Persoonlijk was ik liever niet dan wel geboren. ‘Ja, lekker Tyn,’ zei mijn moeder toen ik daar als tiener voor ’t eerst mee kwam, ‘dat had je wel wat eerder mogen zeggen. Ik kan je moeilijk alsnog laten weghalen, hè?’ Persoonlijk was ik liever niet dan wel geboren. Dat zet al mijn oordelen tussen aanhalingstekens. Ik adstrueer met een voorbeeld. ‘Mmm… Boedapest is toch een tikkeltje minder charmant dan ik had verwacht.’ ‘Wat jou betreft had het hele universum niet gehoeven, dus waarom zouden we van jou wel onvoorwaardelijke waardering voor het stedelijk schoon van Boedapest mogen verwachten?’ ‘Touché!’
Persoonlijk was ik liever níet dan wel geboren*. De kunstkritische implicaties daarvan verdisconteerd hebbende: het levert honderdeenenvijftig jaar na de geboorte van de auteur nog steeds een heel aardige avond op, een opvoering van Herman Heijermans’ Beschuit met muisjes (1910). Als oom Gerrit sterft, Gerrit Bien Aimé, leren zijn nabestaanden dat er, omgerekend naar onze tijd, meer dan twee miljoen euro te erven valt. Tegenvaller: de verscheiden oom – of broer, of zwager, of wat dan ook, dat is een kwestie van perspectief – blijkt een levende geliefde te hebben, Pollie. En de twee zijn nog maar een week eerder in de echt verbonden. De erfenis moet dus naar Pollie. Opluchting: doordat zij in het verleden schulden heeft gemaakt, zijn Gerrit en Pollie op huwelijkse voorwaarden getrouwd – ze heeft dus géén recht op de erfenis. Het geld blijft in de familie. Wending: Pollie blijkt zwanger… het nog ongeboren kind is de enige wettige erfgenaam. Woede, woede, woede!
Ik heb begrepen dat je het geruzie om geld in Beschuit met muisjes mag opvatten als kritiek op het kapitalisme en andere vormen van al dan niet gesystematiseerde hebzucht. Ik vind het prima. Maar ik denk in zulke gevallen ook: wees blij dat er in ieder geval nog iets is dat bij de gemiddelde lamzak hartstocht opwekt. De één wordt geprikkeld door onrecht, een ander leeft op bij het zien van kunst of bij het vooruitzicht op roem. En weer anderen rennen voor geld. Veel plezier ermee.
De lol van deze voorstelling – door Oostpool, in de regie van Joeri Vos, deze week voor het laatst te zien – zit voor mij vooral in het kluchtige acteren, in het keten met rekwisieten en in de dialogen van Heijermans. Sinds ik Beschuit met muisjes zag, probeer ik iedere conversatie een beetje op te peppen door op beladen momentjes deze woorden van Prosper Bien Aimé rond te strooien: ‘Ik zeg jou de waarheid zo dikwijls als mij dat convenieert!’ Het verhaal loopt trouwens goed af voor de familie Bien Aimé. Door al het geruzie over de erfenis krijgt Pollie een miskraam.
————-
Volgende week: nieuw proza van Hans Boland.
‘Hoeveel sterren, bal?’
‘Voor Beschuit met muisjes? Drie. Plus een halve bonusster voor een hilarische knokpartij met Bud Spencer & Terence Hill achtige geluidseffecten.’
Noot
*Dat meen ik niet hoor! Grote grutjes, zeg. Ik ben blij dat ik besta! Maar in iedere literaire tekst is ‘ik’ de naam van een personage, weet je nog? Teksten zijn teksten.