Blumfeld
G.B. Vaandrager
Vaak na het nieuws van elven
is het weer sterker dan hemzelf
en vooruit dan maar weer! het hele huis
onderzoekt hij eerst op onaangename verrassingen:
de buren naar bed, geen lijk op het toilet?
geen muis, geen nachtinsekt in huis?
En bij het licht van een kaars of een smeedijzeren lees–
lamp
wikkelt hij zich, staande voor de staande spiegel
(zijn betovergrootvader gebruikte hem al)
wikkelt hij zich een zwarte, gehaakte stropdas
om het hoofd, de aanblik waarvan hem weldra irriteert,
verveelt zodat hij (nog steeds staande
voor de staande spiegel die zijn betovergrootvader
al gebruikte) zijn riem los gespt, zich
zijn broeken uittrapt, en (ongeduldig wordend
bij het zien van zijn geslacht)
de kleren verder van het lijf scheurt. Met bevende
vingers
vervolgens de zwarte gehaakte stropdas
naar zijn lendenen verplaatst en zo
met droge gesprongen lippen, op de tenen
door de salon stapt, alle snuisterijen groetend.
Tot uw geruststelling zij vermeld
dat hij dagelijks fit op kantoor verschijnt.
Waarom niet? Hij graaft zich immers
altijd voor twaalven in (slechts gekleed
in zijn zwarte gehaakte stropdas)
in een stapel kapok uit een op een avond
driftig opengesneden divan.