J.M.A. Biesheuvel (Maarten) is, 81 jaar oud, na een kort ziekbed thuis in Leiden op 30 juli 2020 overleden.
J.M.A. Biesheuvel (Schiedam, 1939 – Leiden, 2020) debuteerde in 1972 met de verhalenbundel In de bovenkooi. Daarna volgden talloze bundels, altijd bestaande uit korte verhalen en novellen, waaronder De weg naar het licht, De angstkunstenaar, De verpletterende werkelijkheid, Reis door mijn kamer en kleinere uitgaven als Motje tegen gloeiend lampepeertje en Oude geschiedenis van Pa. In 2008 verscheen zijn Verzameld werk, bestaande uit al het gebundelde werk.
Biesheuvels verhalen zijn veelal autobiografisch van inslag. Hij schreef zowel over zijn ervaringen als matroos op koopvaardijschepen, over zijn depressies en zijn verblijf in wat hij unverfroren het gekkenhuis noemt, over zijn vrouw Eva, over zijn huis en werkkamer, over zijn jeugd. Daarnaast schreef hij verhalen waarin fantasie de vrije loop krijgt.
Op 15 december 2006 werd aan Biesheuvel de P.C. Hooftprijs voor zijn verhalend proza toegekend. ‘Biesheuvels associatieve verteltechniek geeft zijn proza een weldadig effect en irrationaliteit en onlogica, waardoor het fantastisch element te meer een kans krijgt’, aldus de jury onder leiding van Maarten Asscher. De jury prijst verder Biesheuvels ‘verbeeldingskracht, absurdistische humor en stilistische rijkdom’.
‘Veel van wat Maarten Biesheuvel schrijft is waar gebeurd. Maar sommige dingen die hij schrijft zijn gelogen. Mijn moeilijkheid is dat ik nooit helemaal zeker weet of wat hij schrijft nu waar gebeurd is of niet.’
– Karel van het Reve