Het verzet

De meeste van mijn vrienden hadden jaren voordat ik ze had al kinderen, en wat me in die tijd opviel was dat ze vooral klaagden.

Ze beschreven hun gezinsleven als het voeren van een klein en overspannen bedrijf, en aan hun koppen was te zien dat ze meer dan klaar waren voor een vroeg pensioen.

Toen ik dit een keer tegen vriend Jochem zei, leek hij te schrikken. Hij zette zijn bier weg en gebaarde dat ik met hem mee moest komen, het drukke café uit.

‘Dat is stom van ons,’ zei hij. ‘We zijn onder elkaar en dan wordt de liefde die zo’n kind meebrengt bekend verondersteld: dat is de basis. Gaan we samen uit, dan klagen we vooral.’

Ik nam me voor het anders aan te pakken, maar doe exact hetzelfde; wissel blikken van verstandhouding met de ouders op het schoolplein, verberg mijn kateradem in mijn sjaal en praat mee over de zware nachten, over racen door de stad om alle sportclubjes op tijd te halen.

Een vorm van verzet, lijkt het. We kunnen maar niet accepteren dat we zoveel moeten, weinig tijd voor onszelf hebben. Als de schoolbel gegaan is en ik op de fiets stap om aan mijn werkdag te beginnen, valt er een last van mijn schouders. Het enge is: die last heeft misschien wel hetzelfde gewicht als waarover ik het vorige week nog had.

Ik weet dat in deze stukjes veel over de liefde voor mijn kinderen te lezen is, maar die beleef ik vooral intens bij het schrijven ervan, wat ik doe als Nadim en Ada slapen.

Zou het niet andersom moeten zijn? Zou ik me niet juist op moeten laden aan hun aanwezigheid; aan deze jaren waarin ze me nog zo nodig hebben en we samenzijn op een manier die heel erg eindig is?

‘Zie het dan,’ lijken onze kinderen te zeggen met hun kakluiers en jamwangen, hun sloophandjes en de duizenden gevaren waarmee ze ons hartverlammingen bezorgen. ‘Verzet is zinloos, het maakt je alleen maar ongelukkig.’ 

En de hardste, de hartebreker die nooit zijn doel mist: ‘Je gaat spijt krijgen van elk moment waarop je voor jezelf koos.’

_____________________________________________________________

Optie 8Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver en recensent. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in diverse bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de romans Het laatste kind en Het jasje van Luis Martín.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver, schrijfdocent en journalist. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in de bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit (nominatie Academica) en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín en Dorp (nominatie Boekenbon- en Librisprijs). Nu in de winkel: de roman Café Dorian.