Wanneer liftte ik voor het eerst naar Parijs? Ik was 16 denk ik, in 1987 dus. En de laatste keer liftte ik op mijn 28ste, toen bleef ik staan want alle automobilisten vonden dat ik zelf een kaartje voor de trein kon kopen, en dat kon ik ook. Tussendoor vrijwel ieder jaar. In een blogje voor Tirade schreef ik eens mijn twijfel over de kwaliteit van Modiano’s werk neer. Het kwam me op een reprimande van de zeer goede vertaler Maarten Elzinga te staan. Ik zag het verkeerd. Als ik de helft van de romans van Modiano gelezen heb, en eveneens zo’n 15 maal een paar dagen en nachten door Parijs zwierf, dan vallen deze activiteiten getalsmatig samen zoals ze dat naar mijn idee ook inhoudelijk doen. Eerst over de kwaliteit van Modiano. Je mag geloof ik niet tornen aan de besluiten van de lieden die de Nobelprijs toekennen, maar ik sluit toch niet uit dat we over Modiano over 30 jaar anders denken dan nu over die van 30 jaar geleden: Naguib Mahfouz, die ik toevallig hoog heb zitten.
De romans van Modiano zijn precies zo verslavend als Parijs dat is voor wie van haar houdt. Je loopt rond, ontmoet vluchtig een paar mensen van wie je de namen hoort en weer vergeet, je ziet de straatnaamborden en je constateert in welk arrondissement je bent, je gaat café in en uit. Je herinnert je iets, maar niet heel precies. ‘Om te proberen de mysteries van Parijs op te lossen.’ Ik zie Modiano lezen vrijwel als een guilty pleasure, volstrekt verslavend, en naar mijn gevoel overduidelijk een truc, aanwijsbare vaagheid een rookgordijn, een voortdurend overstappen op een volgend personage, vrijwel zonder terug te keren. Modiano schrijft 1 boek in steeds een ander kafjte. Maar goed, dat kunnen we van veel grote schrijvers beweren.
Een van de vele mysteries van Parijs speelt voor mij op 173 rue d’Alésia, in het 14de arrondissement. Hier zit George Brassens een paar jaar ondergedoken bij zijn tante, voor wie hij het schitterende Chanson pour l’Auvergnat schreef:
Een lied dat net als de romans van Modiano de kracht heeft je onmiddellijk in Parijs te doen zijn.
*het mooiste stuk over Modiano op Tirade is zonder twijfel dat van Manet van Montfrans.
* en nog een stukkie over Modiano.
—-
Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot en was redacteur bij Tirade, droomt altijd over reizen.