The world dies with the individual’ – Alsof het voorbij is (II)

Maarten Baas decorstuk Alsof het voorbij is
Maarten Baas – alsof het voorbij is
Afgelopen vrijdag opende in het Centraal Museum (Utrecht)  ‘Alsof het voorbij is’, een mooie, kleine tentoonstelling met werk van ontwerper Maarten Baas (1978). In kamer I is een aantal werken te zien over (het verstrijken van de) tijd. In kamer II staat een decor dat is gebouwd volgens het concept dat Baas ontwikkelde voor de theaterbewerking die toneelgroep Matzer heeft gemaakt van Julian Barnes’ Alsof het voorbij is/ The Sense of an Ending (2011).

0) Er is in het leven – en daarmee in de kunst – maar één thema: de dood. Of om het vanuit een minder particulier perspectief te bekijken: vergankelijkheid. Waar het individu zijn of haar leven beschouwt als een lijn, of een draad, blijkt dat van iets meer afstand niet meer dan een stip te zijn, één van de talloze punten die samen een cirkel vormen.

1) De opening van Alsof het voorbij is vindt plaats in de refter van het Centraal Museum. Na korte inleidingen op de tentoonstelling door museumdirecteur Edwin Jacobs en ontwerper/kunstenaar/whatever Maarten Baas, zingt Lidewij Mahler – de actrice uit de AHVI-voorstelling van toneelgroep Matzer – liedjes uit de toneelbewerking van Barnes’ roman, ze begeleidt zichzelf daarbij op cello. Edwin Jacobs wordt zo gegrepen dat hij na afloop, zoals hij later ook op twitter meldt, even niets meer kan uitbrengen. Het is ontroerend: een museumdirecteur die in eigen huis langs het Syndroom van Stendhal scheert.

2) ‘Beauty plus pity – that is the closest we can get to a definition of art. Where there is beauty there is pity for the simple reason that beauty must die: beauty always dies, the manner dies with the matter, the world dies with the individual.’  Vladimir Nabokov in zijn college over Franz Kafka’s Die Verwandlung (1915)*.

3) Maarten Baas studeerde in 2002 met twee projecten af aan de Design Academy Eindhoven. Met het eerste, Smoke, veroverde hij de wereld. Van het tweede, dat hem, zoals hij vrijdag vertelde, niet minder dierbaar is, is nu een model te zien in Utrecht.

4) Co Starring, de protagonist van Nanne Teppers De vaders van de gedachte (1998), heette – volgens een artikel in het jongste nummer van De Parelduiker – in een eerdere versie van het boek ‘Willem Knollenveld’. Iedere kunstenaar probeert niet alleen de traditie, maar ook zichzelf continu te overtreffen. Binnen individuele werken, maar ook binnen een oeuvre. Zo heeft Baas na zijn Grandfather Clock – een deel van zijn serie Real Time klokken waarin acteurs 24/7 de tijd op een wijzerplaat tekenen – nu ook een Grandmother Clock gemaakt. De kast is van messing, net als, en dat is vast geen toeval, veel wijzerplaten en wijzers.

5) De mevrouw die de tijd tekent in de Grandmother Clock is ook aanwezig bij de opening. Het is grappig en ook wel luguber om haar voor haar eigen projectie te zien staan. Alsof ze is uitgetreden. Of zichzelf heeft opgesplitst. Hoogste tijd voor een Oscar/Gouden Kalf voor de acteur of actrice met het grootste uithoudingsvermogen.

6) Het lijkt me zinloos om de stukken die nu in het Centraal Museum te zien zijn hier één voor één te gaan bespreken. Ik neem tenminste aan dat meeste lezers van dit blog gewoon in Utrecht wonen, dus als je ‘Alsof het voorbij is – de tentoonstelling’ wilt zien moet je maar even naar het Nicolaaskerkhof fietsen. Kun je meteen de Dick Bruna Kerststal bekijken.

7) ‘We nemen dingen veel te makkelijk aan in het leven, niet dan? Bijvoorbeeld dat herinnering gelijk is aan gebeurtenissen plus tijd. Maar het zit allemaal een stuk vreemder in elkaar. Wie zei ook weer dat herinnering datgene is wat we dachten te zijn vergeten? En het zou voor ons duidelijk moeten zijn dat tijd niet werkt als een fixatief, maar eerder als een oplosmiddel.’ Julian Barnes, Alsof het voorbij is, vertaald uit het Engels door Ronald Vlek, Uitgeverij Atlas Contact (2011;p.71).

8) Het decor dat Baas ontwierp voor Matzers ‘Alsof het voorbij is’ bestaat uit ingepakte meubels. Het is alsof je naar een ondergesneeuwd landschap* kijkt of naar een vakantiehuisje waarvan het interieur is afgedekt met lakens en doeken.

Zonder acteurs, zonder projecties, zonder muziek – in de zwarte museumruimte waarin een variant op het toneeldecor is opgesteld – wekken de meubels en objecten ook nog heel andere associaties. De stukken doen denken aan marmeren, antieke beelden die ooit beschilderd waren, en aan ruines die ooit geornamenteerd zijn geweest. De blanco beelden symboliseren hier, in het museum, nog meer dan in het theater, de verloren tijd en het onkenbare verleden/de onkenbare werkelijkheid. Alles gestold in witte lava.

Anderzijds nodigen de stukken in het museum, grappig genoeg, ook uit tot vrolijke interpretaties. Opeens lijkt het wel of je naar een toekomst kijkt die nog is ingepakt. Een cadeautje waarvan de serene, bescheiden verpakking het grootst denkbare contrast vormt met de veelkleurige pracht die het herbergt. Een platenspeler met houten kast. Een oranje leunstoel. Een pluizig hobbelpaard.

9) ‘Dingen zijn geen ballast,’ zei scheidend Centraal Museum curator/Rietveld kenner Ida van Zeil onlangs bij de opening van haar door Jurgen Bey’s samengestelde afscheidstentoonstelling De zeven hoofdzonden. Dat was, vertelde ze erbij, één van de weinige dingen waarover ze altijd met Rietveld van mening is blijven verschillen.

10) Na afloop van de opening praten we nog wat na in de refter. Over kunst en film, over het verplanten van bomen, over koekjes bakken. Tot de agenda’s worden getrokken. Er moet een Belangrijke Afspraak worden genoteerd: begin januari gaan we met een paar man (m/v) karten. Eindig ik straks een beetje bovenaan in het eindklassement, dan schrijf ik er misschien wel een blogje over. Racebaan, wijzerplaat.

Tirade – bij de tijd.

Lees ook: Alsof het voorbij is – de toneelvoorstelling.

Soundtrack: ‘When I’m gone, when I’m gone… you’re gonna miss me when I’m gone.

Volgende week: ‘Mp, mp… buah!’ – gezellig aan de kaasfondue met Arno Camenisch en Miek Zwamborn.

Toegift – Smoke.

Filmpje over het ‘smoken’ van Rietvelds ‘Red and blue‘: hier te zien.

Noten

*1 Vladimir Nabokov, Lectures on Literature, George Weidenfeld & Nicolson, London (1980; p.251).

* 2 Eternal Sunshine of the Spotless Mind (2004) – over de horreur van het vergeten, zelfs als het om het verlies van pijnlijke of ambivalente herinneringen gaat. Joel Barish heeft besloten de herinneringen aan zijn geliefde te laten wissen door Lacuna Inc… Maar tijdens de behandeling bedenkt hij zich: Can you hear me? I don’t want this anymore… I want to call it off…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *