[p. 241]
Toen ik op een middag, in september 1975,
Na het laatste uur,
De boeken in mijn tas stopte,
Sloot Agnes S. de deur van het lokaal,
En kwam naar me toe.
De hele les, zei ze,
Had er een man voor het raam gestaan,
En naar mij gekeken.
Ik keek naar buiten maar zag niemand.
Alleen zij had hem gezien, verduidelijkte ze;
En nu was hij weer weg.
Ik vroeg haar hoe hij er uit had gezien,
En zij beschreef mijn vader,
Die zeventien maanden tevoren was gestorven.
Toen vroeg ik of hij opgewekt had gekeken.
Nee juist niet, zei ze.
Lees de Tirade Blog

Normaalverdeling
Een jaar of wat geleden keek ik de Zomergastenaflevering van Paul Verhoeven terug. Het gaat op zeker moment over schoonheid. Naast de schoonheid in films, komt ook wiskundige schoonheid aan bod. Verhoeven vertelt dat er eens, toen hij lang geleden in Leiden wiskunde studeerde, een docent tijdens een mondeling in tranen was uitgebarsten: de beste...
Lees verder
De oude leugen: Dulce et decorum est pro patria mori
Een paar weken geleden ben ik begonnen gedichten uit mijn hoofd te leren. Een directe aanleiding was er niet, maar het leek me leuk om – wanneer de gelegenheid zich voordoet – een gedicht te kunnen declameren, zoals ik vroeger altijd wel wat kon pingelen als er ergens een piano stond (tegenwoordig ken ik helaas...
Lees verder
DE MENS ALS BIOPIC 7 Govert Flinck vs Rembrandt
De schilder Govert Teunisz Flinck is opgenomen in het Amsterdamse Pesthuis en zegt: ‘Mijn hele leven heb ik gewacht tot al mijn critici aan de pest, cholera, of tyfus gestorven zijn. Wachten tot iedereen verdwenen en vergeten is, behalve ik. Ja, ik heb rottige gedachten gehad, mijn hele leven. En nu? Eén ding hamert, hámert...
Lees verder
Blog archief



