De eerste letter

Lieve Lieke,

Die grap over iets in tweevoud inleveren (morgen om negen uur op mijn bureau), die heb ik al vaak gemaakt maar toch heeft er nog nooit iemand gehoor aan gegeven. Althans, niet in tweevoud. Ik had je beloofd dat wel te doen, ik weet het. Je hebt met veel spanning gewacht en nu krijg je slechts een povere variatie op ‘Variaties op Variations on a Theme by William Carlos Williams door Kenneth Koch’: dat spijt me.

Het minste wat ik kon doen was je nieuwe bundel twee keer lezen. Ik ben geen recensent, dus dat De eerste letter pas aanstaande vrijdag verschijnt staat mij niet in de weg om in deze brief te vertellen over het plezier dat ik van mijn recensie-exemplaar heb gehad. Al lezende hoorde ik je weer piano spelen in de kamer boven mij zoals toen je bezig was met de schrijfarbeid. Vaak had ik helemaal niet in de gaten dat je binnen was totdat er ineens muziek klonk. Met je bundel heb ik iets soortgelijks, want de ik en jij in jouw poëzie, dat zijn wij allemaal, tot de momenten waarop jij ervoor kiest jezelf heel beheerst even te laten zien. Dan herken ik wel je gebroken harten en sommige van je angsten, maar die voeren niet de boventoon.

Ik wil graag iets citeren om dat te illustreren, om de meelezers een dienst te doen, ook al is het moeilijk kiezen. Een van de meest kernachtige opmerkingen vind ik het begin van ‘Ik neem niemand iets kwalijk’: “Jezelf aan iemand geven heeft tot gevolg / dat jij diegene wil zijn: degene / die jou krijgt. Eenzaamheid is geen gevoel, // maar een serie handelingen”. Voor mij is dit als een universele geruststelling, en ik vermoed dat ik daarin niet de enige ben.

Net schreef ik dat ik ook veel plezier van je bundel heb gehad, af en toe was dat zelfs vrij letterlijk aan de hand. Zo las ik over een gezicht dat in een patatzak wordt geduwd, zó in de uitgesmeerde mayonaise. Of het was de mayonaise die in het gezicht wordt geduwd – hoe dan ook, ik kan me dat alleen maar voorstellen met een vette grijns op m’n gezicht. Maar het plezier werd nog groter toen ik De eerste letter vers van de pers kon laten zien aan onze mede-tiradisten Gilles en Martijn. Het is uiteraard aan hen om hun eerste reacties in jouw bijzijn te herhalen. Ik waarschuw alvast: een ‘intrat koperblazers’ zou dan niet misstaan.

Ik ben blij dat ik hier als een van de eersten de kans krijg om je te feliciteren met je nieuwe bundel. Van harte en een behouden vaart. Vanaf vrijdag is het aan de rest om je nog wat veren in de bil te prikken, en dan hebben we het nog niet eens gehad over de officiële presentatie van volgende week. Ik zie je daar!

Veel liefs,
Marko

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Marko van der Wal

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds enkele jaren blogt hij (onregelmatig) voor tirade.nu.