- Robert Anker
- Taal uit taal in
- H.H. ter Balkt Laaglandse hymnen
- Maar waar zijn de wagens
- Benno Barnard
- J. Bernlef Kattebelletje
- Oude griffels beschreven leien
- T. van Deel
- Elisabeth Eybers
- Eva Gerlach
- Elma van Haren
- Judith Herzberg
- Marieke Jonkman Twee echtparen
- Rutger Kopland
- Gerrit Kouwenaar
- Jan Kuijper De tombe van Hendrik de Vries
- ik ik mijn
- Ed Leeflang
- De grijsaard en de jongeling
- Tomas Lieske
- Langzaam een gruwel
- K. Michel Dichter 16 ziet 32
- Tonnus Oosterhoff
- Het Verhaal van Menschenhart
- Willem Jan Otten
- Over ontvankelijkheid
- Willem van Toorn
- Een dik schrift
- Hans R. Vlek
- Leo Vroman
- Ad Zuiderent
- [Vier tekeningen]
- Gerrit Krol Meesters over de rijd (3)
[p. 63]
Er was terdege een ster,
maar zijn schijnsel doofde
in het zicht van mijn netvlies.
Hij had, na een reis van duizenden
jaren licht, zullen zijn
een flonkering temidden van
ongetelde, onwrikbare flonkeringen.
Hij had zullen leiden wijzen,
of dragen de naam van een Griek.
Hij is nu hetgeen mij niet haalde.
Het enige vannacht het vergeten waard.
[p. 64]
Het eindigt op de planken.
Je ligt op schragen en speelt
tafelblad. Poppenkastgordijnen
schuiven ernstig dicht.
Je publiek wacht jou nu af,
wetend gebogen wordt er niet.
Toen bolden de gordijnen op.
Het leek van een herinnerde mama
de langste rok;
het was van het heelal
de laatste zoom.
Er woei een wind ons toe
als waren wij de laagste druk.
De rouwers eerste rij
voelden in hun enkels kou.
Het rook naar weer
als bij een vreemdeling in bed
naar zaad.
Kom mee naar buiten allemaal,
ze gaan jou dragen uit de taal,
ze gaan jou dragen naar een gat
dat jou wel hebben kan, maar niet bevat.
Lees de Tirade Blog
Het bleek familie
Op sociëteit Minerva in Leiden zit bij de centrale trap een plaquette in de muur. Het opschrift luidt: Ter nagedachtenis aan leden van het Leidsch Studenten Corps die door de oorlog het leven lieten. Er staan een kleine dertig namen onder. Toen ik nog lid was van Sempre Crescendo (de open muzikale subvereniging van Minerva)...
Lees verderHet geluk
Miel bestiert een charmante delicatessenwinkel die zo in een oud, Frans dorpje had kunnen staan. Zo’n dorpje waar de tijd zelfs uit vertrokken is, de straten altijd leeggelopen zijn, alle dagen traag, hitsig en doorrookt voorbijkruipen en iedere mannelijke inwoner hopeloos verliefd is op de blonde bardame die haar jonge borsten op de toog drapeert...
Lees verderLief
Gil omhelsde me, alsof hij er even in slaagde om in vijf seconden zijn hele bestaan om me heen te vouwen. We stonden in zijn woonkamer en ik was de eerste, omdat ik ook als eerste weer weg moest voor een optreden, al was ik liever als laatste gebleven. Ik liep naar het grote raam,...
Lees verder
Blog archief