Ibrahim Ag Alhabib was op jonge leeftijd getuige van de executie van zijn vader. Kort daarna bouwde hij een gitaar van een blik, een plank en een remkabel en ging trillende snaarmuziek maken.
Empathie
Primatoloog Frans de Waal vertelt in zijn laatste boek Een tijd voor empathie over een kat die in een tehuis voor oude mensen leefde, het dier had de gewoonte om soms ‘s avonds op het bed van een van de bejaarden te gaan liggen. Op een dag had een medewerker door dat er een patroon was: de kat sloop naar de kamers van mensen die kort daarna stierven – hij voelde dat aankomen. Frans de Waal vertelt dat het geen sprookje is, het is onderzocht. Toen ik het verhaal las moest ik denken aan de olifanten van circus Renz. Toen de eigenaar en zijn vrouw tragisch aan hun einde waren gekomen hebben circusmedewerkers even overwogen om de olifanten ook in de piste toe te laten waar afscheid werd genomen, om daar vervolgens van af te zien. Het zou gevaarlijk zijn geweest om de dieren in de nabijheid van de kisten te laten komen. ‘Ze worden te emotioneel’, zei een circusman, ‘en de kans bestaat dat ze de hele tent slopen van verdriet’. Onlangs maakte ik mee dat mijn kat ‘s ochtends naar beneden kwam. Midden in de kamer ging liggen, z’n urine liet lopen, en toen wegkroop; het leek wel alsof z’n achterlijf was verlamd. Nu moest een van ons die dag naar het ziekenhuis en waren we gespannen. Ja, de spanning viel te snijden. De dierenarts legde me later uit dat de kat die stress had gevoeld. Maar of het verhaal over de kat en de oude mensen waar is, weet ik intussen niet meer. Iemand vertelde me namelijk dat het ook een broodje aap kan zijn, op internet schijnt het verhaal in varianten rond te spoken. En de waarheid zou zijn dat die mensen al zeer ziek waren en dat hun kamers daarom extra werden verwarmd en dat die kat dat aangenaam vond.
Parel
In haar familiekroniek The Three of Us schrijft Julia Blackburn dat ze als puber een citaat vindt dat ze in keurige letters op het kastje naast haar bed schrijft. De regel spookt al dagen door mijn hoofd: De ziekte van de oester is de parel.
Borst
Er verschijnt dezer dagen een kleine keuze uit de poezie van Adriaan Morrien. Of de bundel geslaagd is, kan ik binnen vijf minuten vaststellen. Er is namelijk een eenvoudige lakmoesproef. Adriaan Morrien schreef ooit een gedicht over een vrouw die een kind de borst geeft. Veel meer dan deze mededeling bevat het gedicht niet, het gedicht is minimaler dan minimaal. En blijft fier overeind, als een trotse halm in een storm. Waarom heb je dat opgeschreven, vroeg ik Adriaan ooit. Omdat niemand het doet, zei hij, en omdat ik wilde kijken hoe ver je kunt gaan als je het hebt over less is more. Ver. De vraag is dus: staat dit gedicht in de bloemlezing of niet?
Idee voor een film
Twee bejaarde vrouwen wonen al tientallen jaren aan de rand van een Gelders dorp. De vriendinnen worden ze genoemd. Een passerende bezoeker van het dorpscafé heeft wel eens geopperd dat het lesbo-vrouwen zijn maar zijn opmerking werd door de eigenaar de hoek ingeveegd met een knik van het hoofd. Ze komen trouwens niet vaak in het dorp, ze hebben eigenlijk alleen contact met een twintigjarige jongen die na het verlaten van het ouderlijke huis in de naburige stad is gaan wonen. Een keer peer week haalt hij de vriendinnen op, ze rijden dan naar de rivier, een kilometer of twintig stroomopwaarts. Ze kijken naar de schepen, lezen de opschriften en varen in gedachten mee naar Duitsland, naar Frankrijk. Op een ochtend dat ze weer een tochtje zullen gaan maken staat alleen de oudste van de vriendinnen op het tuinpad. Ze zegt tegen de jongen dat haar vriendin ziek in bed ligt. Hij knikt, samen gaan ze naar de bocht in de rivier die de zieke vriendin de mooiste plek vindt. Na een uur rijden ze terug. Wens haar beterschap, zegt de jongen. Hij is nog niet lang thuis als de telefoon gaat, de oudste belt om te vertellen dat tijdens hun tocht naar de rivier haar vriendin is overleden. Ze hangt op. De jongen, hoorn nog in de hand, kijkt naar buiten en ziet zichzelf weer aan het water staan, samen met haar, zonder zieke vriendin, en weet opeens dat zij ‘s ochtends al was overleden en dat haar levensgezellin heeft gekeken naar de schepen, naar de opschriften, alsof ze er nog was.
Voor Jeroen
De rand van de oceaan, de kust, het gazon van iemand.
(vrij naar George Oppen)
Meer blogs

Veertien
Bijna elk jaar is onze jongen jarig in de herfstvakantie. We zijn dan in Normandië, in een huis met een haard in de woonkamer en grasland voor de deur waar bonkige paardjes grazen. We wandelen er veel, ik koop voorraad op de markten en kook voor onze familie. Een man of tien, met kinderen en...
Lees verder
Met de fiets naar de trein
Ik haastte me met flinke wind tegen naar het station. Terwijl ik zwoegend op de pedalen stond schoot me de titel van een gedicht van Obe Postma (1868-1963) te binnen: ‘Mei de auto nei de trein’ (Met de auto naar de trein), dat hij in 1927 publiceerde. De opeenvolging van de twee vervoersmiddelen, en vooral...
Lees verder
Zwichten de varensmannen
Gezwicht ben ik, wist je dat wij varensmannen, de taal van de molenaars verstaan? Het is dan wel een andere taal, een landtaal maar de molenaars leven nu eenmaal ook van de wind. Met veel wind reven ze net als wij maar het minderen van de zeilen heet bij hen zwichten. Wat ik qua taal...
Lees verder



























