Arjen van Lith & Annemarieke Samson op Tirade.nu

portret-brief-gilles-02-15-maart-2014

 

 

 

 

 

Goed nieuws. Met ingang van 29 augustus verschijnt hier elke zaterdag een blog van Arjen van Lith. Onze huidige zaterdagsblogster Anne-Marieke Samson zal de maandag voor haar rekening gaan nemen.

Van Lith kent u wellicht van zijn vorig jaar verschenen verhalenbundel Mijn Snor (De Harmonie), of van de briefwisseling die hij eerder op Tirade.nu voerde met redacteur Gilles van der Loo.

Arjen woont in Austin (Texas), waar hij werkt aan een bundeling van de brieven die hij ooit aan zijn kapper schreef, en aan een roman over zijn opgroeien in dorpsmetropool Krommenie.

 

In de Oorshop

VOC-mentaliteit

Vijftien jaar geleden trad ik tijdens Sail in dienst van de VOC. Ik heb de papieren er nog eens bijgepakt en het staat er zowaar mijn naam  Marko Janszoon is: ingeschreven als matroos op 25 Oogstmaand 2000, door een zich Willem noemde rembrandteske doedelzak. Ik monsterde aan op de Amsterdam en het leek wel 17-zoveel. Mijn gagie bedraagt de schamele som van vier Guldens per maand voor een periode van tenminste vijf jaren. Na al die tijd trouw te hebben gezworen aan de schipper en het schip te hebben verdedigd tegen piraten en ander zeegespuis, heb ik nog geen stuiver gezien. Terwijl ik me niet eens gewaagd heb aan het dobbelen of kaarten, of ‘ploekharen’ met de andere matrozen – Joost mag weten wat dat betekent!  Komt er nog wat van? Is dit nou het over ‘grenzen heen kijken’, waar Balkenende het over had toen hij de ‘VOC-mentaliteit’ muntte?
 

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds twee jaar blogt hij wekelijks voor tirade.nu. Hij ziet er overigens anders uit dan hij eruitziet.

Marko van der Wal

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds enkele jaren blogt hij (onregelmatig) voor tirade.nu.

Blijf op de hoogte, ontvang onze nieuwsbrief.

Het beste leven

De mooiste sterrenhemels zag de Indiër  Aaditya in de 6e eeuw na Chr.

Toen Adriaan Geuze in Zomergasten wees op de stuitende lelijkheid van het uitzicht vanaf de A4 kreeg ik medelijden met mezelf. Ik leef immers niet als Candide in ‘de beste aller mogelijke werelden’. Maar in een zeer lelijke. Ik lijd geen honger en heb geen builenpest, maar de voorzienigheid heeft mij in een tijdsgewricht en op coördinaten geplaatst die resulteren in een regelmatig over de A4 rijden. O horror! Dit overdenkend greep mij het bewustzijn aan van het volgende. In de 17e eeuw bestond er zoiets als ‘de kleine ijstijd’ een aantal zeer koude decennia die je bijvoorbeeld goed terugziet op de vrolijke schaatsgezichtjes op Leiden en Amsterdam van bijvoorbeeld Aert van der Neer. Maar als je een koukleum was, dan had je in die jaren toevallig een naar leven. Dit doorvoerend en specifiek op zoek naar wat je in een bepaald leven mee of tegen kan zitten, denk ik dus dat je in de optelsom van alle mensenlevens er 1 hebt die in zijn aards bestaan de meest fenomenale sterrenhemels heeft gezien, zeg een Onaanraakbare in een woestijnstad in wat nu Noord India is, in de 6e eeuw. Geen mens zag zoveel prachtige sterrenhemels als hij, we noemen hem bijvoorbeeld Aaditya.

Zo is er ook een man die de meest uitgelezen spijzen heeft genuttigd gedurende zijn bestaan, een bemiddeld Venetiaans handelaar in de 15e eeuw misschien. Je kunt jaloers zijn op het automobielleven van een Amerikaanse in 1952, lange lege wegen, mooie auto’s.

Een Perzisch heerser in 300 v. Chr heeft de meest afwisselende seks binnen 1 mensenleven genoten. De andere kant van het verhaal is dat bepaalde levens een ontstellende opeenstapeling van ellende hebben gekend. Er is ongetwijfeld iemand te vinden die de beurskrach van ’29 in Amerika heeft meegemaakt die hem zijn fortuin ontnam, waarna hij terug naar zijn Joodse ouders in Duitsland moest, een concentratiekamp overleefde en vervolgens in de Goelag belandde. Ik verlang naar Alfred Russell Wallace zijn voortdurende Maleisische Archipelreizen. Is er iemand te bedenken die meer diersoorten leerde kennen in zijn bestaan? In het Griekenland van de 4e eeuw v. Chr. heeft iemand geleefd die onder de blauwe hemel de spannendste en geestigste conversaties gevoerd heeft die binnen het bestek van een mensenleven maar denkbaar zijn. De mooiste opeenvolging van bloeiende meimaanden werd aanschouwd door een vrolijke domineesdochter in Zweden tussen 1753-1814. We kunnen het niet makkelijk nagaan maar objectief zijn deze superlatieve levens te verwachten. Ze zijn er.

En het is dan heel moeilijk verteerbaar dat wij misschien levens hebben  met de afgrijselijkste uitzichten vanaf de wegen. En dan ook nog een zomergast die 376 keer ‘zeg maar’ zegt.

‘Wat zou ik niet geven voor de herinnering
aan een zandweg met lemen muren
en een rijzige ruiter die de dageraad vult
(lang en sjofel de poncho)
op een van de dagen van de vlakte,
op een datumloze dag.

[…]

(Jorge Luis Borges, ‘Klaagzang van de onmogelijke herinnering’, vertaling Barber van de Pol en Maarten Steenmeijer)

————–

IMG_9920Menno Hartman (1971) was vroeger redacteur van Tirade. Sinds 2008 werkt hij bij Uitgeverij Van Oorschot. Houdt van Borges en zandwegen met lemen muren.

Foto van Menno Hartman
Menno Hartman

Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot.

Het parallelle Brabant

Afgelopen zondag nam ik deze foto vanuit de auto waarin ik vijf Amsterdammers naar huis reed. We kwamen van een feestje in Limburg, en waren bij Vught van de snelweg gegaan zodat ik kon proberen om op gevoel mijn oude huis terug te vinden.

Het lukte meteen, ook al zijn alle velden inmiddels volgebouwd en de bosjes nu hoge bomen. Achter het raam op de eerste verdieping was van 1977 tot 1983 mijn kinderkamer.

Birre, die naast me zat, vroeg wat er door me heen ging. Het is maar goed dat ik geen sportman ben, want interviews met mij zouden verschrikkelijk saai zijn. Doorgaans weet ik pas na dagen wat ik ergens bij voel en denk.

Uit de stilte op de achterbank maakte ik op dat men geschokt was over de onaantrekkelijkheid van mijn herkomst. Ter vergelijking: mijn vrouw, zwager en schoonzus zijn op het Prinseneiland geboren, vriendin Noor op de hoek van de Nieuwe Herengracht en de Weesperzijde. De enige die geen echt oordeel leek te hebben over het Vughtse was Nadim, die op schoot zat bij zijn oom en stug doorlas in zijn Donald Duck.

We reden langs mijn lagere school De Baarzen. Ik remde niet.

‘Dus hier kreeg je LTS-advies?’ zei Birre.

‘Nee,’ zei ik. ‘Dat denk jij steeds. Wat ze zeiden is dat ik de LTS misschien aan zou kunnen áls ik handig genoeg zou blijken. Het voorlopige advies werd IVO-MAVO.’

‘Wat is een Ivomavo?’ vroeg mijn schoonzus Sterre, die tussen de voorstoelen door leunde. Ze krabde aan haar nieuwe tattoeage (een zwaluw) en schoof haar zonnebril op haar voorhoofd.

‘Mavo, maar dan met kleinere klassen. Veel persoonlijke aandacht.’

Ik parkeerde voor de snackbar waar ik vroeger met mijn buurjongens friet (niet patat) haalde. Bij het bestellen kregen Birre en Noor de slappe lach omdat hen de keus werd geboden tussen dikke en dunne frietjes. De mevrouw achter de toonbank was geduldig en liet op verzoek van mijn zwager zien wat het verschil precies was.

Omdat de snackbar geen Spa Rood schonk, ging ik naar de Lidl ernaast (in mijn tijd een Spar), om een fles water van het merk Saskia te kopen. Ik kocht ook: een hele metworst, drie fraaie venkelknollen, een komkommer, een bos radijzen zo groot als pruimen en een liter melk. Bij de kassa werd me hiervoor 4,03 euro gerekend, terwijl ik al een briefje van 10 en een van 5 klaar had.

We aten onze friet. Sterre leek op iets meer dan alleen gefrituurde aardappel te kauwen. Even later, in de auto, zei ze: ‘Ik vraag me af hoe je eruit gezien had als je was gebleven.’

We reden langs een gezette man van mijn leeftijd die een handmaaier over het gras van zijn voortuin dwong door er in een hoek van 45 graden op te hangen. Op zijn poloshirt zaten van die stukken waarvan ik helaas weet dat ze appliqués heten. Achter me werd gegrinnikt.

‘Ik ook,’ zei ik. ‘Soms denk ik aan mijn parallelle Brabander-zelf, de automonteur.’

Bij terugkomst in Amsterdam vond ik op het internet een foto van de klas waar ik in gezeten zou hebben als ik naar de IVO-MAVO in Den Bosch was gegaan. Ik ga er voorlopig vanuit dat ik de tweede van rechts op de onderste rij zou zijn geweest, die in de rode Nike-trui. Zo te zien ben ik daar best gelukkig. photo.17

Nu is het woensdag, en terwijl ik dit opschrijf begin ik pas in beeld te krijgen wat er zondag door me heen ging.

Misschien moet ik maar nooit meer langs mijn oude huis rijden.

Zo’n bezoek benauwt me (voel ik) omdat ik ermee geconfronteerd word dat ik in Vught opgroeiend met geen mogelijkheid op mijn huidige zelf had kunnen gaan lijken (denk ik). Wat ik er ook uit kan opmaken: kennelijk ben ik blij met mijn Amsterdamse versie, met wat mijn leven hier geworden is.

Ik wens mijn parallelle zelf het beste. Misschien sta ik ooit nog met panne ter hoogte van Den Bosch en komt hij me in zijn sleepwagen halen. We zullen elkaar niet meer herkennen, maar terwijl ik daar in zijn cabine zit en hij ons naar zijn kleine opgeruimde werkplaats begint te rijden, zal ik de vreemde aandrang voelen deze Brabander te zeggen dat ik hem heb gemist.

________________________________________________________________________________________________

Optie 8Gilles van der Loo (Breda, 1973) is redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Van hem verschenen in 2011 de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en in 2013 de roman Het laatste kind. 

 

 

 

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver en schrijfdocent. Tussen 2011 en 2015 was hij redacteur van Tirade. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín, Dorp en  Café Dorian. Meest recent verscheen Mens blijven aan het front bij Hollands Diep, dat hij samen met zijn Oekraïense vriend Andrii Kobaliia schreef.

Vlak na de foto

Menno schreef hier onlangs over het selfie, over hoe kwetsbaar we ons tonen juist wanneer we zoeken naar dat ideale beeld waarmee we onszelf aan de wereld kunnen presenteren. Deze foto’s zijn genomen op het moment vlak na het selfie – op het beeld de lach, de vrolijkheid en de perfectie, maar wat op de gezichten achterblijft, wat heel even te zien is, is weemoed of melancholie. Voordat de twijfel weer verdwijnt, voordat we haastig opstaan om een nieuwe foto van onszelf te maken.

 

copyright Wytske Versteeg

 

 

IMG_0499

Wytske Versteeg schrijft en fotografeert. Haar nieuwe roman, Quarantaine, verschijnt in oktober.

Prachtgoal

Laat ik voorop stellen dat ik niets heb met voetbal en voetbal kijken. Toch werd ik een paar dagen terug ineens gegrepen door een incidenteel stukje voetbal, dat tot mij kwam via het achtuurjournaal. De scorende ‘hakbal’ van de keeper van ADO Den Haag. Er is de afgelopen dagen meer dan genoeg over geschreven en rondgegaan. Terecht ook wel, want zelfs bij mij zorgden de beelden voor een spontaan gevalletje kippenvel.

Voor ADO zag het er niet florissant uit, met 2-1 achter tegen PSV breekt de blessuretijd aan. Iedereen mee naar voren voor de vrije trap, dus ook doelman Martin Hansen. Hij komt op zijn gemak aanzetten en oogt wat mij betreft nog fris zo aan het eind van de wedstrijd. De vrije trap wordt genomen, de bal komt mooi laag aan maar niet zuiver voor en dan dient Hansen zich aan. Alsof het niets is laat hij de bal door zijn benen gaan om hem vervolgens precies het tikje uit te delen dat nodig is voor de gelijkmaker. De bal passeert de verdedigingslinie en de keeper van PSV gaat er maar bij liggen zodra de bal in de hoek rolt.

Het speelt zich allemaal af in zo’n kort bestek dat het voor de hand ligt als het geluk zou zijn. Hansen zegt na afloop zelf dat het geen geluk is. Het is een geijkte actie, volgens hemzelf althans. Ik ben geneigd hem te geloven, niet alleen op zijn woord maar ook op basis van de beelden. Natuurlijk, van voetbal heb ik geen verstand, maar volgens mij is het duidelijk te zien dat hij trefzeker handelt, goed kijkt en exact beweegt zoals hij het zich had voorgesteld. (En dat alles door een keeper.)

Het is ook daardoor dat zoveel mensen – liefhebbers of niet – geraakt zijn door dit doelpunt. Vergelijkbaar is de extase die de duikvluchtgoal van Van Persie tijdens het afgelopen WK opriep. In de zegetocht van Oranje mocht die de schoonheidsprijs ontvangen voor precisie en uitvoering. Net als destijds heb ik ook nu weer de woorden ‘het is pure poëzie’ horen vallen, al zou ik zelf zo ver niet durven gaan. De actie van Hansen is prachtig, absoluut, maar ik ben blij dat hij voetballer is in plaats van dichter.

 

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds twee jaar blogt hij wekelijks voor tirade.nu. Hij ziet er overigens anders uit dan hij eruitziet.

Marko van der Wal

Marko van der Wal (1989) is opgeleid als classicus, redacteur van Tirade en werkt bij Uitgeverij Van Oorschot. Sinds enkele jaren blogt hij (onregelmatig) voor tirade.nu.

Meer blogs

  • Afbeelding bij De bekende weg

    De bekende weg

    Het Zeeuwse dijkhuisje van B’s tante is al een jaar of twintig in mijn leven. Het is er stil, er is veel licht en de zee voelt heel dichtbij, maar rond de dijk is geen toerisme. Het enige wat er verandert is de tuin: er zijn meer rozen dan voorheen. De wilg is groter, en...
    Lees verder
  • Afbeelding bij Zo alleen… Zo alleen 

    Zo alleen… Zo alleen 

    (beeld: Don Duyns) Uit de hengstebron gedronken hebben.   Ik schrijf over gegeven paarden en ogen van naalden.  Over brood op de keukenplank muizen die op tafel dansen en   klokjes die tikken.  Had het meisje geantwoord.  Hij had haar rode kapje gevolgd en zijn besluit genomen.  Ik ben een poëet, had ze piepend gezegd.  Aan de...
    Lees verder
  • Afbeelding bij Geen weer

    Geen weer

    Omdat onze vriendengroep door aanvullende kinderen en huisdieren bijna alle vakantiehuizen ontgroeid is en de resterende vakantiehuizen hatelijk duur zijn geworden, bedacht ik een alternatief. We zouden een tentenkamp opslaan bij S en L, die sinds kort een boerderij met flink wat grond in Wardoe bewonen. Fikkie stoken, buiten koken, disco met de kinderen, sterrenstaren...
    Lees verder
Tirade bloggers
  • Foto van Femke Lucia
    Femke Lucia

    Femke Lucia (Bogota, 1998) is een eerlijke schrijver, die realistische, menselijke verhalen in een magisch daglicht zet. Ze schrijft omdat ze gelooft in de kracht van verhalen en hecht veel waarde aan gemeenschappelijkheid, haar voorouders en Latijns Amerikaanse muziek. Ze bevindt zich in een zoektocht naar de vorm en betekenis van het schrijverschap, en laat zich daarbij leiden door haar eigen ritme en intuïtie.

  • Foto van Lia Tilon
    Lia Tilon

    Lia Tilon (1965) debuteerde in 2002 met de roman Huizen van papier bij Uitgeverij De Arbeiderspers. In 2012 publiceerde Uitgeverij Cossee haar roman Zielhond, in 2017 gevolgd door Archivaris van de wereld. Tilon schrijft romans en korte verhalen. Zij blogt over emigratie en de vraag wat heimwee is. Is heimwee wel verbonden met een plek in je leven, of aan het gevoel dat je had toen je je op die plek bevond? En maakt het wat uit?

  • Foto van Michaël Van Remoortere
    Michaël Van Remoortere

    Michaël Van Remoortere (1991) is schrijver. Hij publiceert essays, verhalen en gedichten in een aanzienlijk aantal tijdschriften. Daarnaast maakt hij ook theaterperformances en installaties. Momenteel werkt hij aan de gedichtenbundel mythomaniën en de roman Autodafe.