De hele flikkerse händel

1.

‘Montgomery Clift? Dat heb ik niet.’

‘Echt niet…?’

‘Je had hier tien jaar geleden moeten komen, toen stelde de posterhandel nog wat voor. Toen had ik het vast wel gehad.’

‘Nu niet meer?’

‘Als je het niet gelooft kan je zelf kijken.’

Ik keek nog eens rond en zag in de zaak alleen maar mappen met filmposters in plastic hoezen. Als er ergens een echte Clift te vinden is, dan toch hier, maar zelf zoeken in die ongesorteerde meuk had geen enkele zin. De winkelier leek een beetje op een handelaar in oude brommeronderdelen en het liep tegen zessen. Ik wenste hem succes met zijn handel, terwijl ik hoopte dat hij eeuwig zou blijven zitten met z’n winkeldochters.

 

2.

Vanuit de volgende filmposterwinkel schalde mij keiharde klassieke muziek tegemoet. De baas van het morsige zaakje stond net een broodje weg te kauwen.

‘Eet smakelijk! Welke opera is dit ook alweer?!’

Hij drukte een knop op de stereo in en trok er een cassettebandje uit.

‘Iets van Händel, geen idee welke, want dat heb ik er natuurlijk weer niet op geschreven. Ik neem die dingen altijd op van de radio en dan vergeet ik wat het was. Mooi hè? Hou je van opera? Ja? Weet je wat ik ook zo mooi vind? Ken je die film van Lars von Trier, Antichrist, daar zit ook een stuk van Händel in. Helemaal aan het begin, die scène met dat stel dat ligt te vrijen en dat kindje… Geweldig, die harde klappen. Wacht, wacht, ik zoek het op.’

Op een laptop tikte hij met één vinger iets in.

‘You… tube… H – snap jij dat nou? Dat er op het toetsenbord zo’n hoge komma zit, of twee? Nou ja, h-a-n-d-el, antichrist. Mmh, en welke is het dan?’

‘U bedoelt Lascia ch’io pianga?’

‘Wat? Ah, je bent een kenner. Hier heb ik het. Moet je eens zien.’

Terwijl we naar de openingsscène van de film keken draaide hij het volume zo hoog dat de andere klanten spoorslags vertrokken. We zagen het jonge vrijende stel, alles gefilmd in slowmotion, en het jongetje dat met zijn teddybeer in een ander kamer van het appartement aan het spelen is. Dat het raam nog openstaat is geen probleem, totdat hij op een tafel klimt en heel langzaam de sneeuwnacht in verwdijnt. Eerst valt de beer, dan hij. Lascia ch’io pianga.

‘En? Prachtige uitvoering hè? Ik wil dit graag op de begrafenis van mijn vrouw draaien, met het beeld erbij. We kunnen vast wel ergens een beamer vandaan halen.’

‘Wil uw vrouw dat ook?’

‘Ja, ik heb het haar gevraagd. Maar ik weet niet meer wat het antwoord was. Zeg, wat betekent dat eigenlijk, lascia…?’

‘Laat me huilen.’

‘Wat? Oh, in Farinelli zit ie ook.’ Klik. ‘Meesterwerkje, hoor.’

‘Is dat Jeroen Krabbé?’

‘Nee, die speelt niet in zo’n film. Maar je bent een liefhebber? Wat moet ik nog meer luisteren? Ik ken alleen maar Händel.’

‘Nou eh… Mozart, misschien wel Haydn, maar dat is meer van hetzelfde.’

‘Wat? Dat klinkt nou al saai.’

Ik verzweeg dat ik Händel ontzettend saai vind, vooral zijn koren zijn om dood bij neer te vallen. Hij haalt steeds weer hetzelfde trucje uit en daardoor zijn al die opera’s volstrekt inwisselbaar. De meesten kennen het Hallelujah uit The Messiah alleen maar omdat de melodie dezelfde is als die van ‘Hou je smoel ja, hi ha hondelul’. En dat is voldoende.

 

3.

‘Maar goed, even iets anders. Heeft u ook iets van Montgomery Clift? Een poster of zo?’

‘Niet een boek? Dat heb ik wel. Even zien hoor, ja hier. Waar speelt ie ook alweer in… The Heiress, A Place in the Sun, I Confess – heb ik wel een poster van maar die verkoop ik je niet…. Nee, dat wordt ’m niet. Misschien heb ik wel een fotootje.’

Hoog uit een kast kwam een stoffige envelop met een grote C erop. Hij haalde er een stapel foto’s uit, spreidde ze uit op het tafeltje en liet mij m’n gang gaan. Oude stills uit verschillende films, vooral uit Freud, maar daarin droeg Clift een baard dus die waren niet geschikt. Er was één originele ansichtkaart uit de jaren vijftig met een officiële Paramount-portretfoto bij.

‘Kunnen we zaken doen?’ vroeg ik terwijl ik de kaart ophield.

‘Ah, je bent een liefhebber?’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Marko van der Wal

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds enkele jaren blogt hij (onregelmatig) voor tirade.nu.