De spiegel van de zee – Joseph Conrad

Dit is een ontstellend mooi en interessant boekje. Om minstens 7 redenen.

1. Joseph Conrad bracht een groot deel van zijn leven op zee door. Een memoire-achtig boek van Conrad over de zee is dus bijna iets als  ‘het beste managementboek ooit’. Tegenwoordig zou een TED talk het beste alternatief zijn: Conrad praat je in een half uur bij over wat hij allemaal geleerd heeft op zee over: het Anker, De Aankomst , het Gewicht van de lading, Vermist raken, Westen en Oostenwind, de Rivier, etc.

De spiegel van de zee is een schitterende liefdesverklaring aan de zee en aan de zeevaart. Je kunt het boek lezen als een wijze verzameling inzichten met een sterk aforistische aard. Maar ook werkelijk als een ultiem management boek, wat Conrad over de zee weet, vertelt veel over wat je ook maar doet.

‘Like all true art, the general conduct of a ship and her handling in particular cases had a technique which could be discussed with delight and pleasure by men who found in their work, not bread alone, but an outlet for the peculiarities of their temperament.

Conrad maakt wat hij heeft geleerd heel breed bruikbaar.

2. Conrad’s Engels is zo bijzonder juist omdat de man een Pool was. Hij heeft nooit zonder accent leren spreken, maar de schoonheid van zijn taal is vrijwel dezelfde als wat hij roemt in de wereld van de scheepvaart: precies en aandachtig. Voor elk gebruik een ander woord. Ik vind dat je kunt lezen dat Engels zijn tweede taal is, zoals je dat ook bij Nabokov kunt, er zit plezier en welbewuste constructie in elke zin. Dat komt omdat hij zijn taal bewust heeft moeten verwerven. Daarbij zijn er weinig boeken met een zo ruim vocabulaire die je toch heel goed kunt lezen, ook zonder woordenboek.

3. Het is een mooi ding, dit boek. Gemaakt door J. M. Dent & Sons Ltd. te ‘Aldine House Befordstreet London’, in 1933, in een reeks die The Open Air Library heet, boeken over de natuur. Klein van formaat, gebonden, Stofomslag, met ‘wood-engravings’ door…

4. Eric Fitch Daglish, die een fraai graveur was, maar bovenal een man met een groot ego, een groot probleem in het boekenvak. Daglish gaat redelijk ver – en we komen nu op het vlak waarin we vooral genieten van iets dat te erg is, meer dan dat het om de kwaliteit van het boek gaat:

Zie dit plaatje eens, het is de achterflap van het boek, waarin alle eer uitsluitend naar de redacteur gaat. Vier quotes over hoe goed de redacteur het wel niet doet!

Het brengt mij een lievelingscitaat in gedachten van de dichter Chr. J. van Geel: ‘Redacteurs, als ze niet vooringenomen zijn,  zijn stumperige ontdekkingsreizigers, vooral wanneer zij hovaardig de hulp der inboorlingen afslaan.’

StocklessAnchorEric Fitch Daglish zijn naam komt in binnenwerk en omslag elf maal voor. En er is een voorwoord van hem.

5. Het voorwoord van Joseph Conrad zelf is hilarisch. Ongetwijfeld is hij door Eric Fitch Daglish gedwongen het te schrijven, en hij antwoordt met een voorwoord van 5 pagina’s waarin hij uitlegt dat een voorwoord voor dit boek onzin is.

6. Vooral het hoofdstuk over het anker is schitterend, een combinatie van irritatie over het slecht begrijpen van het instrument door derden, journalisten, prutschrijvers en anderen,  en een diepe liefde voor wat het is en doet en hoe alles heet. ‘Let go!”

7. Dit is een boek in de categorie,  ‘boeken die je steeds kunt blijven herlezen’.

8. Nou vooruit. Het zijn ook wel mooie gravures. Conrad3

 

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.