Fjodor Michailovitsj Dostojevski (1821 – 1881) begon zijn literaire loopbaan als vertaler van het werk van Balzac en George Sand, en debuteerde met de roman Arme mensen.
In 1849 werd Dostojevski veroordeeld tot vier jaar dwangarbeid in Siberië, op deze periode baseerde hij zijn in 1859 gepubliceerde Aantekeningen uit het dodenhuis. Gedurende de jaren in Siberië oriënteerde Dostojevski zich op het christendom. Na zijn dwangarbeid moest hij dienst nemen als soldaat; hij schreef een ode aan de vrouw van de pas gestorven tsaar Nicolaas I en werd daarop bevorderd tot onderofficier. In april 1858 werd hij op medische gronden uit de dienst ontslagen en keerde hij terug naar Twer in West-Rusland. Pas eind 1859 kreeg hij toestemming zich wederom in Petersburg te vestigen.
In 1866 verschenen de eerste afleveringen van zijn grote roman Misdaad en straf. Begin 1867 vertrok Dostojevski naar het buitenland om schuldeisers te ontlopen en tijdens deze buitenlandse periode schreef hij De idioot, De eeuwige echtgenoot en het grootste deel van Boze geesten. In juli 1871 keerde hij terug naar Petersburg, waar hij zijn meesterwerk De broers Karamazow schreef. Tijdens de laatste jaren van zijn leven verwierf Dostojevski roem als redenaar: zijn toespraak bij de onthulling van het Poesjkin-standbeeld te Moskou leidde tot grote emoties: studenten vielen flauw, vrouwen omhelsden hem, vijanden verzoenden zich wenend, de kranten stonden er vol van. Op 28 januari 1881 stierf hij aan een longbloeding. Zijn begrafenis werd een nationale gebeurtenis.
Aantekeningen uit het dodenhuis en Vernederd en gekrenkt – 3
Aantekeningen uit het dodenhuis en Vernederd en gekrenkt zijn bijna gelijktijdig geschreven, in 1860, en ze zijn de meest autobiografische werken in Dostojevski’s oeuvre, maar tegelijkertijd volkomen verschillend.
Aantekeningen uit het dodenhuis is een verhaal over de lotgevallen van de schrijver in een Siberische strafkolonie en daarmee het allereerste voorbeeld van Russische kampliteratuur. Het is een rauw, maar scherpzinnig en objectief boek over de zware criminelen tussen wie Dostojevski vier jaar lang opgesloten zat. Hij laat zich erin kennen als een onnavolgbaar psycholoog en een meeslepend schrijver.
Vernederd en gekrenkt is een echte Peterburgse roman. De schrijver voert zichzelf ten tonele in een driehoeksverhouding zoals Dostojevski die zelf had meegemaakt. Hij vervlecht dit gegeven gaandeweg met het hartverscheurende verhaal van de kleine Nellie, een weesmeisje over wie de schrijver zich ontfermt, uitmondend in een uitermate spannende intrige. Dostojevski geeft een fascinerend, bijna hallucinant beeld van het Petersburg, in een verhaal dat alle registers van regelrechte satire tot diep mededogen weet te bespelen.
Najaarsaanbieding 2013
Fjodor Dostojevski | De vrouw van een ander en de man onder het bed Arend Jan Heerma van Voss | Dokie (goedkope editie)Ester Naomi Perquin en Menno Hartman (red.) | Poëziekalender 2014 Simon Carmiggelt | GedundruktWillem Frederik Hermans | Paranoia Rutger Kopland | Verzamelde gedichtenGilles van der Loo | Het laatste kindElisabeth van Nimwegen |… Lees verder
Drie nieuwe Hardcovers
Er zijn weer drie nieuwe Van Oorschot Hardcovers verschenen en nu klagen sommige lezers dat deze reeks te mooi is voor wat zij kost. Begrijpt u het, dan begrijpen wij het. W.F. Hermans – Ik heb altijd gelijk (24e druk, definitieve tekst zoals opgenomen in de Volledige Werken): 256 pagina’s, € 15,00 F.M. Dostojevski –… Lees verder