[p. 504]
Het gras was berijpt, de grond hard
roerloos stond een reiger in de vrieskou
de tamme ganzen gakten luidkeels
ik had warme oren van het wandelen
Over het ophaalbruggetje door het Bosplan
het winterse sluisje langs de boten
naar de kinderboerderij en Walter
Walter draafde als een herdershond om ons heen
Dampend onze adem, dampend de koffie
op onze magen, de mok in de steenkoude handen
en toen weer terug: de vorst als een scheermes
de wind en het sneeuwen der meeuwen daartussen
Stampend liepen we het warme huis binnen
en strooiden brood voor de vogels uit
(Walter verwarde een spreeuw met een lijster!)
tenslotte een potje geschaakt en verloren
[p. 505]
Het zonlicht speelt door het zomerse groen
de wind waait zacht door de bladerkronen
kalm ligt de dag in de schaduw der bomen
mals is het gras met het opgaand plantsoen
Langzaam ben ik van de tuinstad gaan houden
haar torenflats en haar vliegtuiglawaai
met straten genoemd naar vergeten landouwen
en huizen gebouwd in een handomdraai
Ik weet nog dat buiten de Stadionkade
er niets was behalve een vlakte van zand
toen kwam de Goudkust en onderdehand
ontstond er een stadswijk met pleinen en straten
Daar heb ik mijn huis met een tuin voor en achter
een zonneterras en een bloeiende roos
het zomergroen ruist in mijn achtergedachten
sinds ik Buitenveldert als woonplaats koos
Lees de Tirade Blog

Met de fiets naar de trein
Ik haastte me met flinke wind tegen naar het station. Terwijl ik zwoegend op de pedalen stond schoot me de titel van een gedicht van Obe Postma (1868-1963) te binnen: ‘Mei de auto nei de trein’ (Met de auto naar de trein), dat hij in 1927 publiceerde. De opeenvolging van de twee vervoersmiddelen, en vooral...
Lees verder
Zwichten de varensmannen
Gezwicht ben ik, wist je dat wij varensmannen, de taal van de molenaars verstaan? Het is dan wel een andere taal, een landtaal maar de molenaars leven nu eenmaal ook van de wind. Met veel wind reven ze net als wij maar het minderen van de zeilen heet bij hen zwichten. Wat ik qua taal...
Lees verder
DE MENS ALS BIOPIC 8 Jorge Zorreguieta
Aan het eind van de film Der Untergang (2004) spreekt in de bunker onder de Rijkskanselarij Adolf Hitler zijn generaals toe. De Russen zijn al in Berlijn en Hitler perst er nog een paar bevelen uit. Hij houdt zijn handen op de rug en wij zien iets wat de generaals níet kunnen zien: de handen...
Lees verder
Blog archief



