- H.H. ter Balkt
- Benno Barnard Brussel, 1976-1984
- J. Bernlef
- Huub Beurskens
- Steeds zilter waait dun ratelend metaal
- Elisabeth Eybers
- Eva Gerlach Man op de muur met vuurpijl
- Peter Ghyssaert
- Elma van Haren
- Judith Herzberg Het wachten op de halte
- Marieke Jonkman
- De glazenwasser
- Rutger Kopland
- Gerrit Kouwenaar
- Jan Kuijper Albumblad voor T. van Deel
- Jan Kuijper Nijhoff, ik, Appel, Isoude en ik
- Ed Leeflang
- Leonard Nolens
- Tonnus Oosterhoff
- Kees Ouwens
- Martin Reints
- Leo Vroman
- Elly de Waard
- Rogi Wieg
- Ad Zuiderent
[p. 326]
Zwanger richt zij de loop. Een vorstelijk
pistool dient aan de borst, een goddelijk
dwars op de slaap te staan. Vaders regie
erkent geen toeval, eist dodelijke precisie.
Dit wordt een daad van bovenaardse pracht:
moeder en kind dansen in dezelfde sekonde
naar de eeuwigheid. Dit wordt ontspringen.
Uit wraak vernietigt zij, uit walging. Niemand
kent pappa’s troetelnaam. Mannen misbruiken
haar oor, kruipende kerels likken haar hand.
Zij laat het kind niet zingen en stort met rode
bloesems aan de slaap op deze sofa neer.
[p. 327]
De regels die de slaap mij gaf (Vader laten gaan?)
sloten aan bij wenteling en vrede met de dood.
Die zou ik wel onthouden. Draaide me verheerlijkt om.
Ik zocht ze diep en dieper, toen ik mijn haren waste,
de schuimlaag wegspoelde en om antwoord riep.
Welke vader werd in welk verband geplaatst
dat ik mij overgaf en heerlijk verder sliep?
Een armband was het eerder dan een ring.
De bocht was opgenomen in een ordening.
Het sloot aaneen. Ontvalt mij wat mij eerst ontging?
[p. 328]
Lakens ruiken naar buiten, ramen en spiegels
glanzen. Orde in huis, tulpen in knop, fresiageur.
Op traptreden danst reinheid, hoe feestelijk is het
badkamer en wastafels recht in de ogen te zien.
Kom, wees intiem en kijk in mijn linnenkast.
Wat vind je van liefelijk gekleurde stapels?
Vingers thuis, aanraken is mijn privilege.
Je vraagt naar de kelder. Wees moedig,
kom mee. Daar staat de werkbank
met het orgelfront van beitels, boren,
sleutels, schaven, schroevedraaiers.
Hier houd ik ‘s nachts mijn werkcollege.
De verbanddoos wacht,
verbindt rode met orde
en hartstocht met snee.
Lees de Tirade Blog
Warm
Hitte verbindt. Er wordt minder van je verwacht; je verwacht een stuk minder van anderen en veel minder van jezelf. Bij hitte doe ik alles langzaam en merk dan dat ik hetzelfde gedaan krijg – zelfs na vijf duiken in de gracht en anderhalf uur staren sluit ik mijn laptop in de middag met tevredenheid....
Lees verderZomerverlies
Alle ramen stonden open en toch was het warm in mijn keuken. Ik sneed knoflook in dikke plakken en liet die bruinen in de lekkerste olijfolie, hakte een paar rijpe vleestomaten en voegde die toe, dopte hulkgroene erwtjes. Als ik buiten de deur ga eten maak ik voor vertrek iets voor de thuisblijvers; je bent...
Lees verderDe bekende weg
Het Zeeuwse dijkhuisje van B’s tante is al een jaar of twintig in mijn leven. Het is er stil, er is veel licht en de zee voelt heel dichtbij, maar rond de dijk is geen toerisme. Het enige wat er verandert is de tuin: er zijn meer rozen dan voorheen. De wilg is groter, en...
Lees verder
Blog archief