Over dit hoofdstuk/artikel

Jeroen Brouwers


1
Alle in dit verhaal opgenomen citaten van Conrad Busken Huet zijn uit Brussel, in: Het land van Rubens, Heideland, Hasselt, 1962.
2
Geciteerd uit Ada Deprez, E. du Perron, zijn leven en zijn werk, Manteau, Brussel/Den Haag, z.j.
3
Op de wijze Waeckt op ghy Christen al. Onbekend dichter. Een nieu Geusen Lieden Boexcken, 1581.
4
Jan Greshoff, Een geuzelied, in: Verzamelde gedichten, A.A.M. Stols, ‘s Gravenhage, 1956.
5
Willem Elsschot, Lijmen, in: Verzameld werk, P.N. van Kampen en Zoon N.V., Amsterdam, 1960.
6
Jan van Nijlen, Herinneringen aan Arthur van Schendel, in: Vandaag 5, Bruna, Utrecht, 1958.
7
Kees Fens, De verlokking van de woorden, in: De Tijd, 20 juni 1964.
8
Kees Fens, De verlokking van de woorden, in: De Tijd, 20 juni 1964.
9
Herman Teirlinck, Brussels klimaat in de ?Belle Epoque?, in: Verzameld werk, deel 5, A. Manteau, Brussel/Den Haag, 1965. De aan dit citaat onmiddellijk voorafgaande epitheta ornantia zijn eveneens van Teirlinck, id.
10
Voor onze kleinen (1884, De Seyn-Verhougstraete, Roesselare), en Fabelen (1888, J. Leb?gue, Brussel).
11
Onuitgegeven. In handschrift aanwezig in het Archief en Museum van het Vlaamse Cultuurleven, Antwerpen.
12
Louis-Paul Boon, Maagpijn, in: Boontjes twee spoken, De Arbeiderspers, Amsterdam, 1956.
13
Remco Campert e.a.: Boekje open, De Boekerij N.V., Baarn, 1963.