Koningsspelen

Koning Ouf, uit de opera L’Étoile van Emmanuel Chabrier (nog tot 26 oktober te zien!), viert elk jaar zijn verjaardag met de publieke executie van een onderdaan. Op de dagen voorafgaand aan zijn verjaardag is het volk op zijn hoede. Men weet immers: de koning zwerft incognito door het land op zoek naar een slachtoffer. Laat je dus niet verleiden tot uitspraken over de regering, weet het volk, want dat kan je duur komen te staan dezer dagen: wie de koning schoffeert staat een dag later op het schavot (of eigenlijk op een soort bizar martelwerktuig, waarover ik niet zal uitweiden). Straatventer Lazuli laat zich op een slecht moment een beetje gaan en verkoopt de vermomde koning een klap voor zijn kop. De koning tilt zijn hoed op, waaronder de kroon vandaan komt (c’est moi, le roi!) en binnen een mum van tijd staat het volk klaar om mee te kunnen genieten van de openbare executie.

Het zal je maar gebeuren, dacht ik gisteren in het roodfluwelen gestoelde van het Muziektheater*. Een gestoorde gek als koning, vind ik nog tot daar aan toe, want wie een monarch wil, zal er een keer een krijgen. Maar Kafkaëske toestanden en niemand die het voor je opneemt; dat vind ik angstaanjagend. Dan denk ik aan Lucia de Berk. Weliswaar is ze niet publiekelijk geëxecuteerd. Wel publiekelijk te schande gemaakt. Ik heb haar boek nog niet gelezen, (want ik lees maar weinig non-fictie, volgens Menno komt dat met de jaren). Toch heb ik al vaak gegruweld van wat haar moet zijn overkomen.

Ik probeerde me het wel eens voor te stellen. Dat op een dag de zaalarts je bij zich roept, na een harde werkdag waarbij een patiënt is overleden: ‘He Luus’, zegt hij, ‘er gaan wel erg veel mensen dood om jou heen.’ En ja, wat zeg je op zoiets terug? Je stamelt iets van: ‘Ja, ehmm, het zijn heftige weken geweest, inderdaad.’ En als je fronsend wegloopt, denk je: ‘Wat heeft die dan?’. Iedereen gaat op zijn eigen manier om met de hoge werkdruk in het ziekenhuis, weet je, en je laat het van je afglijden. Maar als je maandag op je werk komt, word je bij de directeur geroepen. Je wordt ontslagen, en er zal aangifte worden gedaan. Je vertrekt verbijsterd naar huis. Wordt een paar dagen later opgeroepen bij de politie. De media krijgen er lucht van, en plotseling word je in de kranten als een heks beschreven als een meedogenloze moordenares die weerloze slachtoffers vergiftigde.  Je wordt gearresteerd. En dan huur je toch maar een advocaat in. ‘Als ze het gaan onderzoeken zal vanzelf wel blijken dat ik niets heb gedaan’, leg je dan nog optimistisch uit aan die advocaat. Maar als vervolgens een toxicoloog gif aantreft in een van je vermeende slachtoffers, en als een stelletje wiskundigen zich via kansberekening gaat bemoeien met je zaak en concludeert dat de kans dat dit toevallig is een op zoveelmiljoen is, begin je je te realiseren dat dit wel eens heel slecht af zou kunnen lopen. ‘Heb je echt niets gedaan?’, vraagt ook je advocaat steeds vaker. Waarschijnlijk ga je jezelf die vraag zelfs stellen na een tijdje.

Ook rondom militair Marco Kroon hebben we zo’n toestand meegemaakt. De militair met willemsorde voor uitzonderlijke moed, die in zijn kroeg vol drugs en wapens werd gearresteerd. Vechtersbazen zijn die soldaten toch, dachten we massaal. Potsierlijk. Maar hij werd toch vrijgesproken, geloof ik. Of gedeeltelijk. In elk geval hoefde hij die willemsorde niet in te leveren. Maar de aandacht voor Marco was tegen die weer een beetje verstreken. En vandaag in het nieuws lees ik opeens dat piloot Poch wellicht toch niet zo schuldig is als we eerder allemaal hebben aangenomen. Er zou een complotje gaande zijn, (iets met het koningshuis)**. Nu vermoed ik dat over dergelijke complottheorieën de laatste steen wellicht niet boven zal komen (een complottheorie laat zich namelijk lastig bewijzen of weerleggen). Het bewijs dat Poch dodenvluchten uitvoerde, zou vooral zitten in de verklaringen van collega-piloten van Transavia. En zijn collega’s zijn het er onderling niet over eens of Poch wel echt ooit tijdens een dinertje gezegd heeft dodenvluchten uit te hebben gevoerd. Ondertussen zit hij al vijf jaar vast in een Argentijnse cel.

Of ben ik nu te goedgelovig, en is hier de advocaat van de duivel aan het woord? Ik vind het maar lastig en ben blij dat onze koning zijn verjaardag gewoon wil vieren met vrolijk sportende onderdanen.

 

* Het Muziektheater is ondertussen door tussenkomst van een consultancybedrijf omgedoopt tot “de Nationale Opera en Ballet”, een slecht congruerende titel, die bovendien verwarrend is, want een ballet is toch geen naam voor een gebouw.

**NRC: “Hij zei me dat er in het onderzoek tegen Poch hogere belangen speelden die ik (een ex-transavia-topman) me niet voor kon stellen. Ik vroeg (…) of hij doelde op de relatie van deze man met het Koninklijk Huis, een gerucht dat toen al in bredere kring werd gehoord. Hierop gaf hij geen antwoord, maar uit zijn lichaamstaal maakte ik op dat ik gelijk had”

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *