Mehr Licht

 esdoorn_zaad_vleugel

John Burnside memoreerde een tip van zijn vader: ‘Wees snel met het aandoen van het licht/ dan zul je het duister zien/ […]/ vang/ het schaduwleven van dingen op/ voordat ze opgaan/ in een blik’ (vert. Kees Klok). Die frasen plaatste de dichter op diverse verticale lijnen, alsof ze onafhankelijk toch verband hielden, omvat door een universeel schijnsel.

De milieuvriendelijke liquidatie door de EU van lampen groter dan 40 watt heet bar en boos. In Zweden zag men geen hand meer voor ogen en in de Lage Landen wist men, voorbij het tot aan Marktplaats reikende sentiment over peertjes van 60 watt, dat spaarlampen slecht zijn voor milieu en mens, dat ze ‘onnatuurlijk licht’ geven en een ‘kapitaalvernietiging’ teweegbrengen omdat ze niet in elke ouderwetse fitting passen (onze Nietzsche heeft nu een brief naar Goethe geschreven).

De kroon spande een wetenschappelijke studie als weergegeven door een krant die wanhopig op zoek is naar lezers, meer lezers, die kennelijk beboemerangde kritische consumenten zijn. Inefficiënte lampen zouden allerminst nutteloze warmte produceren, die vanwege het akkoord – met meer energiegebruik ‘en de bijbehorende broeikasgasuitstoot’ – gecompenseerd blijkt te worden, of beter ‘opgesoupeerd’, door uw eigen verwarmingsketel.

Kijk het gerust zelf allemaal maar eens na, liefst met één zoekopdracht die evenveel stroom vergt als een spaarlamp. Gelukkig plaatst Bob de Bouwer, internationaal beter bekend als Bob The Builder, tegenwoordig ook zonnepanelen.

Zekerheidshalve leen ik van de Duitstalige Italiaan Oswald Egger de ogen van een esdoorn.

In de Oorshop

De toekomst

Vanochtend weer op de Adelaarskalender gekeken. Piet Kleine staat nog in de top 1000, op plaats 959. Dit vanwege een laatst gereden persoonlijk record in 1981. Een prestatie? Dertig jaar geleden waren er geen binnenbanen, aerodynamische pakken of klapschaatsen, en kenden Davos en Inzell het geheim van de snelste tijd. Ook mokte men afgunstig – de Koude Oorlog speelde nog – over Alma Ata, waar de Russen de wind zo hadden geprogrammeerd dat hij altijd in de rug stond.

‘De toekomst is het verleden dat je in zwermen/ zoemend achternazit’ (Wim Hofman). Goh, de informatie uit de tijdentabel wordt dagelijks bijgewerkt, uiteraard op het internet. Dat bestond dertig jaar terug al wel, maar zeker niet voor een publiek. Laat staan dat computers dagelijkse kost voor een consument waren; De Witte Raaf nr. 153 bevat aandoenlijke notities van Daniël Robberechts over zijn in 1986 aangeschafte ‘MAChine’ die hij gebruikt én beschouwt als tekstverwerker.

Wat fascineert mij toch aan zoiets als een schaatstabel? Een link naar een Amerikaans filosoof bracht uitkomst: bij het turen realiseer ik het onmogelijke want bestudeer de tijd zelf. Zoals sprekend over het weer wel valt te debatteren over de uitwerking, maar niet over het feit dat de zon schijnt of dat het regent.

O ja, pleeg ik met specifieke aandacht voor Kleine een verstrooid of ironisch nationalisme, een beetje zoals Carla Bley op Looking For America?

Blijf op de hoogte, ontvang onze nieuwsbrief.

Elas não sabem

oskarschlemmerdochterspoppen


Waarom wekken uitgerekend modellen een zekere afkeer in mij op, op instinctief niveau zeg maar? Het zijn van top tot teen toch vaak zeer mooie gestaltes. Ach, een zekere doodsheid natuurlijk, het ontbreken van expressie die de couture van dienst extra goed doet uitkomen. Wel moeten modellen ‘uitstraling’ hebben, iets karakteristieks dat de laatste tijd samen lijkt te ballen in een gat tussen de voortanden (diasteem). Mijn spleetjesarchief bevat terzake althans Alek Wek, Lara Stone, Georgia May Jagger en Vanessa Paradis, in die trend voorafgegaan door Lauren Hutton en over all gecoacht door Vivianne Westwood.

Wat dan nog?

Laatst kwam mij een foto van László Moholy-Nagy uit 1926 onder ogen. Er zijn twee poppen op vastgelegd, die van de dochters van Oskar Schlemmer geweest zouden zijn. Ook om dat speelgerief kunnen kleren heen, die realiseren wat onze stoutste fantasie wenst. Maar wat indien die fantasie louter werkelijkheid wil? In een gedicht dat de Braziliaan Jorge Lucio de Campos bij de foto schreef is het projectiescherm onschuld, die hij aan de poppen toeschrijft en die wordt bedorven door verleiding en verlangen. Waar de dichter de poppen terecht ziet zonnen, vallen mij de schaduwen van het traliewerk om hen heen op.

Verhoudingen

 Group_Dynamics

Van een beetje radicale mannelijke dichter wordt beweerd dat hij een ‘paradigm shifter’ is. Bij vrouwen krijgen zulke epitheta minder kans. Toch wist de barones Elsa von Freytag-Loringhoven in het interbellum een eigen stempel te drukken op de Dadabeweging. Haar teksten ademden een seksuele vrijgevochtenheid die niet alleen de bourgeoisie maar ook collega-kunstenaars een toontje lager deden zingen – indien ze er notie van namen. Haar kritiek op een moralistische consumentencultuur uitte Von Freytag tevens in performances en, als model, op foto’s: ‘rather than representing Dada concepts the baroness lived them’.

Ik weet niet goed of het vanuit een westers of vanuit een postideologisch standpunt is dat zo’n onderneming bij velen inmiddels verwend schijnt aan te doen. Er gloren vergelijkingen, waaruit onduidelijk blijft of er geen appels en peren naast elkaar liggen. Maar reeds op basis van haar voornaam mag de poëzie van Epiphanie Mukasano in ogenschouw worden genomen. Of kunnen haar hartskreten die genrebenaming niet verdienen?


This wicked win will try in vain
To blow you out
Spreading
HIV and swine flue
Distorting economies
Turning brother on brother
Heating the skin of our mother earth


Mukasano is van oorsprong lerares, uit Rwanda. Ze ontkwam aan de – paradigmatisch wel erg revolutionaire – genocide en woont nu in Cape Town, Zuid-Afrika. Ook haar teksten weerspiegelen niet zozeer werkelijkheid, ze zijn het. Het concept lezer (en man?) lijkt er een readymade bij, wat een oordeel ridiculiseert. Toch is waargebeurd geen excuus, vinden we vanuit onze luxepositie. Von Freytag heeft overigens evengoed een bewogen leven geleid, waaraan een drama ten grondslag lag.

Relax

 nc

Schitterend eigenlijk, die handbeschreven papieren begin jaren zeventig op benzinepompen: ‘Heden alleen lucht en water.’ Uiteraard genoten ook kinderen, rolschaatsend over de wegen, van autoloze zondagen. Pech dat de oliecrisis opgelost werd.

Nu is bewezen dat door verdamping het opwarmen van de aarde wel degelijk tegengegaan kan worden, zoals stedelijk meer groen van in het park tot en met op het dak reeds bleek te helpen, zou een kantoorslaapje met de ramen open al wonderen kunnen doen: in rust zweet de mens als een beest (en wordt de economie ontlast). Helaas lijkt de verwant ogende trend van air napping wat minder soelaas te bieden, doordat de afscheiding in zijden hangmatten trekt.

Zelfs de neerslag op de huid van schijnbaar onderdrukte angst omwille van de behoeftebevrediging pur sang bewijst nut.

Een klein detail is wel dat er ten gevolge van klimaatveranderingen, buiten de folkloristische wijsheid, ook iets aanzienlijker aantallen liters regen de aarde bezoeken – wetenschappers hoeven alleen nog even iets uit te vinden waardoor dit vocht automatisch verdampt.

Contemporain (2)

 rh

Zowel bij Agamben als bij Badiou is het wervelgedicht uit 1923. Alleen heet het bij de een ‘Eeuw’ en bij de ander ‘Mijn eeuw’. De notoire openingsregels zijn niet alleen verschillend, maar zelfs in aantal ongelijk.

Agamben, in de vertaling van Willem Visser: ‘Eeuw van me, beest van me,/ Wie zal jou in de pupillen kunnen loeren/ En met zijn bloed/ De wervels van twee eeuwen/ Aan elkaar kunnen lijmen?’ Badiou, in de vertaling van Charles B. Timmer: ‘Mijn eeuw, mijn beest, wie is in staat/ zich met jouw blikken te vervlechten/ en met zijn bloed als preparaat/ twee eeuwen wervels saam te hechten?’ Het tussenliggende millennium is voelbaar tot in de lettergrepen!

En, wat een overvloed, er zijn nog twee Nederlandstalige gebundelde versies. Nina Targan Mouravi doet het, net als haar boek zonder datering, onder de titel ‘De eeuw’, Peter Zeeman onder de titel ‘Tijdperk’, en hij mikt op een ontstaan in 1922.

Mouravi vervolgens: ‘Eeuw, mijn beest, wie is die durfal/ Die jouw zware blik niet mijdt/ En twee eeuwen-ruggenwervels/ Met zijn eigen bloed verlijmt?’ En Zeeman: ‘Mijn tijdperk, o mijn beest, wie kan/ jou zomaar in de ogen kijken/ en met zijn bloed de wervels van / twee eeuwen aan elkander lijmen?’ Zou er ook nog verschil zijn tussen vertalingen van mannen en vrouwen?

Wie wil zeggen welke vertaling de beste is, kope een ruggengraat.

Meer blogs

  • Afbeelding bij Zo alleen… Zo alleen 

    Zo alleen… Zo alleen 

    (beeld: Don Duyns) Uit de hengstebron gedronken hebben.   Ik schrijf over gegeven paarden en ogen van naalden.  Over brood op de keukenplank muizen die op tafel dansen en   klokjes die tikken.  Had het meisje geantwoord.  Hij had haar rode kapje gevolgd en zijn besluit genomen.  Ik ben een poëet, had ze piepend gezegd.  Aan de...
    Lees verder
  • Afbeelding bij Geen weer

    Geen weer

    Omdat onze vriendengroep door aanvullende kinderen en huisdieren bijna alle vakantiehuizen ontgroeid is en de resterende vakantiehuizen hatelijk duur zijn geworden, bedacht ik een alternatief. We zouden een tentenkamp opslaan bij S en L, die sinds kort een boerderij met flink wat grond in Wardoe bewonen. Fikkie stoken, buiten koken, disco met de kinderen, sterrenstaren...
    Lees verder
  • Afbeelding bij Tenta

    Tenta

    (beeld: Don Duyns – naar Hokusai) Het Spaanse strand is leeg, op wat lege flessen, de resten van een kampvuur, omgevallen plastic stoelen en Cleo na. Haar vingers prutsen met het wieltje van een aansteker terwijl ze haar 3e sigaret van de ochtend probeert op te steken. Blote voeten half begraven in het zand, gehaakte...
    Lees verder
Tirade bloggers
  • Foto van Gregor Verwijmeren
    Gregor Verwijmeren

    Gregor Verwijmeren studeerde Taal- en Cultuurstudies aan de Universiteit Utrecht en gitaar aan het conservatorium in dezelfde stad. Hij publiceerde fictie in onder meer De Gids en Flash: The International Short-Short Story Magazine. De vorm van geluid, zijn debuutroman, werd uitgegeven door Van Oorschot, en is wereldwijd de eerste roman over tinnitus (en muziek en geluiden) die door een mainstreamuitgeverij is uitgegeven. Gregor werkt momenteel aan zijn tweede roman, waarvoor hij een beurs ontving van het Nederlands Letterenfonds. In april 2021 zal hij Nederland vertegenwoordigen bij het European First Novel Festival in Boedapest (uitgesteld vanwege Covid). Hij is vader van drie kinderen en kookt en tennist graag in zijn vrije tijd.

  • Foto van Kevin Headley
    Kevin Headley

    Kevin Headley (1983) is een Surinaamse documentairemaker, journalist en schrijver. Sinds een aantal jaar schrijft hij ook korte verhalen, welke onder andere gepubliceerd zijn in de Surinaamse krant de Ware Tijd, het opinieblad Parbode, het online literair tijdschrift Papieren Helden, het tijdschrift Wobby en Tirade. Kevin heeft ook de speciale uitgave van Tirade PRAKSERI met alleen Surinaamse verhalen samengesteld. Tweewekelijks leren we door zijn ogen verschillende aspecten kennen van Suriname.

  • Foto van Gilles van der Loo
    Gilles van der Loo

    Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver en schrijfdocent. Tussen 2011 en 2015 was hij redacteur van Tirade. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín, Dorp en  Café Dorian. Meest recent verscheen Mens blijven aan het front bij Hollands Diep, dat hij samen met zijn Oekraïense vriend Andrii Kobaliia schreef.