[p. 123]
Leo Vroman
Genoeg
Nu heb ik wel genoeg geschreven
over het naken van mijn dood.
Ben ik intussen niet lekker bloot
en lichaamswarm blijven leven?
Kijk eens, die aderen onder de huid
van mijn haast rimpelloze dijen!
Kom ik even dichter bij je
dan drukken die zich dichterlijk uit.
Goed, mijn handen zijn zo geplooid,
gekreukeld en weer uitgevouwen
alsof ze te vaak zijn weggegooid
en weer gevonden door de jouwe,
en mijn stem, die nog kan praten,
tracht in het geheim wel eens te zingen
maar de melodie krijgt gaten
waar hij hees omheen moet springen,
en springen kan ik ook niet meer
maar nog zo veel andere dingen,
desnoods voor de laatste keer.
Verrek. Daar is die dood alweer.
13 oktober 2007