Inside Trump Tower

 

Veruit het lelijkste vertrek in ons verder prachtige appartement in Amsterdam is de badkamer, al dekt dat woord de lading niet helemaal. Zelf gebruik ik liever de letterlijke vertaling van het Franse salle de bain om recht te doen aan de bijna dertig vierkante meter die de ruimte in totaal beslaat.

Onze badzaal stamt uit de vroege jaren tachtig en is van top tot teen opgetrokken uit roze marmer. Peperduur, authentiek Breccia Pernice marmer, aan de randen en in de hoeken afgewerkt met voorheen glimmende, goudkleurige sierstrips. Pièce de résistance is een niervormig bad met een doorsnee van ruim tweeëneenhalve meter waar ik de afgelopen tien jaar hooguit vier keer in gelegen heb.*

Aan de materiaalkeuze ligt het niet per se. De lelijkheid zit ‘m vooral in een verouderd, typisch Jordanees concept van luxe dat de voormalige eigenares – nu onze onderbuurvrouw – als leidraad voor de hele verdieping had genomen. En in de absurde maatvoering. Elke hint van wellness wordt bij binnenkomst direct verdrongen door een terneerdrukkend gevoel van loneliness in de gapende, galmende emptyness tussen de verre muren en het hoge plafond.**

Het verval had zich al ingezet ver voordat wij er kwamen wonen. Er zit een barst in de wc-bril waarin de haren op mijn linkerdijbeen blijven steken, de specie tussen de verkalkte glasblokken van de douchewand brokkelt steeds verder af en de stank van stilstaand water is nauwelijks meer te verdrijven. Over de vloer loopt een spoor van witte verfspetters, vermoedelijk ooit achtergelaten door de aardsluie fuckbuddy van de onderbuurvrouw, die behalve hersenloos ook huisschilder is. In plaats van luxe en comfort ademt onze badzaal de sfeer van een raamloos, afgeragd decor van een gedateerde pornofilm.

Ik ben even vergeten hoe dit fenomeen precies heet, maar soms komen mensen op ongeveer hetzelfde moment in de geschiedenis onafhankelijk van elkaar op dezelfde ideeën. De boekdrukkunst, de kruisboog, algebra, het internet; allemaal vondsten waarvan de exacte herkomst wordt betwist. Ik moest hier onwillekeurig aan denken toen ik gisteren de foyer van Trump Tower betrad en me op een ongemakkelijke manier thuis voelde.

Er loopt een direct lijntje tussen het smaakgevoel van Donald Trump en dat van onze onderbuurvrouw. Net als onze badzaal is Trump Tower gebouwd in de eerste helft van de jaren tachtig en ingericht met bijna exact dezelfde materialen: hetzelfde marmer, dezelfde verstofte blingbling. En als je goed kijkt, is het interieur onderhevig aan dezelfde mate van aftakeling.

De beroemde roltrap waarop Trump afdaalde bij de aankondiging van zijn kandidatuur stond stil – een treffender symbool voor zijn stagnerende campagne kan ik zo gauw niet bedenken – waardoor een beveiliger op surveillance het toenemende hoogteverschil tussen de treden verkeerd inschatte, kolderiek misstapte, en pijnlijk ten val kwam.

Op televisie lijkt het heel wat, maar de bordeauxrode veloursgordijnen van de Trump Bar zijn tot op de draad versleten. In plantenbakken bezaaid met rietjes en kartonnen bekers staan plastic varens waarvan de geknakte takken met rip-tie bij elkaar worden gehouden. In de wc, waar ik noodgedwongen terechtkwam, sputterde het zeeppompje nog een laatste kwakje ingedroogd schuim in mijn handen. De blaasdroger aan de wand bleek defect.***

Zelfs de waterdruk is vergelijkbaar met die in onze badkamer. De achttien meter hoge binnenwaterval in de foyer klatert niet, maar miezert troosteloos langs de marmeren wand, waardoor Trump Tower, althans het openbaar toegankelijke deel ervan, meer lijkt op een lekkend mausoleum dan op het fonkelende glamourpaleis van een flamboyante miljardair.

Fran Lebowitz, de archetypische New Yorker en quotemachine, zei het als eerste: ‘Donald Trump is a poor man’s idea of what it’s like to be a rich man.’

_______________________

* Het kost me veel te veel tijd. Wanneer het bad na bijna drie kwartier is volgelopen, is het water alweer koud. Bovendien voel ik me verre van schoon nadat ik in mijn eigen vuil heb liggen marineren. Geef mij maar stromend water langs mijn lichaam, liefst zo heet mogelijk. Dat ik daarbij moet staan, neem ik voor lief. Ik ken een paar mensen die onder de douche gaan zitten – levensmoe, met hun scrotum op de natte tegelvloer – maar ook daar pas ik voor.

** De reden waarom we nog altijd niet aan verbouwing zijn toegekomen, is te complex om hier te behandelen.

*** Ik was in Trump Tower met een missie. Buiten het zicht van de bewaking heb ik op strategische plekken meer dan tweehonderd gratis Make America Sane Again-ansichtkaarten in het hol van de leeuw weten te verspreiden. Omdat ik het bijna in m’n broek deed, én omdat ik even uit het zicht moest verdwijnen, heb ik naderhand in de catacomben van het gebouw een latrine volgescheten en ben vervolgens – zonder door te trekken – in snelwandelpas de deur uit gelopen.

GOP 2016 TrumpKent u toevallig een potentiële Trump-stemmer? Download dan hier uw eigen Make America Sane Again ansichtkaart, stuur ‘m naar een Trump-supporter in uw kennissenkring en houd Donald Trump uit het Witte Huis.

 

Arjen van Lith is journalist en schrijver. Hij debuteerde in 2014 met de verhalenbundel Mijn Snor bij De Harmonie en publiceerde diverse korte verhalen in (literaire) tijdschriften. De meeste maanden van het jaar woont hij in Austin, Texas, waar hij werkt aan een bundeling van de brieven die hij ooit aan zijn kapper schreef, en aan een roman over zijn opgroeien in dorpsmetropool Krommenie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Arjen van Lith

Arjen van Lith (1971) is journalist, schrijver en kunstenaar. Sinds acht jaar woont hij in de Verenigde Staten, eerst in Austin en nu in Pittsburgh, waar hij werkt aan zijn sleutelroman en andere projecten