J. Goudsblom (1932-2020) was hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij behoorde tot de oprichters en eerste redactie van het literaire tijdschrift Tirade. Goudsblom bundelde aforismen in Pasmunt (1958) en Reserves (1998). Hij publiceerde tal van sociologische werken. Zijn magnum opus Vuur en beschaving verscheen in 1992 gelijktijdig in het Nederlands en het Engels. Van de Engelse editie is een herdruk verschenen als Penguin. Het boek werd verder vertaald in het Duits, Spaans, Italiaans, Hongaars, Japans en Chinees.
Floris Tilanus
Floris Tilanus (1966) werkt al decennia als illustrator en grafisch vormgever. Samen met zijn vrouw Elena Beelaerts heeft hij het Paleisje voor Volksvlijt opgericht, waarmee ze theatrale evenementen organiseren waarin kunst, vermaak en wetenschap bij elkaar komen. Hij is pianist in een trio en won in 1997 de eerste sju-kom voor amateur jazzcomponisten.
Met Keizer Karel verliefd treedt hij voor het eerst naar buiten als maker van prentenboeken. Zijn recentste werk, Zoals het is, werd bekroond in 2018 als Best Verzorgde Boek. Hij illustreerde daarnaast de Fabels van La Fontaine en de Metamorfosen van Ovidius. In het najaar van 2019 verscheen een nieuwe uitgave van De vertellingen van duizend-en-één nacht, door hem geïllustreerd. In 2025 verscheen een herziene en zeer vermeerderde druk van de Fabels van La Fontaine, met als titel Krekelzangen.
Sinclair Lewis
Sinclair Lewis (1885-1951) ontleende zijn eerste faam aan de roman Main Street. Kort na publicatie van Babbitt echter ontving hij als eerste Amerikaan de Nobelprijs voor de Literatuur. Naast romans schreef Lewis een grote hoeveelheid korte verhalen en toneelstukken. Lewis ontving de Nobelprijs voor ‘his vigorous and graphic art of description and his ability to create, with wit and humour, new types of characters’, een omschrijving van zijn werk die zeer specifiek opgaat voor Babbitt.
Patrick Dassen
Patrick Dassen doceert geschiedenis aan de Universiteit Leiden en is gespecialiseerd in de Duitse geschiedenis van de negentiende en twintigste eeuw. Hij promoveerde op De onttovering van de wereld. Max Weber en het probleem van de moderniteit in Duitsland, 1890-1920. In 2014 verscheen Sprong in het duister. Duitsland en de Eerste Wereldoorlog, waarvoor hij in 2016 de Arenbergprijs voor Europese Geschiedenis ontving. In 2021 publiceerde Dassen De Weimarrepubliek 1918-1933. Over de kwetsbaarheid van de democratie, dat in de pers wederom lovend werd ontvangen (‘Een hoogst actueel boek, dat leest als een voortreffelijk geschreven politieke thriller’, NRC Handelsblad, ****). Het boek werd door het NPO 1-radioprogramma OVT uitgeroepen tot boek van de maand en is inmiddels vele malen herdrukt.
Marc Jansen
Marc Jansen was als historicus lange tijd verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Hij woonde enkele jaren in Moskou en doorkruiste de voormalige Sovjet-Unie. In 1980 verscheen zijn proefschrift Een showproces onder Lenin, gevolgd door diverse boeken en artikelen over de Russische en Sovjetgeschiedenis. In 2008 (en de jaren daarna) maakte hij een aanvulling op en herziening van J.W. Bezemers standaardwerk Een geschiedenis van Rusland.
In 2014 verscheen Grensland (Geschiedenis van Oekraïne), dat meerdere drukken beleefde en waarvan inmiddels ruim 15.000 exemplaren verkocht werden. In 2019 verscheen De toekomst die nooit kwam, met de veelzeggende ondertitel: Hoe Rusland worstelt met zijn verleden.
Miek Zwamborn
Miek Zwamborn (1974) is dichter, schrijver, vertaalster en beeldend kunstenaar. Eerder werk stond in 2001 op de longlist van de AKO Literatuurprijs (met de roman Oploper) en in 2004 op de longlist van de Libris Literatuurprijs (de roman Vallend hout). De duimsprong is haar eerste roman die bij Van Oorschot is verschenen en werd vertaald in het Duits. Het boek is genomineerd voor de Libris Literatuurprijs 2014. In 2018 verscheen Wieren, een uitbundig geïllustreerd boek over de geschiedenis van algen en wieren, in 2023 gevolgd door Onderling. Langs de kustlijn van Mull.
Marijke Schermer
Elisabeth van Nimwegen
Elisabeth van Nimwegen (1976) studeerde in 2001 af aan de acteursopleiding van de Toneelacademie Maastricht. Ze richtte met een jaargenoot een eigen gezelschap op waarmee ze locatievoorstellingen maakte en speelde freelance bij verschillende toneelgezelschappen. Ook was ze te zien in tv-series als De troon, Deadline en Annie M.G. In 2007 maakte ze de overstap naar televisie en werkt een aantal jaren als verslaggever bij de VARA. Onder andere was ze werkzaam als presentatrice voor het wetenschapsprogramma Focus (NTR).
In 2013 debuteerde ze met De smaak van ijzer, dat alom goed besproken werd. In het najaar van 2018 verscheen Onderdak, dat ook positief werd ontvangen.
Isaak Babel
Isaak Emmanoeïlovitsj Babel werd in 1894 geboren in Moldavanka, als de derde zoon van Fejga Arovna en Emmanoeïl Isaakovitsj Bobel, handelaar in landbouwmachines. Kort na zijn geboorte verhuisde de familie, nu onder de naam Babel, naar het stadje Nikolajev. Daar maakte hij in 1905, als jongen van tien, een van de vele pogroms mee die dat jaar plaatsvonden in het zuiden van Rusland, een ervaring die hij verwerkte in De geschiedenis van mijn duiventil en Eerste liefde.
De familie Babel werd welvarender, zodat ze zich in 1906 opnieuw in Odessa kon vestigen, ditmaal in een respectabelere wijk. Isaak ging naar de handelsschool, die, anders dan het gymnasium, Joodse leerlingen onbeperkt toeliet. Hij blonk uit in de moderne talen, met name Frans, en in de pauzes hing hij naar eigen zeggen rond in de haven, speelde biljart in de Griekse cafés en dronk goedkope Bessarabische wijn in de wijnkelders van Moldavanka. Ondertussen bestudeerde hij onder dwang van zijn vader de Talmoed en de Thora en kreeg privélessen Hebreeuws. ‘Thuis had ik het moeilijk,’ zou hij later schrijven in het korte stukje Autobiografie (1926), ‘omdat ik me van ’s ochtends tot ’s avonds in allerlei vakken moest bekwamen. Uitrusten deed ik op school.’ Geïnspireerd door zijn leraar Frans, begon hij op zijn vijftiende verhalen te schrijven in die taal. Geen daarvan is bewaard gebleven. Toen hem in 1911 de toegang werd geweigerd tot de universiteit van Odessa vanwege de daar geldende numerus clausus voor Joden, schreef hij zich in aan de hogere handelsschool van Kiev.
De manuscripten die Babel vanaf 1915 aan tijdschriftredacties begon aan te bieden, werden overal afgewezen, tot hij in 1916 Maksim Gorki ontmoette, de meest invloedrijke schrijver en tijdschriftredacteur in die jaren en de vader van het ‘socialistisch realisme’ in de Sovjetliteratuur. Gorki plaatste twee van Babels verhalen in het novembernummer van zijn tijdschrift Letopis (Kroniek). De verhalen werden alom opgemerkt en hadden groot succes. Tegelijkertijd kwamen ze Babel op een aanklacht wegens pornografie en poging tot ordeverstoring te staan, die nooit tot een veroordeling leidde, omdat in 1917 de Revolutie uitbrak. Babel heeft later vaak getuigd van zijn dankbaarheid jegens Maksim Gorki, niet alleen voor de eerste kans die hij van hem kreeg, maar vooral ook voor de raad die Gorki hem vervolgens gaf om zich, voordat hij verder ging met schrijven, eerst ‘onder de mensen te begeven’. Die raad heeft Babel ter harte genomen.
In de decennia daarna krijgt Babel steeds moeizamere relaties tot de machthebbers. In de nacht van 27 januari 1940 werd hij, vijfenveertig jaar oud, uiteindelijk geëxecuteerd. Zijn bekendste werk is de verhalenbundel De rode ruiterij.
Kerim Göçmen
Kerim Göçmen werd in 1957 geboren in Izmit, een stad ten oosten van Istanbul. Hij bracht zijn jeugd door in diverse plaatsen in Turkije, waar zijn vader het ambt van rechter uitoefende. In 1974 begon hij met de studie werktuigbouwkunde in Ankara. Drie jaar later kwam hij op uitnodiging van zijn tante naar Nederland. Hij veranderde van studie en koos voor politicologie aan de Erasmus Universiteit van Rotterdam. Gedurende zijn loopbaan, die hij als opbouwwerker begon en later als beleidsmedewerker voortzette, schreef hij korte verhalen.
‘Een rijp, evenwichtig debuut,’ schreef Jasper Henderson in Het Parool. ‘Göçmen geeft zijn thema’s vorm in kalm, bijna weldadig proza.’
Edith Koenders in De Volkskrant: ‘Göçmen toont zich een meester en bewijst dat hij niet alleen het geheim van de kromme neuzen kent, maar ook dat van het vertellen van een klassiek verhaal.’
Jaap Goedegebuure in Trouw: ‘Het zorgvuldig aangebrachte patina van een voorbije wereld doet buitengewoon plezierig aan, net als de ingehouden en goed gedoseerde verteltrant, die herinnert aan negentiende-eeuwse grootmeesters als Tsjechov en Maupassant. Een origineel debuut met subtiele verhalen.’
Samuel Butler
Samuel Butler (1835-1902) ontliep zijn voorbestemming tot dominee door naar Nieuw-Zeeland te vluchten en na vijf jaar schapenteelt terug te keren voor een verdere loopbaan als huiskamergeleerde, vertaler, criticus, romancier, essayist en kunstschilder. Tijdens zijn leven verwierf hij bekendheid met ontluisterende analyses van de christelijke ethiek, kanttekeningen bij Darwins evolutieleer, vertalingen van Homerus’ werken en zijn roman Erewhon, een satirische aanklacht tegen de Victoriaanse maatschappij. Zijn postume, autobiografisch geïnspireerde familiekroniek De weg van alle vlees rekent onzachtzinnig af met de hypocrisie van de Anglicaanse kerk, en wordt tegenwoordig gezien als zijn beste fictiewerk.
Arend Jan Heerma van Voss
Arend Jan Heerma van Voss (1942-2022) was jurist en redacteur van de Haagse Post in de jaren 70. Daarna onder meer hoofdredacteur radio van de VPRO, waarvan hij ook voorzitter was. Hij publiceerde eerder de bundel De haas en de jager. Psychische stukken (1993). Ten slotte is hij zelfverklaard B-acteur, vroeger onder meer bij Van Kooten en De Bie. Dokie: een familiebericht gaat over zijn kleine zusje, die toen hij nog jong was door een noodlottig ongeval om het leven kwam.