[p. 91]
KinderFreud.
als je over de rand van de regenput keek
kwam Joosje Pek
brrr, en die trok je naar de diepte.
als je over deze vier tegels kon heenspringen
kreeg je een zes voor taal.
achter de schuur deed een struise boerenmeid
haar behoefte dat het ruiste.
als je een sigaret rookte zag God je
met alle gevolgen van dien
hoewel je daarna koffiebonen at.
en je speelde vadertje en moedertje
dat wil zeggen doktertje en zustertje
en ging dan met ongewassen handen aan tafel.
en je viste met kurk en rood lood
waarmee flessen rode mistella waren afgesloten,
en vliegertouw:
‘God, als ik vóór zes uur iets vang
krijg ik een fiets van Sinterklaas.’
en je mocht vooral niet
op de rode blokken van het tapijt stappen
als je dat deed
bleef je ter plaatse dood.
en zes december kreeg je een step.
en je droomde van Joosje Pek, die struise boerenmeid.
A.J. Korteweg