Podiumkunst

fotoDe musical heette Dribbel. Hoewel de voorstelling niet voor mannen van veertig bedoeld was, zette de mate waarin onze zoon opging in de avonturen van de gevlekte hond me toch aan het denken.

Ik heb het nooit erg gehad op podiumkunst. Helaas zit ik zo in elkaar dat ik dit stom vind van mezelf. Ik kan het ook niet verklaren, omdat de losse onderdelen van theater me wél erg aanspreken.

Zo houd ik van sterke persoonlijkheden en heb ik een hekel aan gemompel. Goede verlichting vind ik belangrijk, evenals een hoog plafond. Verhalen met een duidelijke lijn, een climax tegen het einde en een flinke portie drama spreken me het meest aan. Als een boekpersonage tussen die twee kaften geen ontwikkeling doormaakt vraag ik me vaak af waarom iemand zijn verhaal heeft vastgelegd en ook nog verwachtte dat het interessant zou zijn. Nog iets: ik ben gek op dialogen.

Na bovenstaande te hebben opgeschreven nam ik een denkpauze van een half uur.

Nu moet namelijk het stuk komen waarin ik vertel waarom toneel niet leuk is. Maar over alle redenen die ik bedacht, is te zeggen dat ze niet opgaan voor een goed, geslaagd toneelstuk. 

Mijn probleem – en het was van groot belang dat ik het eindelijk eens uitzocht, gezien hoeveel acteurs ik ken –  is dat ik grote moeite heb met het collectief beleven van emotie, wat gebeurt als het een goed toneelstuk is. Daarnaast kan ik er niet tegen ergens vast te zitten, wat gebeurt bij minder geslaagde opvoeringen. 

Het grootste probleem blijk ik zoals altijd zelf: opstandig genoeg om me kapot te ergeren als mijn tijd verdaan wordt, maar niet lul genoeg om tijdens een voorstelling weg te gaan. 

Bij Dribbel liep de collectief beleefde emotie hoog op. Toch had ik nergens last van. De aandachtsspanne van een tweejarig kind blijkt gelijk te zijn aan de rek in mijn frustratietolerantie. 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver, schrijfdocent en journalist. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in de bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit (nominatie Academica) en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín en Dorp (nominatie Boekenbon- en Librisprijs). Nu in de winkel: de roman Café Dorian.