Vrijheid

‘De honden zullen over je waken.’ Hafid Bouazza, Meriswin (2014;p.188).

Ik was een paar dagen in Holten (Overijssel). Om een beetje te lopen, om een beetje te lezen. En om mijn broer te helpen met hooien (foto). Zaterdagavond belandde ik op de Canadese militaire begraafplaats. Bloeiende azalea’s, bloeiende rododendrons, bloeiende Lelietjes-van- dalen. De stoeltjes (donkerbruin hout, zilveren pootjes) voor dodenherdenking stonden al klaar, in stapels. Ik wandelde, schreed, naar het hoogste punt van de begraafplaats om daar, tussen twee lindenbomen, uit te kijken over honderden uniforme, witte grafstenen. Jonge konijntjes renden achter elkaar aan tussen en langs de graven, een eekhoorn beklom de onzichtbare spiltrap rond een eikenboom. In bos en begraafpark een symfonieorkest van vrije vogelsoorten. Ik had geen behoefte om me bezig te houden met De Tweede Wereldoorlog of om na te denken over het rare, verwarrende verband tussen vrijheid en geweld. Ik at een zuurtje, een Napoleon, en begon langs de grafstenen te lopen. H.H. Anderson – Age 24. He died that we might live. De vaders en moeders, de geliefden, die om deze jongens hebben gerouwd zullen al decaden dood zijn, maar ieder ingebeiteld gedenkregeltje had de impact van een roman. Na vijf, zes stenen moest ik het lezen opgeven. Toch was het – hand in eigen boezem – een tikje schijnheilig om zo hevig aangegrepen te worden terwijl ik zelf rondliep met een dikke, vette gun in m’n schouderholster en nota bene diezelfde middag in Snackbar Harry nog een –

‘Volgende item, volgende item!’

Zondag dropte ik m’n zoon bij zijn moeder en racete plankgas door naar Amsterdam waar tientallen sympathieke mensen zich hadden verzameld in ruimte 28 van het Lloyd Hotel – Oostelijke Handelskade 34 – omdat mijn goede vriend en Tirade-contribuant Daniël Rovers er zijn boek met (anti)reisverhalen presenteerde.

In de hoge ruimte met visgraatparket, houten lambrisering en comfortabele stoelen met Wes Anderson-gele bekleding op zitting en rugleuning, luisterden we bij daglicht naar de reisavonturen van – in volgorde van voorlezen – Anton Valens, Jannie Regnerus, Franca Treur en Daniël Rovers.

Als je denkt dat ik Daniëls nieuwe boek, De zon is het probleem niet, vannacht meteen heb gelezen, dan onder/overschat je me. Wel las ik het verslag van zijn reis naar het bootvluchtelingeneiland Lampedusa dat onlangs als zelfstandig boekje werd uitgegeven en als Paasgeschenk werd gedistribueerd onder de 2.000 meest invloedrijke denkers van Nederland.

Wat me frappeerde in Lampedusa is het motief van de (herders)hond.* Een citaat:

‘Op station Rocca Palumba wankelt een oude pezige man stomdronken de trein uit, hij schuifelt naar de rand van een brede bloembak, gaat daar zitten, lokt met een handgebaar een herdershond die op de tegels ligt, aait het beest een paar keer en geeft het dan een stevige tik op zijn kop, waarop de hond heel dociel plat op de grond gaat liggen. De man kijkt voor zich uit, verbaasd over het leven dat maar niet wil ophouden.’ (p.28).

Later, aan het strand van Porto Empedocle (p.35), ziet Rovers hoe twee trimmers hun zoekgeraakte en weer hervonden hond als beloning niet aanhalen, maar schoppen; weer dertig pagina’s verder beschrijft hij (Rovers) hoe een televisiejournalist, genaamd Rosario, zich over twee jonge herdershonden ontfermt.

Wanneer Rovers honden met een dierenasiel in verband brengt, weet je zeker dat (herders)honden voor hem – in Lampedusa althans – een brug vormen tussen geprivilegieerde westerlingen en de vluchtelingen die naar Europa (Lampedusa) komen. Het lieve, gevaarlijke, harige dier verenigt de kwetsbaarheid/geslagenheid van de vluchteling en de macht/repressieve kracht van het westen.

Op pagina 75 van Lampedusa komen we nog een ‘vadsige herdershond’ tegen en op pagina 80 wordt de relatie tussen Asielzoekers-Honden-Vrije westen definitief bekrachtigd als Rovers – in afwachting van een boot of tien met in totaal tweeduizend vluchtelingen aan boord – op het dak van zijn hotel staat:

‘Er hangt een sluier voor de maan en er is geen enkele beweging op straat te bespeuren. Hondengeblaf, mogelijk uit de richting van het opvangkamp.’

Rovers-De-zon-is-het-probleem-nietOf in Rovers’ andere reisverhalen net zoveel honden voorkomen en of ze net zo’n pregnante rol spelen als in Lampedusa kan ik je nog niet vertellen. Maar ga dat vooral zelf uitzoeken: Daniel Rovers, De zon is het probleem niet, Uitgeverij Wereldbibliotheek (2014).

Tirade – overal thuis.

Soundtrack: Travel the World and the Seven Sea’s/Everybody is looking for something. Eurythmix.

Volgende week: naar de film! En meer.

Noot

*Internationaal keurmeesteres A. Gondrexon-Ives Browne noemt, in de Tirion Hondengids, de aard van de Duitse Herdershond: ‘Intelligent, moedig, opmerkzaam, waakzaam, trouw; zo nodig scherp en vechtlustig.’  Scherp en vechtlustig. Zo nodig.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *