Hanneke van Eijken verkent in haar nieuwe bundel Hazenklop met zorgvuldige en beeldende taal de begrippen, tijd, ruimte en het horen bij een kudde.
zwerm
De schaduw is zo groot als het dier in ons
dat we te weinig zien
we voeren het te veel om het rustig te houden
aan een ketting rammelt een verlangen om uit te breken
met zware poten door de omgewoelde grond te lopen
de wens om een zwerm te zijn
ik wil een verenvacht, scherpe klauwen
een kop vol nachtnavigatie, een roep
die in mijn borst barst laten gaan
ik wil de wilde dieren in mij
die wroeten, blaffen
grommen tegen het donker