OHNE WORTE

Ramses Shaffy overleden. Hij zal onder andere herinnerd worden om zijn Shaffy Cantate. Dat was eigenlijk geen lied. Het was een lied zonder woorden, een melodie, een spel voor twee stemmen. Hoe klonk het ook alweer? Dat is in gewone krantenkolommen altijd moeilijk uit te leggen. Henk van Gelder probeert, in zijn necrologie van de zanger in NRC Handelsblad, ons geheugen aldus op te frissen:

“De tekstloze Shaffy Cantate (“lala-lala-lála”) werd de onweerstaanbare jubelzang van een nieuwe theatergeneratie.”

Zie de  toevoeging tussen haakjes. Nu weten we het weer. De Shaffy Cantate ging zo: “lala-lala-lála”. Niet te verwarren met “lala-lá-lalala” (een deel van het refrein van Mien waar is mijn feestneus, van Toon Hermans) of met “lá-lá-lá-lalala-lá” (uit het lange slot van Hey Jude, van The Beatles) of “lá-lá-lá-lalala-lá-la-la” (triomfmars Aida, in de uitvoering van voetbalsupporters).

In de Oorshop

DE JAGER HET HAASJE

Dat was weer een mooi bericht in de krant: het bericht dat een hond in het Schotse Perthshire twee jagers had neergeschoten. Man bijt soms hond. Hond schiet soms man:

“De hond was met een groep van acht personen aan het jagen op ganzen toen het op een geladen geweer ging staan dat door een van de jagers even op de grond was gelegd. Van de mannen, allemaal vijftigers, raakten er twee zwaargewond door de kogels. Een van hen raakte gewond aan been en hand, de ander aan zijn been. Geen van de mannen wilde de politie details geven over het ongeluk. Allen waren gekleed in camouflagepakken en ze reden tijdens de jacht in jeeps.”

Ik ben vast niet de enige die denkt dat daar bij de jacht misschien wel heel iets anders is voorgevallen – iets waarover de jagers in de camouflagepakken in de jeeps liever niet met de politie willen praten. Maar als het niet verzonnen is, is het een sterk verhaal.

Als de jagers op school hun vakliteratuur wat beter hadden bijgehouden, hadden ze kunnen weten dat zoiets kan gebeuren. Leg nooit je geweer onbeheerd in het gras. In Der Struwwelpeter (Piet de Smeerpoets) vinden we het verhaal van de wilde jager die, met de bril op zijn neus en het geweer op zijn schouder, gaat jagen op een haas. Het is een mooie dag. De zon schijnt, het wordt warm, de jager gaat rusten en valt in slaap. Dat is het moment waarop de haas te voorschijn komt en hem zijn bril en zijn geweer afneemt. ‘Met het geweer en met de bril / sloop ’t haasje weg, heel zacht en stil.’ (Vertaling Jan Kuijper.)

De jager wordt wakker, maar heeft geen tijd om verder over de diefstal na te denken, want hij wordt meteen achterna gezeten door de haas, met in zijn poten het geladen geweer, en op zijn hazenhoofd het jagersbrilletje. Daar moet je goed mee kunnen mikken. De haas legt aan, maar de rennende jager kan nog net in de waterput voor zijn huis springen. Het schot mist hem rakelings, maar raakt wel het koffiekopje van de nietsvermoedende, rustig voor haar huis zittende koffiedrinkende vrouw van de jager. Zo zie je maar. Zo kan het aflopen als je je wapen uit het oog verliest: het kan je je leven kosten, of een koffiekopje. Een wijze les.

Maar ook de haas kan van deze geschiedenis leren. Want wie zit daar, zonder dat de haas het weet, verstopt achter de waterput? Dat is zijn hazenzoontje. Als vader haas het koffiekopje in stukken schiet, krijgt het kleine haasje de hete koffie over zijn neus. “Der hockte da im grünen Gras; / dem flosz der Kaffee auf die Nas.” In zijn vertaling heeft Kuijper van de koffie thee gemaakt. Dat rijmde beter. “Au! wat was dat? Dat was thee! / Hij sprong op en schreeuwde: hé!”

Blijf op de hoogte, ontvang onze nieuwsbrief.

THUMBNAIL

Wat is een thumbnail?

Ik kwam het woord op internet vaak tegen, maar ik wist het niet. Dat hoefde ook niet. Het bleek heel goed mogelijk op internet rond te dwalen zonder te weten waarom men daar zo vaak het woord duimnagel gebruikt. Het woord leek mij afkomstig uit de wereld van het timmeren. Nijptang, waterpas, duimstok, klinknagel – en dan daarnaast een doosje duimnagels. En dan zou het in de computerij wel eens iets met gegevensopslag te maken hebben, dacht ik zo. In het Duits heb je dat ook. Speichern betekent niet spijkeren, maar opslaan. En een Speicher is geen spijker, maar het geheugen van een computer.

Vandaag legde Menno mij uit dat een thumbnail een verkleinde (en vereenvoudigde en daardoor minder bits vergende) weergave van een afbeelding is. Een duimnagel is een afbeelding ter grootte van een duimnagel – daarom heet de thumbnail thumbnail.

Ik zocht naar het Nederlands woord ervoor. Hoe noemen wij een kleine afbeelding, of een verkleinde weergave van een afbeelding? Een pasfoto. Of: een postzegel. Of, als er ook nog iets mee moet klinken van de bijbetekenis van schetsje, krabbeltje, voorlopig tekeningetje: de achterkant van een lucifersdoosje. Of, als we de figuurlijke betekenis van korte samenvatting willen laten meewegen: een notendop.

Maar niet: duimnagel. Het zou kunnen, maar we gebruiken het niet. Nog niet. Het staat ook niet in Van Dale. Dan zouden we nog eerder pinknagel zeggen. Dat klinkt ook logischer. Als je wil aangeven dat iets klein is, ligt het voor de hand om van de vijf vingers niet de grootste te nemen. Dan kun je beter de kleinste nemen, en daar dan de nagel van. Van Dale kent de pinknagel wel. ‘Zo groot als een pinknagel’: heel klein.

Een thumbnail is een foto zo groot als een pinknagel.

CRETACOLOR

Alles wat ik schrijf, schrijf ik eerst met potlood, op papier. Deze regels ook. Meestal met een HB-potlood van Cretacolor – in de bekende donkergele lak, met een donkerbruin bovenstuk en een witte bies. Ik heb er een stuk of tien van. Ze liggen in een houten bakje voor me en ook los op tafel her en der. Scherpgeslepen, klaar voor gebruik.

Ik was even weggelopen, ging weer zitten, en greep gedachteloos naar een potlood dat op een dubbelgevouwen krant lag. Maar ik greep mis. Mijn vingers pakten geen potlood., maar krabbelden wat over het papier, zonder vangst. Wat ik vanuit een ooghoek had aangezien voor een van mijn Cretacolors, bleek een afbeelding van een Cretacolor in de krant te zijn.

HPIM0313



Bij het uitvouwen van de krant zag ik dat er aan het potlood nog een lange kluwen grafiet vastzat. Een grafietknot. Bijschrift: “Jeroen Henneman, ‘Het beroemde potlood’(1998).”


HPIM0319


HET OOG VAN DE TIJD

Jan van Mersbergen bedacht de naam ‘Van Mersberger’ voor een nog eens door hem of iemand anders te maken droomdoelpunt. Bij een Van Mersberger wordt een door de doelman van de tegenpartij genomen uittrap die over de middellijn van het veld zeilt door een verdediger, liefst een wat houterige verdediger met een beperkte traptechniek, meteen op de slof genomen – en aldus onmiddellijk geretourneerd, rechtstreeks of eventueel met een stuit, in het doel van de tegenpartij.

Toen Van Mersbergen erover schreef wist hij niet dat zijn gedroomde doelpunt al gemaakt was. Een lezer van zijn blog wees hem erop – en voegde een link naar het filmpje toe.

Ik heb het filmpje inmiddels heel wat keren gezien. Elke keer reis ik weer af naar Leinach, een klein dorpje in Beieren, naar het gemoedelijke voetbalveld van de plaatselijke FC Blau-Weisz, mooi gelegen tussen de huizen van het dorp, met uitzicht op de heuvels in de verte. Het is weer een mooie nazomeravond, woensdag 26 augustus 2009, met een langzaam ondergaande zon die nog laag over het veld heen schijnt. Het dorp komt kijken. Würzburger FV komt op bezoek. Er zitten kinderen in het gras, mannen staan naast elkaar achter de reclameborden, iemand leunt tegen een lichtmast.  Ze zijn wel iets beter, die van Würzburger FV. Aan het begin van de tweede helft komen ze met 2 – 1 voor. Wij, wij van Blauw Wit Leinach, dringen aan, maar tevergeefs. Vlak voor tijd wordt bij weer een aanval van ons de bal door een houterige verdediger van Würzburger FV in één keer lukraak op de slof genomen – en ook tot zijn eigen verbazing ziet hij de bal ruim zeventig meter verder precies achter onze verbouwereerde doelman in het doel verdwijnen: 3 – 1.

Het is een Van Mersberger avant la lettre.

De spelers van Würzburger zetten de achtervolging in op de maker van het doelpunt, die net begonnen is aan zijn juichren, net zo lang tot ze hem te pakken hebben. De toeschouwers grijpen intussen vol verbazing met hun handen naar het hoofd. Open mond, ongeloof, de verwarring die volgt op het zien van iets zeldzaams: dit moet je gezien hebben, anders geloof je het niet. Het is een onwaarschijnlijk doelpunt. Nog onwaarschijnlijker: dat het is vastgelegd.

Het mooiste beeld zit aan het eind van het filmpje, op seconde 40 – 42. Een man langs de zijlijn, even opgewonden en uitgelaten als de rest, draait zich van zijn buurman af, hij zegt iets en wijst naar achteren en naar omhoog, naar de filmcamera. Hij beseft dan al dat dit historische moment later bekeken zal kunnen worden.

Hij kijkt de toekomst in. En ik kijk terug in de tijd. En elke keer kijken we elkaar aan het eind van het filmpje even één seconde aan.


SPEELTJE

Gisteren meldde ik al dat Rihanna er op het podium achter was gekomen dat ze haar broek was vergeten. Rihanna is een van de vaste gasten op mijn favoriete internetsite: Telegraaf.nl (en dan daar de mobiele versie van). De hele dag door lekker allerlei snelnieuws.

Eerder deze week had ze al indruk op mij gemaakt met haar verklaring dat ze in bed graag een man met een groot geslacht ziet. ‘Zijn innerlijke schoonheid telt natuurlijk ook, maar zonder een speeltje is er niets aan’ aldus Rihanna, in Rihanna gaat voor zwaar geschapen (maar zonder plaatje van het speeltje).

Victoria Beckham is ook vaak op bezoek op mijn site. Vandaag heeft Victoria last van haar knobbeltenen.

Meer blogs

  • Afbeelding bij Vier bier en één cola

    Vier bier en één cola

    Het was nog rustig in de kroeg. De zon wurmde zich door het glas-in-loodraampje en viel op de grote, ronde tafel waar Lootje aan zat. Ze lachte me uit toen ze me zag, omdat ik mijn zonnebril nog op had, mijn mond een grauwe streep was en mijn gezicht nog in de kreukels zat door...
    Lees verder
  • Afbeelding bij Een café

    Een café

    Omdat ze op maandagmiddag streetdance heeft en we na school een uurtje moeten overbruggen gaan Ada (7) en ik elke week naar een café. We hebben er een aantal geprobeerd – dat was een tijdje ons ding: steeds op nieuwe plekken cola en bitterballen halen. Sinds we bij Café Chris kwamen zijn we daar gebleven....
    Lees verder
  • Afbeelding bij Anderhalve kamer. In memoriam Kees Verheul (1940 – 2024)

    Anderhalve kamer. In memoriam Kees Verheul (1940 – 2024)

    Kort nadat ik bij Van Oorschot was komen werken, vond ik in de krochten van de uitgeverij een exemplaar van Kontakt met de vijand. Het was een nieuw-oud boek, het had er sinds verschijnen in 1975 in een doos gelegen. Ik begon erin en stopte niet meer. De toon, het avontuur. Kees Verheul was de...
    Lees verder
Tirade bloggers
  • Foto van Gilles van der Loo
    Gilles van der Loo

    Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver, schrijfdocent en journalist. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in de bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit (nominatie Academica) en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín en Dorp (nominatie Boekenbon- en Librisprijs). Nu in de winkel: de roman Café Dorian.

  • Foto van Eline Helmer
    Eline Helmer

    Eline Helmer (1993) begon na een BA Antropologie (University College Utrecht) en MSc Russische en Oost-Europese Studies (University of Oxford) in 2017 aan een PhD (University College Londen). Ze woont en werkt sinds 2015 in Rusland; eerst één jaar in Pskov, daarna in Sint-Petersburg en ze portretteerde voor Tirade mensen die ze ontmoet.

  • Foto van Roos van Rijswijk
    Roos van Rijswijk

    Roos van Rijswijk is redacteur van Tirade. Ze publiceerde proza in diverse tijdschriften en de roman Onheilig (Querido, 2016).