Post partum

In het tuinhuis van uitgeverij Atlas Contact verzamelde zich een aantal vrienden en collega’s, die met uitzondering van Jan van Mersbergen en ikzelf nog geen letter van de te presenteren roman Oevers hadden gelezen.

Redacteur Marijn Hogenkamp zat retegoed in de materie en hield een mooi praatje over het nieuwe werk van Rob Waumans, waarin ze ook haar persoonlijke ervaring met een deel van de thematiek betrok. We aten bitterballen en kaasstengels en kregen koud bier. Gabriël had een jointje mee.

Natuurlijk dacht ik aan mijn eigen laatste boekpresentatie, tijdens de beperkingen van juni vorig jaar. Ik had het maximaal toegestane aantal van vier gasten uitgenodigd. De microplechtigheid vond plaats in een kamer bij uitgeverij Van Oorschot en ergens was dat best oké, wat me verraste omdat ik tot dusver voor mijn presentaties altijd op stampvolle kroegen had aangestuurd.

Sabry, Gabriël, Joke, Maud en Richard besloten iets te eten bij een goed restaurant voordat de borrel in de Pels zou worden voortgezet. Ik toog met Gerbrand, Rob, Renske, Cindy en Laura naar de FEBO. Om beurten porden we Rob, omdat we vonden dat hij wel iets meer zijn eigen slingers op mocht hangen.

Ik had lang geen frites meer bij de FEBO gegeten, maar deze stijfselstaafjes waren zo ver verwijderd van wat er fijn is aan patat dat ik ze direct in de vuilnisbak liet glijden. Topper bij dit bezoek was een waarschijnlijk manische, maar zeker dronken MKB-directeur op leeftijd die met zijn jonge verkopers binnenkwam en in lange halen de luikjes van de snackmuur begon te likken. De uitbater vroeg hem op luide toon de automatiek te respecteren; wat me verraste, maar voor sommige mensen betekent respect nou eenmaal meer dan liefde.

Pas in de Pels klapte de vermoeidheid voluit in mijn nek: ik had de voorgaande twee dagen dertig uur gewerkt en al evenveel alcoholische drankjes gedronken. Aan de ronde tafel achterin zat ik, en volgde wat onthecht het doodslaan van mijn fluitje pils toen de laatste presentatie van vriend Ivo Victoria me te binnen schoot.

Ik had toen iets geschreven over de gelatenheid van de schrijver en kreeg op mijn donder van voormalig Lebowskiredacteur Jasper Henderson, die ik hoog heb zitten en mag en die een punt had, maar toch: ook ík had een punt. Je bent het aan je werk verplicht dat boek in blijdschap te ontvangen. Het is een kind dat het je moeilijk heeft gemaakt, maar niettemin je eigen vlees en bloed.

Het mooiste na het krijgen van mijn kinderen vond ik om ze aan mijn familie en vrienden voor te stellen, en hoe die op mijn zoon en dochter reageerden. Vandaar dat ik hieronder graag de blurb herhaal die ik voor Oevers schreef.

In deze evenwichtige en compacte roman over verlies en onvermogen laat Rob Waumans als geen ander voelen hoe er aan ons eigen brein niet te ontkomen is. Pijnlijk, herkenbaar en op de juiste momenten ook hilarisch. 

Koop Oevers, van Rob Waumans. Het is een heel goed boek.

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver, schrijfdocent en journalist. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in de bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit (nominatie Academica) en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín en Dorp (nominatie Boekenbon- en Librisprijs). Nu in de winkel: de roman Café Dorian.