"A happy vicar I might have been Two hundred years ago To preach upon eternal doom And watch my walnuts grow" ... mijmert Orwell in zijn essay Why I write. In plaats van een happy vicar werd hij schrijver, zoals hij altijd al had geweten dat hij zou worden, zelfs toen hij zich tegen dat idee verzette. Alle schrijvers zijn verwaand, egocentrisch en lui, schreef Orwell, en het is een mysterie waarom ze eigenlijk schrijven. Het schrijven van een boek is een 'verschrikkelijke, uitputtende strijd', en niemand zou daaraan beginnen die niet door de een of andere demoon bezeten was. Wat voor demoon dat is? Misschien niet zoveel anders dan wat een baby bezielt die om aandacht schreeuwt. En tegelijkertijd vereist het schrijven van iets leesbaars het bijna volledig uitwissen van de persoonlijkheid; een goed boek is een venster op de wereld.
Lees de Tirade Blog
Het bleek familie
Op sociëteit Minerva in Leiden zit bij de centrale trap een plaquette in de muur. Het opschrift luidt: Ter nagedachtenis aan leden van het Leidsch Studenten Corps die door de oorlog het leven lieten. Er staan een kleine dertig namen onder. Toen ik nog lid was van Sempre Crescendo (de open muzikale subvereniging van Minerva)...
Lees verderHet geluk
Miel bestiert een charmante delicatessenwinkel die zo in een oud, Frans dorpje had kunnen staan. Zo’n dorpje waar de tijd zelfs uit vertrokken is, de straten altijd leeggelopen zijn, alle dagen traag, hitsig en doorrookt voorbijkruipen en iedere mannelijke inwoner hopeloos verliefd is op de blonde bardame die haar jonge borsten op de toog drapeert...
Lees verderLief
Gil omhelsde me, alsof hij er even in slaagde om in vijf seconden zijn hele bestaan om me heen te vouwen. We stonden in zijn woonkamer en ik was de eerste, omdat ik ook als eerste weer weg moest voor een optreden, al was ik liever als laatste gebleven. Ik liep naar het grote raam,...
Lees verder
Blog archief