[p. 237]
[Gedichten]
Een belangrijk probleem
Niet als Napoleon, nee, maar hoe dan?
Als nurks of nozem, de verlopen neven
van het miskend genie?
Als specialist in hoogstmerkwaardige gegevens?
Als orgelman van het wereldraadsel
of trainer in kwaadaardigheid?
Het staat nog te bezien. In elk geval
niet als Napoleon. Dat spreekt.
J.A. Emmens
[p. 238]
Autobiografie van het gezag
Bij mijn geboorte met slangen gekneveld
groeide ik op tot een monster.
Door training verkreeg ik een masker van schoonheid:
mijn tweede ik.
Aanvallig besluip ik de rustende wereld.
Onder mijn tenten, beschutting, een vlies van vertrouwen
en in mijn hand:
de barstende oorlog,
de rottende lijken,
de mensonterende schreeuw.
J.A. Emmens
[p. 239]
Futurologisch
Mijn vader was verhuisd, verschoven
door een mij onbekende macht.
Ik zocht hem jaren, lusteloos,
tot ik hem aantrof op mijn knie:
hij was mijn kind geworden.
J.A. Emmens
[p. 240]
Klein heldendicht
Daar zijn ze weer, oude tyrannen,
de nabob en de moedergod,
de aterling, de geest van de moerassen.
‘Hic est labyrinthus’, noteerde een man.
‘Gij zult vereren en hen niet doorzien.’
Elders trekt men cirkels om spoken te weren.
Niet doen. Spreek vierkant tegen.
‘Er is een balk gevallen op de hut van mijn jeugd.
Ik zal mijn kapitaal verbranden.’
J.A. Emmens
[p. 241]
Mededeling
Een rammelende beukenoot
overgehouden uit een droom.
Geluk zit verstopt in de toekomst.
Soms denk ik eraan,
in het bedrukte verleden gevangen.
J.A. Emmens
Deze gedichten zijn uit: Een Hond van Pavlov dat binnenkort verschijnt.