Elandenjacht en gevechtsvliegtuigen

Doorgaans als ik in Zweden ben om mijn familie te bezoeken, doe ik niet veel meer dan door het bos wandelen, wat lezen en zittend op een rots voor me uit staren. Maar nu is de tijd van de elandenjacht net begonnen en dat betekent dat we op onze hoede moeten zijn. Deze jacht is geen elitesport of een bezigheid van een kleine groep fanatici, de elandenjacht is er voor iedereen; mensen van alle bevolkingsgroepen, leeftijden en milieus doen er aan mee. Het is een traditie waar kinderen mee opgroeien, het journaal opent ermee. In sommige streken in noord Zweden verdelen ze het jaar in de tijd ‘voor’ en ‘na’ de elandenjacht.

Op het eerste gezicht lijkt alles hetzelfde, het is stil in het bos en de jagers houden zich goed verborgen. We waagden ons op een wandeling, maar bleven toch wat angstvallig op de grindwegen. Het is een griezelig gevoel dat je beloerd wordt en dat er uit het niets kogels langs je hoofd kunnen suizen. Elk jaar worden er wel een paar mensen per ongeluk geraakt. Een keer was een man door een kogel getroffen die eerst door een eland heen was gegaan. Zowel de eland als de man waren dood.

We liepen ongeveer een halfuur door het dichte bos waar mijn vader woont en waar je normaal gesproken geen ziel tegenkomt. Onderweg ontdekte ik een jager die in camouflagepak met geweer over de schouder een jachtpost opklom (zie foto). De vrouw die in het eerstvolgende huis woont, zag ons aankomen en riep me verschrikt toe dat ik in mijn bruinen lederen jasje voor een dier aangezien kon worden. Ze schieten namelijk niet alleen op elanden, maar ook op reetjes, vossen, hazen en wilde zwijnen. Een groot dier kan op driehonderd meter afstand dodelijk geraakt worden. Lokale bewoners die zich in de jachttijd het bos in wagen, dragen over hun jassen felgekleurde vestjes, of binden oranje linten rond een pet of muts.

Behalve de jacht is er nog iets dat de vredige sfeer in het bos verstoort: gedender van overvliegende gevechtsvliegtuigen. Sinds de instabiliteit in de Oekraïne laten de Russen hun militaire vliegtuigen vlak langs de Zweedse landsgrens vliegen, waarop de Zweden met vergelijkbaar machtsvertoon reageren. Nu gaat de vliegroute richting de grens boven de Oostzee net over het bos waar het huis van mijn vader staat.

De Russen laten hun vliegtuigen soms op slechts enkele meters afstand langs de Zweedse straaljagers scheren. Niemand weet in hoeverre ze hier de opdracht toe krijgen. Het zou goed kunnen dat de piloten jonge militairen zijn die stoer willen doen en showen hoe goed ze kunnen vliegen. Soms kan dat soort waaghalzerij, kleine stommiteiten of persoonlijke inschattingsfouten grote politieke gevolgen hebben. Stel je voor dat een Russisch toestel een Zweedse straaljager raakt.

Sven-Erik belde vandaag naar mijn vader, hij heeft met de jagers contact gehad en vanmiddag zullen ze ten zuiden van ons huis niet meer jagen. We kunnen dus veilig het bos in. Toch voel ik me er niet gerust op. Genieten van het ruisen van de bomen, het meditatieve mijmeren en de onbekommerde gedachte dat ik wel eens eland of hert tegen zou kunnen komen, is er dit keer niet bij. Schichtig loop ik tussen de bomen, angstig voor mannen in camouflagepakken met geweren, voorbereid op het donderende geraas van overvliegende gevechtsvliegtuigen. Aan de wereld ontsnappen kun je niet.

 

__________________________________________________________________

Jannah LoontjensJannah Loontjens is romancière, dichteres, critica, essayiste en filosofe. Onlangs verscheen haar roman Misschien wel niet.

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *