Het uur van de ster – Letras Brasileiras IV

Misschien strijdt Brazilië zaterdag de WK-finale tegen Oranje, een van zijn voormalige kolonisators. De WIC veroverde het noordoosten van Brazilië (de kustlijn van São Luís, Fortaleza, Natal, Recife tot aan de Rio Real) in 1630 op de Portugezen, maar moest het gebied een kleine kwart eeuw en een guerillaoorlog later weer aan hen afstaan. Veel later bracht dit gebied een paar van de grootste Braziliaanse literaten voort, zoals Manuel Bandeira en Graciliano Ramos. Euclides da Cunha wijdde een boek aan een laat negentiende-eeuwse opstand in de regio, zijn verslag Os sertões (De binnenlanden), met het plaatsje Canudos in de hoofdrol. De schrijfster Clarice Lispector groeide op in Recife.

Lispector (19201977) was van geboorte Oekraiënse, maar emigreerde op zeer jonge leeftijd met haar familie naar Recife, later verhuisden ze naar Rio de Janeiro. In haar laatste boek, de novelle A hora da estrela (Het uur van de ster),* probeert ene Rodrigo S.M. het leven van Macabéa te beschrijven, een negentienjarig meisje uit het noordoosten van het land. Zij is terechtgekomen in een favela van Rio en werkt als typiste (het enige wat ze enigszins kan). Ze is weliswaar arm, hongerig, eenzaam, lelijk en naïef, maar niet ongelukkig. Rodrigo doet een poging haar leven in een andere, betere richting te sturen, alleen slaagt hij daar niet in.

Hij slaagt er ook bijna niet in zijn verhaal te doen aangezien hij kampt met een soort writer’s block, waardoor hij als inleiding eerst de kunst het schrijven zelf uitgebreid aftast. Hij twijfelt eraan of hij wel kán schrijven, want hij is naar eigen zeggen geen beroepsauteur. Over zijn worsteling met woorden is hij expliciet; net als Brás Cubas in Posthume herinneringen maakt Rodrigo overal waar hij kan duidelijk dat hij een verhaal schrijft, hij de schrijver is en zelf in zijn verhaal voorkomt. Maar zijn grootste handicap is dat hij zijn hoofdpersoon niet begrijpt: Macabéa is gelukkig terwijl de omstandigheden juist het tegenovergestelde voorschrijven.

In een interview zei Lispector over Macabéa dat ze ‘zo arm was dat ze alleen maar hotdogs at’, maar dat dat ‘niet het verhaal was. Het verhaal gaat over gebutste onschuld, over anonieme ellende’. Macabéa houdt van films (eens in de maand), Coca-Cola, haar foute vriendje, ze stelt zich tevreden met een slok koude koffie voor het slapen gaan. Na een kort leven waarin ze is voorgelogen, mishandeld en uitgebuit gaat ze niet ongelukkig de pijp uit – op spectaculaire wijze.

De belangrijkste filosofische vraag die Het uur van de ster voorlegt is of woorden de wereld zijn. Is het mogelijk dat Rodrigo het leven van Macabéa beschrijven zodat hij haar zelf begrijpt, en de lezer ook? Kunnen we een ander kennen via woorden? Kunnen we onszelf überhaupt kennen? De echte wereld – het echte Brazilië? – is weerbarstiger, krankzinniger en hardvochtiger dan uit te drukken valt. Lispector, die jarenlang een dagelijkse kroniek bijhield voor het Jornal do Brasil, slaagde erin dat te laten zien. Antwoorden blijven achterwege.

 

* Engelse vertaling Bejamin Moser: The Hour of the Star. De Nederlandse versie is alleen antiquarisch verkrijgbaar.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Marko van der Wal

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds enkele jaren blogt hij (onregelmatig) voor tirade.nu.