[p. 314]
Eva Gerlach
Man op de muur met vuurpijl
(bij een foto van V. Dukát)
Er is iets dat hij nakijkt dat hem is
gelukt maar het is alweer weg, daar schiet het
bij hem vandaan. Hij kijkt het na, zijn hand
waarin de reuzenlucifer nog brandt
gestrekt, wacht ik ga mee. Landschap zit aan
alle kanten tegen zijn lichaam
geplakt, alsof hij hier staat op de muur,
niet vliegt daar, of hij niet de vuurpijl is.
Iets dat hij hoe ook weer precies, je ziet
rook voor zijn voeten waar het stond, het is er
vandoor gegaan tot het niet verder kon,
fluitend bij zijn goede schoenen vandaan.