Steen (2)

Elke zondagmiddag maakten ze een tochtje, elke zondagmiddag hetzelfde tochtje. Naar de rivier. Ze gingen dan op een bankje zitten, keken naar het roestbruine water en aten boterhammen. Haar voeten rustten daarbij op een grote witte steen. Dat ze klein was, was geen geheim. Dat zagen zelfs haastige voorbijgangers. Zo was hij op het idee gekomen om ‘s zondagsmiddags die steen voor haar mee te nemen. Zodat ook zij plezierig op het bankje kon zitten, zonder dat haar benen doelloos bungelden.De steen kwam uit Zwitserland, ze hadden hem meegenomen van hun enige buitenlandse vakantie. Maar dat wist niemand. De steen was een geheime herinnering.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *