In Tirade 480 sprankelende nieuwe poëzie van Tonnus Oosterhoff en van schrijfster en beeldend kunstenares Maria Barnas, en van Twan Schenkels, Merlijn Huntjens en Hanz Mirck. De kersverse Libris-winnaar Sander Kollaard schreef een essay over Onderdak, de tweede roman van Elisabeth van Nimwegen. Andere essays zijn er van Guido van Hengel, over straathonden in voormalig Joegslavië, en van Johan Kuiper, over het late werk van Harry Mulisch. Caspar Wijers vertaalde ‘Een doodgewone vrijdag’, een verhaal van Langston Hughes, een voorname exponent van de Harlem Renaissance, een literaire stroming onder zwarte Amerikaanse schrijvers in de jaren twintig vorige eeuw (en op het moment des te actueler). Samira Elomari schreef het prachtige verhaal ‘Waar de lucht eindigt’. Als eerste vrucht van de samenwerking tussen De Nieuwe Garde en Tirade verdient het essay ‘Tsarinakapsels en metershoge grafstenen’ van Julia Khusainova, een Russin die in het Nederlands schrijft, bijzondere aandacht. De illustraties, geïnspireerd op Guernica van Picasso, en het omslag, geïnspireerd op het werk van fotograaf Berthil Leonard Reymound, zijn van de hand van Ylja Band.
Nr. 480, 2020 |
Lees de Tirade Blog

Gouden Bergen
Deze week ben ik in Bergen aan Zee; een lief huis in de duinen, waar ik samen met vier schrijversvrienden van ’s ochtends vroeg tot vlak voor het avondeten werk aan onze komende romans. Mijn tijd hier wil ik altijd optimaal gebruiken, ik maak dan grote stappen. De concentratie die in de woonkamer van ons...
Lees verder
Uitje
Drie jaar werk ik nu in Café De Druif; twee personeelsuitjes gingen aan mijn neus voorbij omdat die steeds in schoolvakanties vielen. De gemiddelde leeftijd van het personeel is zesentwintig – niemand heeft kinderen of schoolvakanties. Voor ik bij de Druif begon had ik geen kloof verwacht tussen mezelf als vijftiger en jongere collega’s. Misschien...
Lees verder
Veertien
Bijna elk jaar is onze jongen jarig in de herfstvakantie. We zijn dan in Normandië, in een huis met een haard in de woonkamer en grasland voor de deur waar bonkige paardjes grazen. We wandelen er veel, ik koop voorraad op de markten en kook voor onze familie. Een man of tien, met kinderen en...
Lees verder
Blog archief


























