Bontjas in de zomer

Architectuurhistoricus Thomas A.P. van Leeuwen maakt bijzondere boeken over de elementen. Zijn waterboek ging onder meer over zwembaden. Zijn luchtboek over wolkenkrabbers. En nu is hij bezig met vuur.

Kort geleden maakte ik een radioprogramma met hem naar aanleiding van een essay dat hij schreef voor het Amerikaanse culturele tijdschrift Cabinet. Over brandtrappen in New York. Cultuurgeschiedenis zoals cultuurgeschiedenis behoort te worden geschreven: je ziet een vliegenvanger en denkt, wie is de uitvinder. Dan volg je het spoor terug. Deze week sprak ik Thomas A.P. omdat er binnenkort weer een verhaal van hem in Cabinet verschijnt. Hij was net terug van vakantie, vertelde hij, en had de ketelploeg over de vloer. Ketelploeg? Hij woont in een pand aan een Amsterdamse gracht en de ketel is daar stokoud. Stel je een paar mannen voor die met beroete hoofden in het binnenste van een oceaanstomer verdwijnen. Een tafereel uit de negentiende eeuw.

De architectuurhistoricus vertelde van de vele mannen die klussen doen aan zijn oude huis en zei dat hij wel eens heeft overwogen om een boek over hen te maken, een portrettengalerij.Goed idee, ik wil het boek hebben maar ik vind het ook goed als het een gedroomd boek blijft. Waarom was de ketelploeg trouwens nu over de vloer? ‘t Is zomer, de ketel hoeft niets te doen voorlopig. Oktober, november, dan meldt mijn servicedienst zich. ‘Dan is het te laat’, zei Van Leeuwen, ‘Een bontjas koop je ook in de zomer’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *