Slakken en varkens in de cultuurgeschiedenis

De eerste twee delen in de nieuwe natuur- en cultuurgidsenreeks: Slakken en Varkens Geen enkel ander dier wordt meer gegeten, en ook in onze taal nemen we het varken vaak en graag in de mond. Bijvoorbeeld om mensen een gebrek aan manieren te verwijten, of vraatzucht en luiheid. Het varken is figuurlijk meerduidig: een symbool van religieuze onreinheid, seksueel genot en bodemloze domheid. Geen wonder dat de mens zich nadrukkelijk door een eindeloze reeks taboes en vooroordelen van dit boerderijdier probeert te onderscheiden. Thomas Macho volgde de carrière van dit intens geliefde en gehate dier vanaf de vroegste domesticatie tot aan zijn positie als vlees- en metaforenleverancier nummer een.
De gewone tuinslak is een van de bijzonderste gewone dieren die we kennen. Slakken fascineren door hun spiraalvormige huisjes, hun ogen op steeltjes en het feit dat ze lekker smaken met kruidenboter. Florian Werner belicht de veelzijdigheid van dit weekdier door het culturele en historische slakkenspoor te volgen, langs een Britse slakkenrace, een biologische slakkenboerderij en slakkenseks. De slak duikt op in schilderijen, werd gebruikt als kleurstof en leende zijn huis aan een blaasinstrument. In ons gehaaste leven is de slak met haar beheerste rust en stille doorzettingsvermogen een dier waar wij nog wat van kunnen leren.