Shackletons einde

(De wereld in stukken 20)

Het is een omweg, maar doordat ik steeds bot vang wanneer ik een eiland opzoek in een van Boudewijn Büchs vier eilandboeken, realiseer ik me eens temeer hoe enorm de hoeveelheid eilanden eigenlijk is. (samen hebben ze 23 pagina’s eilandenregister.) Graag wil ik de lof zingen van deze vreemde reeks publicaties van een wonderlijk gepreoccupeerd heerschap, dat pedant is en toch ergens je sympathie wint: Büch. In het derde deel maakt hij dan wel drie referenties aan South-Georgia, hier op de kaart.

Büch springt lekker eigengereid en nuffig van schots naar schots, van boek naar studie in deze deeltjes, zich als nesofiel – eilandofiel – niet ontziend in wat je allemaal wel niet moet lezen.

‘Reeds in een vroeg stadium heb ik geleerd dat nesofilie dient uit te waaieren naar de meest bizarre reisverslagen, naar verborgen voetnoten en gortdroge verhandelingen.’ Om te melden dat hij in een geografisch traktaat iets over de St Peter and Paul Rocks las en dat dat traktaat verder over de Shackleton-Rowett Expedition ging (1921-1922). Hij schrijft dan dat dat de Shackleton is die stierf in 1922 en begraven werd op dat eiland, South-Georgia. In zijn vermaarde boek South beschrijft Shackleton zijn aandeel in de gouden jaren van de Zuidpool ontdekkingsreizen. In de expeditie van 1914-1917 raakt zijn schip de Endurance vast in het pakijs, wordt door de krachten van het kruiend ijs vermorzeld en de bemanning moet met een sloep eerst naar Elephant Island, eveneens op deze kaart en vervolgens een ongelofelijke reis maken naar South-Georgia. Een van de vermaardste lange zeetochten per open sloep ooit. In South beschrijft Shackleton het verlies van het schip Endurance.

‘Hurley had ondertussen zijn cinematograaf-camera opgetuigd en maakte foto’s van de Endurance in haar doodsstrijd. Terwijl hij zo bezig was, brak het ijs, dat tegen het staande want en de voor-, hoofd- en bezaanmast duwde, het want. De voortop en de bramsteng kwamen met een vaart naar beneden en hingen in wrakstukken aan de voormast, met de ra verticaal. De hoofdmast volgde onmiddellijk en brak ongeveer 3 meter boven het hoofddek af. Het kraaiennest viel binnen 3 meter van waar Hurley stond terwijl hij aan de hendel van zijn camera draaide, maar hij stopte het apparaat niet en zorgde zo voor een unieke, zij het trieste, foto.

De kledingkwestie was snel opgelost. Slaapzakken waren ook noodzakelijk. We hadden achttien bontslaapzakken en daarom moesten we tien van de Jaeger-wollen slaapzakken meenemen om de achtentwintig mannen van het gezelschap te voorzien. De wollen slaapzakken waren lichter en minder warm dan de rendierslaapzakken, en dus mocht elke man die er een kreeg ook een rendiervel om op te liggen. Het leek eerlijk om de bontslaapzakken te verdelen door lootjes te trekken, maar sommigen van ons, oudere mannen, deden niet mee aan de loterij. We vonden dat we het net zo goed konden doen met de Jaegers als met het bont. De kleding werd snel verdeeld, en toen keerden we een van de boten op zijn kant en schraagden hem met twee gebroken riemen om een ​​luwte te maken voor de kombuis. De kok zette de blubberkachel aan en even later, toen ik om de hoek van de kachel zat, hoorde ik een man zeggen: “Kok, mijn thee graag sterk.” Een ander viel in: “Kok, doe de mijne maar slap.” Het was goed om te weten dat ze deze onbezorgdheid konden tonen, maar ik meende dat de tijd rijp was om te melden dat de thee voor alle mannen hetzelfde zou zijn en dat we blij zouden zijn als we twee maanden later überhaupt nog thee zouden kunnen drinken. Het kwam toen bij me op dat het incident van psychologisch belang was. Hier waren mannen wier verblijf verpletterd was, in een kamp dat op instabiele ijsschotsen stond, schijnbaar ver verwijderd van enige kans op veiligheid, rustig bezig met de details van het bestaan ​​en hun aandacht schenkend aan kleinigheden zoals hoe je je thee het liefst dronk.’

Ze zullen eindigen op South Georgia, zoals Shackleton een paar jaar later echt zal eindigen op dat eiland. Een hartaanval, de dokter had nog tijd hem te zeggen dat ‘ie minder zou moeten drinken: ‘You are always wanting me to give up things, what is it I ought to give up?’ ‘Chiefly alcohol, Boss’, antwoordde dokter Macklin. Meer thee, slap of sterk zou misschien een idee zijn geweest.

Er staat een gedenkteken in Grytviken op South Georgia waar de gure winden omheen blazen.

Lezen:

Over de andere Zuidpool expedities, kaart 12
Sir Ernest Shackleton South. The story of Shackleton’s 1914-1917 Expedition
Boudewijn Büch Het ijspaleis. Eilanden, derde deel

Hier naar kaart 21

Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.