijf (door Ingmar Heytze) 2008-11-12_1512341

Rarewoorden-kaartenset en extra lemma’s

Uraten (alleen mv), mannenpis, aanv. alleen van studenten en zich studentikoos gedragende treinreizigers, omstreeks 1930; later soms ook, omstreeks 1990, van wielrenners met hoge nood.’

Het is een van de 50 lemma’s uit Guus Middags nieuwe Rarewoordenboek. Van bereshit tot zeeajuin. Speciaal voor de Oorshop schreef Middag op de titelpagina van enkele exemplaren een exclusief extra lemma. Zoals ‘Schuintamboer’, ‘Addisadder’ en ‘Oploopmeisjes’. Het Rarewoordenboek bevat 50 lemma’s, alleen deze bijzondere exemplaren bevatten er 51.

Studenten aan de masteropleiding Type and Media van de Haagse Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten verluchtten het boek met 50 typografische illustraties.
Van 14 van deze illustraties maakten we speciaal voor de feestdagen een kaartenset, te koop in onze Oorshop voor slechts € 5,- Wie tot 31 december meer dan € 50,- spendeert in onze webwinkel, ontvangt de kaartenset gratis.

Eindelijk eens leuke kerstkaarten.

Rare woorden

Van Guus Middag is het Rarewoordenboek verschenen: een boek vol onbekende, raadselachtige,  exotische en onbegrijpelijke woorden, van bereshit tot bwa-pl en van manebril tot zeeajuin. Guus Middag verzamelde ze en voorzag ze van een quasi-officiële woordenboekomschrijving. Alle rare woorden zijn geïllustreerd door studenten van de Haagse (Koninklijke) Academie van Beeldende Kunsten.

Aanbieding najaar 2011

Pierre Michon | De Elf
J.M.A. Biesheuvel | Alleen in de nacht. Een keuze uit eigen werk (hardcover)
Willem Frederik Hermans | De tranen der acacia’s (hardcover)
D. Hooijer | De wanden van Oeverhorst
Hanny Michaelis | Verzamelde gedichten
Willem Jan Otten | De vlek. Een vertelling
Mark Strand | Bijna onzichtbaar / Almost Invisible
J.J. Voskuil | Binnen de huid (hardcover)
Stephan Enter | Grip
Detlev van Heest | Het verdronken land. Terug naar Japan
Guus Middag | Rarewoordenboek. Van bereshit tot zeeajuin
Karel van het Reve | Verzameld werk deel 7
Jozien van het Reve-Driessen en Hella Rottenberg (red.) | Knip dan, toe dan! Karel van het
Reve in beeld

Gerichte gedichten

Wie bent u? Deze vraag stelt Willem Jan Otten in zijn nieuwe boek Gerichte gedichten. Aan wie stelt hij deze vraag? Wie is de lezer die er, zodra hij een gedicht schrijft, nooit niet is?
Is het waar wat Otten denkt, dat u, de alomtegenwoordige lezer, al van tevoren weet wat hij gaat schrijven? Lijkt u wellicht op zijn moeder ? Of bent u een echomuur? Zit u inderdaad in het Onze Vader? Waar bent u als alle mensen uitgegroeid zijn? Bent u wie weet de vuurtoren van Vlieland? Bent u bekend met de gedachten van Darwin? Was u er toen de vader van de dichter stervende was? In Gerichte gedichten richt Otten zich meer dan ooit rechtstreeks tot de lezer.
Met Gerichte gedichten stuit Otten, na veertig jaar poëzie bedrijven, op het raadsel van de poëzie: als u niet bestond, was er geen gedicht.

Guus Middag in NRC Handelsblad: “een dichter van verrassende beelden, vreemde woorden, snelle idioomwisselingen. Zijn gedichten zijn altijd licht en ritmisch. En hij is in staat om de meest metafysische kwesties terug te brengen tot een herkenbare scène in een herkenbaar decor.” Lees hier het hele stuk.

Willem Jan Otten hield de 4 mei-lezing tijdens de herdenkingsdienst in de Nieuwe Kerk. Zie hier.

Debuutbundel Lieke Marsman geprezen

Wat ik mijzelf graag voorhoud, de dichtbundel waarmee Lieke Marsman is gedebuteerd bij Van Oorschot, krijgt lovende recensies.

Victor Schiferli in Het Parool: ‘Met haar laconieke, geestige manier van filosoferen slaat Marsman geregeld de spijker op zijn kop. “Ik word niet achtervolgd door herinneringen, / ik word achtervolgd door het tegenovergestelde / van herinneringen,” schrijft ze […], “Dat is alles / wat ik vergeten ben, of / de toekomst.” Dat lijken me nu al een beetje klassieke regels van een dichteres van wie we in de komende jaren veel zullen horen.’ Lees hier het hele artikel.

Erik Menkveld in de Volkskrant: ‘Verheugend vaak ook zingt het kristal […] en klinkt ze onmiskenbaar als een sprankelende nieuwe stem.’

Guus Middag in NRC Handelsblad: ‘humoristisch, licht en tegelijk pijnlijk’.

En Erik Lindner in De Groene Amsterdammer: ‘Lieke Marsman is overduidelijk een groot talent.’