Medewerkers aan dit nummer
Hein Groen is publiciste en vertaalster. Zij publiceert in De Groene Amsterdammer, schreef De ruimte van Virginia Woolf (1998) en was een van de vertalers van Elegie voor Iris (1999) van John Bayley.
Sanneke van Hassel (1971) studeerde theaterwetenschap en werkt bij toneelgezelschap ‘t Barre Land. Het verhaal ‘Bijpassende kopjes’ is haar debuut.
Wim Hofman schrijft kinderboeken, die hij ook zelf illustreert. Zijn laatste boek is Zwart als inkt (1997). Onlangs verschenen zijn vertalingen van gedichten van Jacques Prévert.
D. Hooyer schrijft verhalen en publiceert met ‘Kruik en kling’ voor het eerst in Tirade.
Carola Kloos (1937) is classica en godsdiensthistorica. Ze werkt als vertaalster en publiceerde de afgelopen jaren verschillende essays in Tirade.
Anton Korteweg (1944) is dichter en directeur van het Nederlands Letterkundig Museum. Zijn jongste bundel, In handen, verscheen in 1998.
Peter van Lier (1950) is dichter. Van hem verschenen de bundels Miniem gebaar (1995) en Gegroet o… (1998). De laatste werd vorig jaar bekroond met de Jan Campertprijs.
Guus Middag (1959) is essayist, vertaler en editeur. Daarnaast schrijft hij over poëzie in nrc Handelsblad. Afgelopen december verscheen zijn bundel De eerste keer, met essays over poëzie.
Willem Jan Otten (1951) is schrijver, dichter, essayist. Hij publiceerde onder meer De letterpiloot (essays, 1993) en Eindaugustuswind (gedichten, 1999). Dit jaar verschijnt de verzamelbundel Eerdere gedichten.
Luuk Wilmering (1957) is beeldend kunstenaar en exposeerde onder meer in het Haags Gemeentemuseum (1991), Museum Boymans van Beuningen (1995) en tijdens Panorama 2000 te Utrecht.