STOP DE TREINEN

Stop de treinen, leg de spoorboom klokkend plat,
Trek de ganse dienstregeling op haar gat,
Stil de haast die opdrijft tussen kantoor en huis,
Breng de baar, we rapen veren, dons en pluis.

Vlecht een vlot voor de verongelukte,
Laat hoenders voor de veel te vroeg geplukte
Stampen in de sneeuw de woorden ‘hij is dood’,
Vervoer dit cierlyck dier in een getooide boot.

Hang witte slingers op alle perrons op alle stations,
Het was een zachte harde bons,
En eer zijn vrouw die wachtte op het spoor,
Nee, laat hier nu vanavond niemand door.

Hij was haar Noord, haar Zuid, haar Oost en West,
Haar enige belofte op een nest. Hij was haar kapper,
vliegenier, haar danser; warm ooit, en nu veel te koud,
Ik dacht dat iedereen elkaar bedroog, maar ik zat fout.

Outlook kan wel dicht, wie wil er nu nog mails,
De telefoon kan uit, ik ben chats noch bels noch speels,
Zet laptops af, ontdoe de schermen van hun gloed,
Want nu komt werkelijk niets meer goed.

Annemarie Estor, naar W.H. Auden

Aanleiding: Vertraging op spoor door rouwende zwaan

————————

Annemarie Estor publiceerde de dichtbundels Vuurdoorn me (2010) en De oksels van de bok (2012). Voor beide werken ontving ze de Herman de Coninckprijs. Haar jongste Tirade publicatie vind je in Tirade 454.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *