- R. Nieuwenhuys Franz Wilhelm Junghuhn (1809-1864)
- Fragmenten uit de geschriften van Franz Wilhelm Junghuhn
- [Gedichten van C. Buddingh']
- Henry G. Schogt Princeton
- Astère Michel Dhondt Een zondag in mei
- Chr. J. van Geel Zoon, bij de dood van zijn moeder
- Walter Nobbe
- J. de Kadt Toekomst of leegheid? Lasswell over de wetenschap der politicologen.
- A. Roland Holst Het krantenbewustzijn
- Robert de Roos / Zes gedichten
- J.H.W. Veenstra Uit Merlyns toverhoed
- Gerrit Krol Lezen en schrijven
- J. de Kadt Zij die ons regeren De ‘Memoires’ van Stikker
- J. de Kadt Overbodige knapheid
[p. 315]
Zij lijkt zo lieflijk-lieftallig: echt
een blauwgazen wezentje
om een damesblad naar te vernoemen;
pas op: de bloeddorstigste rover
uit heel het dierenrijk.
Als prehistorische monsterlarve
uit het ei gekropen, vreet zij
zich jarenlang rond en vet,
om dan tien tot twaalf dagen
door het daglicht te mogen gonzen.
Zwevend en dansend boven het riet,
een gevleugelde stiletto,
stort zij zich op haar prooi,
waarvan zij vooral het borststuk
als delicatesse waardeert.
Het volk meende vroeger dat zij met haar naald
de lippen van leugenaars
aan elkander naait: als dat
zo was, zou het stil zijn in
onze parlementsgebouwen.
Maar de mens doet zij niets, men kan haar gerust
beetpakken, ons waterjuffertje,
dat een heel speciale manier
van bevruchting ontwikkeld heeft:
copulatie in tandemvlucht.
Door menige onderzoeker: Portmaan,
Moore en Wesenberg-Lund
vol geestdrift beschreven; zo leert zij:
ook de paring van moordenaars
kan onderwerp zijn van lyriek.
C. Buddigh’
[p. 316]
Is helemaal geen paard, geen familie zelfs;
de Egyptenaren noemden hem Pe-he-mau,
wat ‘grote wateros’ betekent:
een logge kolos met een dikke, neerhangende buik
en een kwijlende bek: een Pleistoceen-monster,
dat hooi eet gelijk een rund.
Zachtmoedig, nieuwsgierig, gesteld op gezelligheid,
een volger van vaste, platgetreden paden,
wat hem dikwijls noodlottig wordt; van zijn huid
maakt men prachtige zwepen (Hadji Halef had
er zo eentje, weet ik nog goed), van zijn tanden
o.a. pianotoetsen.
Het beroemdste nijlpaard aller tijden was stellig
Hubert, die aan het einde der twintiger jaren
door de Kaapprovincie en Natal trok,
de stad Durban zelfs binnendrong, daar wandelaars en fietsers
de stuipen op ‘t lijf joeg, maar altijd juist voor
de politie ter plaatse kwam,
vlug onderdook in de rivier; hij deed niemand kwaad
in de vele dorpen waar hij door deuren en ramen
huizen en scholen binnengluurde;
op het laatst werd hij zelfs een nationale held,
tot een nijdige boer hem neerschoot en hij
bij de sectie een zij bleek te zijn.
[p. 317]
Tot zover Hubert, die Huibertje heten moest,
en die even, heel even, te voorschijn treden mocht
uit dat onafzienbare, naamloze heir,
dat eens gans Europa en Afrika bestreek,
tevreden snoepers van lotusbloemen,
in hun schuilplaats des riets en des slijks.
Maar ook hij, rondom wiens tanden verschrikking is,
heeft sinds lang het veld moeten ruimen naar de wateren
ten zuiden van de Sahara: daar
ligt hij neer onder schaduwachtige bomen, een hoofdstuk
der wegen Gods, waaronder de mens
eerdaags ‘einde’ zal schrijven.
C. Buddingh’
Lees de Tirade Blog
De mens als biopic
Aflevering 1 Samuel Sarphati Amsterdam zou een andere stad zijn als daar niet op 31 januari 1813 Samuel Sarphati was geboren. Niet alleen moest de stad het dan stellen zonder Amstel Hotel, De Pijp en sociale woningbouw, de arts Sarphati zorgde ook voor de eerste vuilophaal, gezondheid in arme wijken, schone grachten, nijverheidsonderwijs én tippelzones....
Lees verderEerste zwaluw
Vanuit het ruim kijk ik op. Door een van de dekramen zie ik de mast in de avondzon; het zonlicht schijnt op de nog ingepakte witte zeilen. Het is voorjaarslicht dat ik zie. ‘Voorjaarslicht’, zeg ik, ‘maatje’. We zijn weer thuis op de klipper in Middelburg, ons andere schip. We schilderen het dek dat het...
Lees verderLeven en laten leven – wat we kunnen leren van de BaMbuti
Larousse 18 Er zijn veel wonderlijke zaken die Colin Turnbull beschrijft in zijn prachtige boek over de pygmeeën in de Congo. Door algemene depressie aangaande de toestand in de wereld merk ik een vergaande neiging tot escapisme in mijzelf op. Het werkelijk naar-binnen-drinken van antropologische studies als The Forest People van voornoemde Turnbull is er...
Lees verder
Blog archief